Amsterdam

Date 8 mei 2008

Deze week een middagje naar Amsterdam geweest. Het was lekker zonnig weer en voor het eerst sinds lange tijd kon ik weer genieten van de bende in de Big City waar Tol Hansse 30 jaar geleden al over zong. De chaos door het aanleggen van de Noord/Zuidlijn. Het kabaal en de stank van het verkeer, waaronder bussen toeristen waarvan je je afvraagt wat ze hier nou eigenlijk zoeken. Ja, dit rotzooitje dus, dat Amsterdam heet. Alles klein en smal, veel te veel mensen op een te klein oppervlak. Kapotte straten, taxi’s waar je niet in wil zitten, verfomfaaide bleke en verrookte mensen, nergens een ijsje te krijgen, links en rechts krioelende fietsers, alles is onaf en niets is perfect zoals het bedoeld was. Want tegen de tijd dat het ene project zijn voltooiing nadert, moeten de straten alweer open voor het volgende graaf- en bouwwerk.

Op het Museumplein ging ik hoog op de krul van de grasmat zitten. Rode spandoeken ontsierden het Concertgebouw en achter me gierde iets in een bouwput dat moest bijdragen aan de uitbreiding van het Stedelijk Museum. Of zoiets. Want in een stad is het niet altijd duidelijk waarmee mensen bezig zijn. Als ze het zelf al weten. De zon scheen. Een bleke halfblote man lag in het gras te slapen, puberale allochtoontjes waren wat aan het klieren, en overal zaten groepjes mensen van het zomerse weer te genieten. De bende die Amsterdam heet, en waarvan ik eigenlijk veel hou. Van het onvolmaakte, van rotzooi en van stank. Als klein jongetje genoot ik al van de geur van asfalt toen dat over de Weteringschans werd gestort en uitgesmeerd. Wat is er mooier dan oude, vervallen gebouwen, rommelige tuinen en smerig water in de grachten?

Schoonheid is niet een eigenschap van de dingen, maar iets van het oog dat ernaar kijkt. En kunst is datgene dat het oog masseert om zo naar de wereld te kijken. Juist het imperfecte is perfect, het onvolmaakte volmaakt, het onaffe af. Alles mag dan gewoon zijn zoals het is, en hoeft niet meer te zijn wat het zou moeten worden. Ik nam lijn 16 terug. Reed zwart, want twee achtereenvolgende stempelautomaten lustten mijn stripjes niet. En ik had geen zin om me met mijn tassen nog verder door de volle tram te slepen. Toen ik zag hoe de tram zich door de volle chaotische straten wurmde, verwonderde ik mij erover dat al die fietsers hun capriolen overleefden. Maar misschien komt dat juist omdat ze zich niet zo strikt aan de regels houden en maar wat aanrotzooien. In het zich verbouwende Centraal Station at ik in de drukte van het spitsuur nog een pizzapunt. Op het kabalige perron, tussen treinen. En ik zag dat het goed was. Leve het onvolmaakte!

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites

Reageer

XHTML: Je kan deze tags gebruiken: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>