Winter 1968

Date 30 mei 2018

Alles wat ik wilde schrijven was geschreven. Mijn vader maakte stiekem op zijn werk twee fotokopieën van het hele manuscript. Een hele klus voor hem, want kopiëren was traag, maar kennelijk vond hij het wel leuk dat zijn zoon ook aan het schrijven was geslagen. Wat mijn ouders van het boek vonden? Geen flauw idee, want ik herinner me alleen dat mijn moeder genoot van de avonturen in mijn witte pakje in de hemel, en hoe ik een diepzinnig gesprek met God aanging. ‘Het Koninkrijk komt!’ waren de laatste woorden van mijn vertrouwen in de toekomst. Een paar weken later werd het tijd om ook in het werkelijke leven op reis te gaan, het ouderlijk nest te verlaten. André hielp me daarbij, op 15 november, en stond met een bakfiets voor de deur in Slotervaart. Op naar Amstelveen, naar Uilenstede, waar allemaal nieuwe woontorens werden gebouwd.

Eenheid 198. Kamer 1377. Zevende verdieping. Een bed, een boekenkast en een bureau. Uitzicht op het westen. Balkon. Een eigen toilet en badcel – een luxe die bewoners van de bestaande laagbouw van het studentencentrum niet gegeven was. Draadomroep. Een nieuwe woontoren in aanbouw schuin tegenover me. De geur van vers beton en frisse en kale nieuwheid. In de lange gang een gezamenlijke telefoon boven de postvakjes. Een keuken die voor veertien studenten genoeg zou moeten zijn, met een koelkast en een elektrisch kookplaatje met twee pitten. Iedereen een eigen kastje voor voorraad en bestek. Niks nergens op slot. Nou ja, je eigen voordeur dan, met een simpele sleutel die ook op de kamers van een paar anderen bleek te passen. Wel zo makkelijk eigenlijk. Beneden was alles zand en puin. Ik moest helemaal achterom via de Kalfjeslaan omfietsen om bij mijn eigen woontoren B te komen.

De eerste avond ging ik meteen met mijn Gereformeerde Vriend (Niet Vrijgemaakt) naar Fantasio. Daar hoorde ik voor het eerst de witte dubbelelpee van The Beatles, die nog net niet uit was. Een paar dagen later liet Herman Stok die nummers horen, en ik vond het een afgang dat hij met het matige korte nummer Wild Honey Pie begon. Natuurlijk kocht ik dat album meteen toen het uit was. Met een nummer erop gestempeld, en een poster die ik aan de muur hing. Later zou ik met liefde het nummer Rocky Raccoon met mijn gitaar gaan zingen. Al snel konden we op onze eenheid goed met elkaar optrekken en tot vandaag de dag hebben elke zoveel jaar wel een reünie. Linkse en rechtse jongens, een leuke verzameling van allerlei studierichtingen. Ja, we waren allemaal jongens, want de seksen waren nog steeds sterk gescheiden. Zelf had ik het daar niet moeilijk mee, hoewel ik nog steeds niet wist of ik homo was en me eruit lulde door te zeggen en te zingen dat ik eigenlijk van alles en iedereen hield.

De wereld van seks, drugs en rock and roll was voor mij geopend. Mijn ouders hielden hun hart vast, niet geheel onterecht. Mijn nachten werden lang. Toen ik ging slapen brandden er in de koude winternacht alweer lampen bij de flat aan de overkant waar arbeiders de woontoren aan het opstapelen waren. Soms viel de verwarming uit. Seks: ik experimenteerde met een huiverig studiegenootje op de eerste verdieping. Drugs: een andere psychologiestudent, Wouter in woontoren A, vertelde me dat een Duits studiegenootje een psychedelische gids zocht. Zo leerde ik Alex kennen, die al snel in de woontoren tegenover me kwam wonen. En naast Alex woonde Bert op wie ik meteen verliefd werd. En via hem leerde ik weer Hein kennen die een paar weken geleden met zijn vrouw nog langskwam tijdens een fietstochtje door het Gooi. Rock and roll: soms had mijn buurman last van me. Na een poosje kon ik me een Sony TC-366 veroorloven en sindsdien groeide mijn bandencollectie gestaag. Eind december bezocht ik met mijn Gereformeerde Vriend (Niet Vrijgemaakt) een Flight to Lowlands Paradise in Utrecht.

Ik wist nog niet dat ik een heel chaotisch 1969 tegemoet ging. Maar dat kon natuurlijk niet anders. Het ouderlijk huis verlaten is niet zomaar een stap. Natuurlijk deed ik rare en gevaarlijke dingen, zoals uitproberen of je met kamfer high kan worden. De ponskaarten voor de volkstelling gooide je zoals gebruikelijk in de prullenmand. Een dealer die soms langs kwam had veel te veel spulletjes bij zich. Nog voordat je je ergens in had verdiept wist je wat goed en slecht was. Ik kreeg veel ruzie met mijn moeder. Maar heb ik ergens spijt van? Welnee! Alles moest gebeuren zoals het ging. Niet alleen in de wereld maar ook voor mij was 1968 een kanteljaar. Maar, lieve ouders in de hemel, ik ben toch nog goed terechtgekomen! Dankzij en ondanks 1968!

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites

Reageer

XHTML: Je kan deze tags gebruiken: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>