Paul Smit en Han van den Boogaard – Alles over niets

Paul Smit en Han van den Boogaard (samenstelling en redactie): Alles over niets – Een vingerwijzing naar bevrijding. Uitgeverij Samsara, gebonden, 184 pagina’s, met 2 dvd’s met speelfilm van 70 minuten en 14 interviews, € 29,95

‘Gepieker, frustratie, angst, schuldgevoelens en controlezucht, we hebben er allemaal mee te maken,’ staat op de achterzijde van het boek te lezen. ‘Maar hoe kom je er vanaf? Dat kan door spullen te kopen, veel te eten, bier te drinken, van alles na te jagen en door je zelfbeeld op te poetsen middels gemaakt gedrag. Maar het kan ook anders! De film en het boek “Alles over niets” laten zien dat je uit de mallemolen kunt stappen door een geheel andere zienswijze op het leven. Die zienswijze heet advaita of non-dualiteit en heeft zijn wortels in de Indiase filosofie. Door een paar simpele inzichten kan je leven weer een lust worden in plaats van een last.’

Wat zijn dan die inzichten waarover dit boek gaat, en die in de film in de alledaagse praktijk gebracht worden? A-dwaita of non-dualiteit betekent letterlijk ‘niet-twee’. ‘Waarnaar verwezen wordt, is dat alles één is. Alles in het universum is gemaakt van één het hetzelfde spul, namelijk energie,’ schrijft Paul Smit, één van de 14 mensen die een hoofdstuk van het boek schrijven. Op gegeven moment denken we echter dat we een vorm van die energie zijn, en zo ontstaat zelfbewustzijn, ego. Nodig om te overleven, maar wel met stress en verkramping. Jan Koehoorn benadrukt dat tegenstellingen bij elkaar horen. ‘Veel spirituele zoekers maken de klassieke fout om dit non-duale beginsel te gaan najagen,’ zegt hij, maar ook dan ben je nog gevangen in de dualiteit. Jan van Delden hamert erop dat je het ego-denken, het droomverhaal voortdurend moet corrigeren door tegen jezelf te zeggen: ‘Het is niet waar’, en Joanika Ring vertelt hoe het geleidelijk aan steeds meer lijkt alsof je bewustzijn zich in je lichaam bevindt, maar ‘jij en al het andere is onveranderlijk het niet te lokaliseren Bewustzijn. Je bent liefde.’ Maar deze ontdekking ‘vindt alleen plaats als je door de duale wereld bent gereisd, als je hebt geleden en gelachen en tot overgave bent gekomen.’

Hans Laurentius besluit heel eenvoudig: ‘Als je helemaal LEEFT, NU, dan denk je toch niet over probleempjes na, en zeker niet over non-dualiteit? (…) Kijk, voel, ruik, proef, raak aan, doorleef, dans, zing en verwonder! Dat is alles.’ Zoals bij vele anderen komen we ook bij Erik van Zuydam het ‘ik’ als ‘fundamenteel gevoel van afgescheidenheid’ tegen. ‘Maar onder het schijnbaar gemankeerd menselijk leven met als haar tekortkomingen en kleinzieligheden is een onbeschrijfelijke perfectie werkzaam.’ Jan van Rossum citeert Osho: ‘Leven is niet een probleem dat opgelost moet worden, maar een mysterie dat geleefd moet worden’ en: ‘Het verwelkomen en omarmen van alle toestanden in je leven helpen je je centrum te herinneren, opnieuw in te nemen.’ Net als bij vele anderen gaat het bij Han van den Boogaard om een ‘ontkramping die aanvoelt als een eindeloze uitdijing, een eindeloos vallen in nietweten.’ ‘De dingen doen zichzelf, en er is niets of niemand die daar ook maar iets aan kan veranderen.’ Annette Raaijmakers laat ons gebeurtenissen ervaren vanuit de duale staat, vanuit een schijnbare non-duale staat waarin er nog steeds standpunten zijn, en vanuit de échte non-duale staat.

Visserszoon Jan van den Oever heeft het over ‘beschikbaarheid in totale kwetsbaarheid’: ‘Overgave aan de dualiteit is het enige dat ons rest.’ Arold Langeveld ziet dat alle verslavingen voortkomen uit ‘een onbedwingbaar verlangen naar ervaringen waarin het “ik” wegvalt.’ Hans Tibben spreekt over twee wegen naar verlichting, de magische weg van angst en macht, en de mystieke weg van hoop en geloof. Dat ‘niets’ eigenlijk het enige is dat overblijft als je materie gaat ontleden, vertelt Roeland de Looff. ‘De “gewone” persoon wenst een grotere auto of een luxe vakantie. De spirituele zoeker wenst spirituele bevrijding. Allebei denken ze dat er een ik is die iets zou kunnen vinden. Maar juist de aanname vormt de kern van de illusie.’ Ook Zoë Joncheere gelooft niet in oefeningen: ‘Alsof je er iets over te zeggen hebt.’ ‘Dus wat te doen? LEVEN. Als het nodig is, even op de stoel gaan zitten, en kiezen voor… pret!’

Ik zal zonder meer de auteurs tekortdoen met slechts enkele citaten van hen. En het mag duidelijk zijn dat non-dualiteit, als je het verstandelijk benadert, vol zit met paradoxen en voetangels. De essentie ervan is uiteindelijk niet in woorden uit te drukken, want ook die zijn dualistisch. Het gaat voorbij het verstand, en lijkt daarin veel op zen en taoïsme. Want ten diepste weet alleen het hart of de intuïtie wat verlichting, zelfrealisatie is. In de speelfilm, waarin enkele auteurs en geïnterviewden meespelen, wordt een en ander tot leven gewekt en zichtbaar hoe eenvoudig dit eigenlijk allemaal is, als herkenning van iets dat je eigenlijk altijd al hebt geweten. Al met al is Alles over niets een voortreffelijk ‘multimedium’ om met non-dualisme kennis te maken.

De Kaarsvlam, juli/augustus 2013

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites