Jezelf als matroesjka
(Koorddanser, februari 2015)

Gevoel, denken en doen afstemmen

In de spirituele wereld is vaak sprake van drie ‘ikken’: het onbewuste, het bewuste en het bovenbewuste ik, ofwel het dierlijke, het menselijke en het goddelijke in ons. Maar tijdens mijn studie psychologie in de jaren zestig waren er nog maar twee ikken: het bewuste en het onbewuste.

Op zich is het niet onlogisch om het bewustzijn in een soort licht en donker te verdelen, want je bent je óf van iets bewust óf je bent je er niet van bewust. De vraag is alleen of het terecht is om alles in het onderbewustzijn op één hoop te gooien. Zo vinden we daar niet alleen allerlei persoonlijke ervaringen, gedachten en gevoelens die we graag verstoppen – omdat we er niets meer van willen weten – maar ook een wereld van universele beelden en ideeën. Ook Jungs archetypen, die weinig met ons als persoonlijkheid te maken hebben, waren er rond. We delen ze met velen waardoor je ze transpersoonlijk kan noemen. Niet alleen het dierlijke, maar ook het goddelijke is vaak onbewust bij ons, maar daarmee zijn deze niet hetzelfde. Het zijn zowel de persoonlijke als transpersoonlijke inhouden die we niet altijd even graag in ons bewustzijn toelaten.

Het ik is niets anders dan een harde schil of oppervlaktespanning waarmee het zich onderscheidt van zowel een enge binnen- als buitenwereld. Eng omdat het onbekend is, omdat het zijn eigen zekerheden moet loslaten, open moet staan voor ongewenste herinneringen, gevoelens en opvattingen. En omdat het bang is om niet meer te weten wie of wat het is.

Pre/post-denkfout

De filosoof Ken Wilber tracht ons onderscheidingsvermogen bij te slijpen door te spreken van een ‘pre/post-denkfout’. Die bega je als je bijvoorbeeld iets goddelijks als iets dierlijks, iets primitiefs gaat zien, zoals bij het reduceren van spirituele ervaringen tot materiële hersenactiviteit. Of als je ordinaire behoeftebevrediging ophemelt tot iets goddelijks, zoals het verheerlijken van seks en drugs door ze in een spiritueel sausje te dompelen. Pas als we duidelijk onderscheid maken tussen het lagere en het hogere, kunnen we onderscheid maken, bijvoorbeeld tussen instinct als de lagere geconditioneerde dierlijke neigingen in ons, en intuïtie als het gedreven zijn door hogere inzichten en inspiratie uit morfogenetische velden, of hoe je de transpersoonlijke wereld van God of van Plato’s ideeën ook wilt noemen. Niet dat het lagere minder is dan het hogere, evenmin als een kind minder is dan een volwassene. Bovendien is ontwikkeling een eeuwigdurend proces zonder begin of eind. Op een oneindige ladder sta je op elke sport even hoog. Echter zonder onderscheid tussen hoog en laag zijn we de richting kwijt, weten we niet meer wat groei is, wat spirituele ontwikkeling inhoudt. En daarbij gaat het niet alleen om het bewustzijn in het reine te laten komen met onbewuste inhouden, maar ook met wat zich in het bovenbewuste transpersoonlijke gebied afspeelt.

Wat speelt zich daar allemaal af? Wat bevindt zich allemaal in dit onbewuste, het bewuste en het bovenbewuste? In mijn latere studie leerde ik dat psychotherapie de integratie van denken, voelen en handelen beoogt. Bij een fobie bijvoorbeeld weet je dat spinnen geen kwaad kunnen, maar het voelt heel anders, wat ook weer gevolgen heeft voor wat je doet als er een boven je bed hangt. Echt nieuw was dat trouwens niet, want Osho had het eerder al over ‘the three H’s’: hands, heart and head, die met elkaar in overeenstemming gebracht moeten worden. Omdat dit handelen of doen vooral met het materiële lichaam gebeurt, zou je deze drie-eenheid ook kunnen zien als die van materie, gevoel en denken. En dan is het maar een kleine stap naar de klassieken Empedocles en Hippocrates als zij het over de elementen aarde, water en lucht hebben. Zowel bij Jung als in de astrologie zijn deze elementen niet weg te denken, zij het dat er ook nog een vierde element is dat nog niet vertegenwoordigd lijkt in het tot nu toe beschreven persoonlijkheidsmodel: vuur, dat bij Jung staat voor intuïtie. Maar daarvoor was tijdens mijn studie geen aandacht, die werd wellicht, samen met emotie, beschouwd als een gevoel. Onterecht, want door intuïtie staan we in verbinding met transpersoonlijke werelden, wat gewone gevoelens sterk overstijgt. Genieten van het strijkkwintet van Schubert is toch van een heel andere orde dan even lekker snel willen klaarkomen. Geen wonder dat niets me ooit zo heeft verward als therapeuten die over ‘gevoel’ begonnen.

Poppetjes

Aarde, water, lucht en vuur zijn de elementen waaruit we zijn samengesteld: lichaam, gevoel, denken en intuïtie. Hoe verhouden die elementen zich tot elkaar? Dat is goed te zien als je op het strand loopt. Onder je voeten is de aarde en de aarde draagt het water van de zee. Boven dit alles spreidt de lucht zich uit en ver daarboven schijnt het vuur van de zon. En zoals de zon de lucht, het water en de aarde verwarmt, speelt de wind met het water en het zand, en kneedt het water het zand zodat onze voetsporen erin achterblijven. En dat kan allemaal omdat het fijnstoffelijke het grofstoffelijke kan doordringen, terwijl het omgekeerde onmogelijk is.

Lichaam, gevoel, denken en intuïtie overstijgen elkaar en sluiten elkaar in, net zoals matroesjka’s, die Russische houten poppetjes die allemaal in elkaar zitten. Daar moet ik altijd aan denken als ik esoterici hoor over de diverse lichamen waarover we beschikken, soms ‘voertuigen’ genoemd. Helemaal binnenin bevindt zich dan het materiële grofstoffelijke lichaam, gekleed met allemaal jassen die steeds fijnstoffelijker van aard zijn. Daar zien we onder andere de elementen aarde, water en lucht vertegenwordigd door het etherisch dubbel dat zich vooral bezighoudt met het fysieke lichaam, door het astrale lichaam dat het gevoelsleven in zich heeft, en door het mentale lichaam waarmee we denken.

Identificatie

Maar waar is het vuur gebleven? Dat vinden we voorbij het mentale lichaam, in het nog ijlere causale lichaam, en wellicht is geest er een goede naam voor. Die associëren we immers met vurige bevlogenheid, enthousiasme, creativiteit, met de wil en de moed om transparant te worden, ons over te geven om desnoods te sterven. En met de inspiratie, het causale lichaam dat als matrix onze lagere lichamen leven inblaast.

Ik ben me ervan bewust dat het in de esoterie het meestal niet beperkt blijft tot vier lichamen en je er vaak zeven of negen tegenkomt. Je kunt de regenboog zoveel kleuren geven als je wilt. Wellicht zijn er diep binnenin ons nog grofstoffelijker lichamen dan die van de materie, en dragen we om ons heen steeds grotere en meer fijnstoffelijke lichamen. Terwijl dat alles zich herhaalt tot in de oneindige diepte in onszelf en de oneindige uitgestrekte kosmos om ons heen. In de praktijk identificeren we ons vaak met één van de vele lichamen die we hebben. Als we moe zijn vereenzelvigen we ons met het lichaam, als we treurig zijn met ons gevoel, als we piekeren met onze gedachten. Dan zijn de andere lichamen even op de achtergrond, buiten onze aandacht. Maar wie of wat is het dat zich identificeert met een van zijn voertuigen? Dat is ons bewustzijn, dat kennelijk zelf niet één van die lichamen is. Het is dit bewustzijn dat zich van het ene naar het andere lichaam kan verplaatsen, dat zich kan vernauwen rond een krampachtig lichaam en zich kan verruimen tot de hele kosmos.

Op zoek naar onszelf zijn we vaak op het verkeerde pad gezet door ons diep in onszelf te laten zoeken. Dan zoeken we onze kern, ons wezen, en gaan we de weg naar binnen om ons hart of onze geestvonk te vinden, en daarvoor moeten we aarden. Vaak wordt gesuggereerd dat we eerst dit alles op orde moeten hebben als we ons op het spirituele pad begeven. Alsof de buitenste matroesjka’s niet zonder de binnenste kunnen bestaan. Maar wie zegt dat het niet omgekeerd is, dat we vaak zo’n rommeltje van ons leven in materie, gevoel en denken maken juist omdat we ons niet meer met het hogere verbinden? Misschien is de ontroering die ons onder een sterrenhemel overmeestert wel de herinnering aan onszelf als puur in de ruimte uitgestrekt bewustzijn. Wie kent niet het gevoel de hele kosmos te omhelzen alsof dat ons ware thuis is? Misschien is het nu wel de hoogste tijd om minder te aarden en wat meer te sterren.

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites