Padmasambhava – Naakt zien

Boekbespreking: Padmasambhava: Naakt zien. Uitgeverij Karnak, gebonden, 180 pagina’s, € 19,50

Waar het Tibetaanse Dodenboek een spirituele stervensbegeleiding is teneinde dan alsnog de verlichting te realiseren en daarmee nieuwe incarnaties te voorkomen, richt Naakt zien zich op volmaakte bevrijding al tijdens het leven. De teksten ervan zijn in de achtste eeuw geschreven door de yogi Padmasambhava en voor het eerst in het Nederlands vertaald en toegelicht door Robert Hartzema, die al meer dan dertig jaar les geeft in het Tibetaans boeddhisme, yoga en meditatie vanuit de dzokchen-traditie. In de eerste helft van dit boek maken we kennis met de spirituele cultuur en de historie van Naakt zien, dat in de tweede helft integraal is opgenomen, samen met commentaar.

In het eerste hoofdstuk Boeddhisme in Tibet maken we kennis met de vier belangrijkste stromingen van het boeddhisme: hinayana, mahayana, vajrayana, en het meest vergaande dzokchen: ‘weer terug naar de kern, de ongekunstelde bevrijding in het moment zelf, zonder allerlei ingewikkelde oefeningen.’ (p. 12) We lezen hoe het boeddhisme in de zevende eeuw naar Tibet kwam. Hoe Padmasambhava voorspelde dat ‘Als de zilveren vogels vliegen, er veel strijd in Tibet zal ontstaan, en het boeddhisme naar het westen gebracht zal worden.’ (p. 17) In het tweede hoofdstuk Het leven van Padmasambhava leren we hem kennen als iemand die vaak op crematieplaatsen mediteerde. We lezen over zijn partner die alles opschreef en op plekken in Tibet verstopte opdat het later teruggevonden kon worden. Hij adviseerde een oude man: ‘Het bewustzijn heeft geen vorm, geen kleur, geen centrum en geen rand. Vanaf het begin heeft het geen oorsprong, (…) bestaat nergens uit, maar is toch helder en gewaar van zichzelf.’ (p. 37)

In het derde hoofdstuk De directe instructies van Shri Singha vertelt Padmasambhava over zijn ervaringen met zijn meester, die onder andere adviseerde: ‘Er is geen ander verschil tussen boeddha’s en gewone mensen dan de uitgestrektheid van hun bewustzijn (…) Ontwikkel daarom een bewustzijn dat even ruim is als de hemel.’ (p. 45). Een en ander culmineert in het vierde hoofdstuk Volmaakt inzicht waarin we drie kwaliteiten van Zijn leren kennen: de essentie ervan (leeg, transparant, open), de kwaliteit ervan (stralend en zinderend, creatieve energie) en de manifestaties ervan (de verschijnselen en mogelijkheden). Dit inzicht is een universele basis van waaruit het mogelijk is het heldere gewaarzijn, rigpa, te herkennen: ‘Je herkent binnen de directheid van het ervaren de Werkelijkheid zoals zij is, als transparante verschijnselen en unieke mogelijkheden die nergens permanent en concreet bestaan. Je herkent dat alles wat verschijnt een spel is van het Zijn.’ (p. 58)

Het vijfde hoofdstuk De bardo’s van leven en sterven behandelt de zes bardo’s of periodes van ervaren: het leven, het dromen, meditatie, het sterven, de Werkelijkheid en het ontstaan. Het gaat erom dat je je realiseert ‘dat elke ervaring een tijdelijke situatie is (…) alles verandert, alles vanzelf oplost, alles zichzelf bevrijdt.’ (p. 73) Daarvoor is ‘naakt zien’ nodig, een ‘volstrekt open en vlijmscherpe kwaliteit van kijken’ (p. 69) ‘Werkelijk zien, met al je zintuigen wijd open, zonder commentaar of oordeel.’ (p. 73) Er zijn aparte paragrafen gewijd aan de eerste drie bardo’s. In het zesde hoofdstuk De grote bevrijding worden de laatste drie bardo’s belicht, ook bekend van het Tibetaanse Dodenboek. ‘De essentie van het leven en van het sterven is zien, herkennen, en oog in oog blijven met dit helderwitte licht van het Gewaarzijn. En dat is exact waar de tekst Naakt zien over gaat.’ (p. 91) Maar als je het witte licht niet herkent krijg je nog herkansingen met vreedzame of afschrikwekkende visioenen. En als je het dan nóg niet herkent, tja, dan blijft er weinig anders over dan opnieuw geboren te worden, wellicht niet eens als mens.

In het zevende hoofdstuk Naakt Zien vertelt Hartzema over de tekst zelf. Deze is ‘een bijzonder poëtische en creatieve tekst die woorden geeft aan dat wat niet te verwoorden is, de momenten dat het denken zwijgt en je puur gewaar bent van de transparante indrukken van de zintuigen en de onmetelijke weidsheid van het Bewustzijn zelf. (…) Een korte periode waarin je puur aanwezig bent in de ongrijpbare totaliteit van het ervaren, waarbinnen alles verschijnt, beweegt, verandert, en vanzelf weer oplost in de Ruimte van het Zijn. Een tijdloos aanwezig zijn waarin niets bevroren wordt tot “iets” dat ervaren wordt en een “ik” dat ervaart, en er zelfs geen waarnemer is die dit moment als “bijzondere ervaring” registreert. Het is geen plotseling ontwaken, geen flits van bevrijding, geen doorbraak naar de verlichting. Het is simpelweg een “puur en totaal aanwezig zijn” dat tijdloos is, zonder verleden, heden of toekomst.’ (p. 100) Ik zou geen betere omschrijving kunnen geven van de 25 teksten van Naakt Zien, die de tweede helft van het boek vormen.

De Kaarsvlam, maart/april 2016

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites