Karel en Caroline van Huffelen – Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk

Karel en Caroline van Huffelen: Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk – Deel 1. Uitgeverij The Cross in the Circle of Light, paperback, 360 pagina’s, € 24,50

Hoe juichend astrologen vroeger waren over de komst van het Watermantijdperk, waarbij ze wisten dat elektronica, computers en communicatie daarin een belangrijke rol zouden gaan vervullen, niemand heeft indertijd de draadloze telefonie en het internet voorspeld. En nog minder daarmee gepaard gaande twijfelachtige ontwikkelingen, want in een mum van tijd zijn we toegedekt door een deken van elektrosmog waaronder we lang niet zo veilig leven als de overheid en de telecombedrijven ons willen doen geloven.

Al decennia lang leven we met elektromagnetische velden, zoals van ons eigen elektriciteitsnet, hoogspanningskabels, elektrische apparatuur, trein, tram en metro, radio- en tv-verkeer, radar en magnetrons. Maar recentelijk zijn daaraan onder andere toegevoegd onze mobiele telefonie (GSM en UMTS), draadloze telefoons in huis (DECT) en draadloze computerverbindingen (WiFi). En dan hebben we het nog niet eens gehad over zaken als alarmsysteem C2000, Bluetooth en GPS. Gelukkig maar dat we dat niet allemaal waarnemen, want dan zouden we op slag gek en ziek worden.

Het blijkt echter dat velen juist wel last hebben van elektromagnetische velden. Veel onderzoeken wijzen op de relatie tussen elektrosmog en klachten als hoofdpijn, duizeligheid, vergeetachtigheid, slapeloosheid, concentratieproblemen, ADHD en autisme. Andere onderzoeken waarschuwen onder andere voor kanker, veranderingen in het zenuwstelsel, effecten op de genen en het immuunsysteem. In dit boek laten de auteurs helder zien hoe de overheid en telecombedrijven onder één hoedje spelen: de overheid omdat zij verdient aan de vergunningen, en de telecombedrijven die er commercieel belang bij hebben. Ze slaan elkaar met onderzoeken om de oren, en zolang die elkaar lijken tegen te spreken heeft de overheid een argument in handen om geen maatregelen te hoeven nemen. Een objectief onderzoek blijft uit, en de bevolking wordt rustig gehouden met een nietszeggend ‘Zwitsers onderzoek’ of iets dergelijks. De auteurs doen dan ook voortdurend een beroep op de integriteit van alle betrokkenen.

“Meta-analyses waar niemand omheen kan”, zoals hoofdstuk 11 heet, geeft echter een samenvatting van wetenschappelijk onderzoek en komt dan, zoals het BioInitiative Rapport uit 2007 dat meer dan 2000 onderzoeken analyseerde, tot de conclusie dat de blootstellingslimieten van elektromagnetische velden ontoereikend zijn om de volkgezondheid te beschermen. En dit pas vijf jaar nadat honderd Zuid-Duitse artsen van hun bezorgdheid getuigden in het Freiburger Appell, dat inmiddels door 1500 medici is ondertekend. Overigens is het niet alleen de mens zelf die lijdt onder elekrosmog, ook planten en dieren hebben er last van. Vogels en bijen raken letterlijk gedesoriënteerd, vee wordt ziek en kruinen van bomen verschralen. Met alle gevolgen vandien.

Helaas bepaalt vaak de financier het resultaat van onderzoek, zoals Huss en anderen in 2006 hebben aangetoond. Zodat mogelijke gevaren onder tafel kunnen worden geveegd. En gemeenten verplicht zijn om antennes te laten plaatsen en alleen iets te zeggen hebben over de kleur ervan. Al met al niet iets om vrolijk van te worden. Maar toch is dit geen somber boek, want het biedt ook alternatieven zoals bescherming op advies van woonbiologen, aanleggen van glasvezelnetwerken en de veel veiliger Orchid DECT-telefoon. “Een 100% stralingsvrije woon- of werkplek is een utopie,” schrijven de auteurs op pagina 288, “maar ook niet noodzakelijk: het is ook belangrijk om – bewust – van het comfort te genieten!”

Een degelijk boek dat zo uitgebreid is dat elke bespreking tekortschiet. Een beter begin voor iemand die zich op dit gebied wil oriënteren is, mede door de talloze referenties, niet denkbaar.

De Kaarsvlam, maart/april 2009

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites