Strandvliet

Date 6 februari 2018

Nee, dit gaat niet over het gelijknamige metrostation in Amsterdam, maar over het boek waarmee ik vandaag precies een jaar geleden begon. Ik was net 70, had nog nooit een roman geschreven en nu vond ik dat alles er maar eens uit moest. Gelukkig wist ik niet hoe deze fictie zou aflopen, want het is heel frustrerend als je al van te voren weet hoe een verhaal afloopt. Gelukkig wist ik ook niet dat het 369 pagina’s lang zou worden, want dan was ik er misschien helemaal niet aan begonnen, en zou ik niet zo vaak in een flow zijn beland die me heel vaak intens blij en gelukkig maakte, meer dan ik ooit heb ervaren. Ik weet ook niet of ik echt de auteur van dit boek ben, want ik deed niets anders dan een film verwoorden die zich voor mijn geestesoog afspeelde. Op mijn iPad, op mijn stoeltje voor de voordeur, of in de tuin, rokend, soms met verkleumde vingers en tegen mijn schoenen spetterende regen. Gemiddeld een uurtje per dag stoorde ik me niet aan alle herrie van verkeer, verbouwingen en bestrating om me heen. De enige moed die ik ervoor nodig had, was tegen een leeg scherm aankijken en af te wachten hoe dat gevuld zou worden. Begin december was de eerste versie klaar. Daarna alles nog eens corrigeren en kloppend maken, een print-on-demand bij Pro-book maken om het voor het eerst op papier te lezen, waarna een tweede correctieronde volgde. In de zomer had ik al drie kaftjes ontworpen waaruit ik samen met een vriend het meest confronterende ontwerp koos. De tekst op de achterflap had ik toen ook al bedacht.

Kannibalen zijn best aardige mensen. Althans in Strandvliet, het verborgen stadje waar veel jongeren heen trekken om mensenvlees te eten en zelf opgegeten te worden. Dit alles volgens de leidraad uit de Codex Anthropophagus, een oud geschrift volgens welk het eten van mensenvlees ver boven dat van dieren staat, het innerlijk vuur met het uiterlijk vuur verenigd moet worden en sterven een spiritueel orgasme is. Hoe vredig en vrolijk men ook leeft in het stadje met zijn uitbundige feesten, eetfestijnen en terechtstellingen, toch verdwijnen inwoners. Als blijkt dat ze niet opgegeten zijn gaan Mark en zijn vrienden zich zorgen maken. Zijn ze gevlucht? En zo ja, waarom? Gaan ze Strandvliet verraden? Een zoektocht naar het gevluchte vlees begint …

Bizar natuurlijk. Absurd. Macaber. Maar daar hou ik van. Dystopisch. Maar utopisch als je kannibalisme vergelijkt met de neoliberale realiteit waarin we nu leven. Wat is erger? En ik hou er als echte Waterman van om dingen op zijn kop te zetten. Zo staat in die zelf verzonnen Codex dus te lezen dat je beter van het hogere kunt eten dan van het lagere, zodat vegetarisme taboe is. Niet helemaal zelf bedacht overigens, want dat heb ik uit het recente degelijke boek Kannibalisme en mensenoffers van Vangroenweghe, waarin een kannibaal vertelt dat juist het hoogstaande van de mens het eten van zijn vlees zo bijzonder maakt. Maar het vrolijke leven van die hippies in Strandvliet – kiezen tussen tepelhofjes met speenkruid of krokante schaamlipjes als nagerecht – heeft een diepere laag waarin levensdrift en doodsdrift met elkaar versmelten, sterven het doel en toppunt van het leven is, en het de kunst is om jezelf – je eigen ik – te laten verzwelgen om te versmelten met Het, zoals ik God of Allah liever noem. Niet wachten tot je oud en seniel bent, maar in de volle glorie van het leven jezelf offeren. Om dat te leren moet je in Strandvliet natuurlijk wel wat cursussen volgen, want levend gebraden worden doet nu eenmaal pijn, en helemaal in het tijdloze hier en nu blijven met je hoofd op het hakblok is ook een kunst.

‘Het leukst vind ik de gesprekken van de mensen, hun gedachten, idealen, twijfels en argumenten,’ vond een vriend die me een beetje gecoacht heeft. ‘Zou je er zelf heen gaan als Strandvliet echt bestond?’ vroeg hij, en ik betrapte me erop dat ik het antwoord eigenlijk niet wist. Is het pervers om te verlangen naar de dood? Weegt dat op tegen het verdriet dat je bij ouders en vrienden achterlaat? Maar wat is liefde als je iemand de bevrediging van zijn diepste verlangens niet gunt? En als je toch eens moet sterven, waarom dan passief afwachten en er niet zelf voor kiezen, niet als een vlucht maar met enthousiast verlangen naar dat mysterie? Als we zo graag opgaan in een orgasme, dat ook wel de ‘kleine dood’ wordt genoemd, wat is er dan verkeerd aan een stervenslust? Hebben we niet allemaal een verdwijndrift in ons, de behoefte om er niet te zijn waardoor we onszelf graag verliezen in muziek en seks, in drank en drugs, in dans en extase? Getuigt dat niet allemaal van een smachtend één willen worden met het bestaan, met het heelal, met de sterren waaruit we uiteindelijk geboren zijn? Allemaal vragen die oprijzen binnen het decor van het zomerse subtropische Strandvliet, waar een zoektocht begint naar verdwenen inwoners zodat het boek ook wel Het vluchtende vlees zou kunnen heten.

Is het een romantisch verhaal? Op zijn minst. Gaat het over spiritualiteit en mystiek? Niet in de laatste plaats. Is het horror, een ideaal geschenk voor Halloween? Zeker weten! Maatschappijkritisch? Dat kan je wel zeggen. Een thriller? Ook dat. Porno? Wel zolang het niet over ordinaire huis-, tuin- en keukenseks gaat. Is het humoristisch? Dat kan bijna niet anders als het door mij geschreven is. Is het origineel? Ik heb nog nergens zo’n krankzinnig verhaal gelezen. Is het een kookboek? Niet in de eerste plaats. Lastig om een uitgever te vinden die zo’n mix van categorieën in zijn fonds heeft. Maar in de eerste plaats wil ik het taboe op sterven doorbreken, als iets dat gewoon bij het leven hoort en heel mooi kan zijn. Osho verwonderde zich er eens over dat mensen blij zijn als iemand geboren wordt, terwijl ze verdrietig zijn als iemand sterft. Het omgekeerde zou meer voor de hand liggen, want opnieuw geboren worden betekent dat je nog steeds niet je lesjes hebt geleerd en alles over moet doen, terwijl sterven je de ultieme kans geeft om verlicht te raken. Feestelijk leren sterven, daar gaat mijn boek uiteindelijk over. Wat dat betreft is mijn roman goed geslaagd. Mag ik dat zeggen over mijn eigen werk? Dan ben ik wel de slager die zijn eigen vlees keurt. Lekkere jongen ben ik! Welkom in Strandvliet!

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites

Reageer

XHTML: Je kan deze tags gebruiken: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>