Kapitalisme en milieu
(Kaarsvlam, januari/februari 2010)

Af en toe pakt mijn vriend me bij de oren om me met mijn neus in de zogenaamde realiteit te drukken. Die werkelijkheid is dan vaak iets waar je heel somber en boos van wordt, en waar je weinig tegen kunt doen. Kortom: kommer en kwel, met steeds minder hoop en vertrouwen dat het ooit nog eens goed zal komen met wereld en mensheid. Zo belandden we onlangs twee keer in een bioscoopje waarvan de zaal vrijwel leeg was. Uiteraard, want slechts weinigen hebben oog voor de rampen die gierend gestaag op ons afkomen. Maar ik had moedig mijn kop uit het zand getrokken en aanschouwde gulzig de beelden van hoe onze aarde systematisch naar de ondergang werd geholpen. Twee films uit 2009, die elkaar heel mooi aanvullen.

De eerste film was Capitalism: A Love Story van Michael Moore. Wat in het begin een onschuldig ideaal leek, de kapitalistische American dream, ontpopt zich als een nachtmerrie. Hier zien we hoe mensen hun schulden niet meer kunnen betalen en hun huis uit worden gezet dank zij de criminele bankwereld. Want Amerika is een ‘plutonomie’ geworden waar 1% van de bevolking alle economische macht in handen heeft. Waar armoede steeds meer om zich heen grijpt en de verschillen tussen arm en rijk extreem groot zijn geworden. Moore gaat dan ook al dat gestolen geld met een winkeltasje in zijn hand bij de banken terughalen. Ook omspant hij Wall Street met een lint om voor een gevaarlijke zone te waarschuwen. Gelukkig is de film niet van humor gespeend, wat de inhoud ervan makkelijker verteerbaar maakt. Want het is heel wat om te zien waartoe het kapitalisme heeft geleid, verbonden als het is met het geloof in de vrije markt en in winst en groei.

Die groei kan alleen maar ten koste van het milieu gaan en daarover gaat de tweede film The Age of Stupid van Franny Armstrong. Daarin stuurt de laatste overlevende van de aarde in 2055 het archief met het verhaal van onze zelfvernietiging de ruimte in. Maar niet voordat hij verteld heeft over het wangedrag van Shell in Nigeria, over een Indiase zakenman die zijn personeel als slaven behandelt en iedereen zoveel mogelijk wil laten vliegen, over een Engelsman die zich hard maakt voor een windmolenpark dat door omwonenden wordt tegengehouden, en over vele klimaatveranderingen die zich voor onze ogen in een onnatuurlijk snel tempo voltrekken. Dit alles geïllustreerd met archiefbeelden die, althans tot 2008, echt zijn. “Waarom stopten we de klimaatverandering niet toen we dat nog konden?” Dat is de cruciale vraag uit de film, die onbeantwoord blijft.

Kapitalisme en milieu zijn onverbrekelijk met elkaar verbonden, en het is dan ook geen toeval dat rechtse politieke partijen dat milieu eigenlijk maar een lastige sta-in-de-weg vinden en de problemen ontkennen, bagatelliseren of ridiculiseren. Maar na het zien van beide films kun je niet meer geloven hoe iemand met een beetje goed fatsoen nog vertrouwen in het kapitalisme en de vrije markt kan hebben. Al in 1963 schreef Marten Toonder het verhaal De bovenbazen, waarvan onlangs als ‘een Bommelse kijk op de kredietcrisis’ een herduk is uitgebracht. Daarin buldert grootmagnaat AWS: “De natuur is de vijand van het kapitaal. De natuur werkt gratis! En gratis is een vloek! Een gruwel! Niet de natuur moet produceren! Wij moeten produceren! Wij! Wijzelf!”

Terwijl de poolzeeën opeens voor het eerst bevaren worden en oliemaatschappijen al nieuw zwart goud onder het ijs ruiken, vraag je je af hoe iemand de invloed van de mens op het broeikaseffect kan ontkennen. Verreweg de meeste wetenschappers geloven dat menselijk ingrijpen de oorzaak van de klimaatveranderingen is. Dat wil niet zeggen dat de minderheid van milieusceptici ongelijk heeft, want ook wetenschappers maken er vaak een rotzooitje van. Wat te doen bij twijfel? Je intuïtie volgen. Kijken wie er belangen kunnen hebben bij hun standpunt, en hun integriteit onderzoeken. En last but not least een risicoanalyse maken: zolang niet heel zeker is dat de milieusceptici gelijk hebben is het onverantwoordelijk, zo niet misdadig om geen maatregelen te nemen en alles maar zijn gang te laten gaan zodat wellicht straks de aarde opnieuw woest en ledig is.

Uiteraard ben je met milieumaatregelen tamelijk oppervlakkig bezig. Je grijpt het probleem immers niet aan bij de wortels, die op het materialistische vlak bij het kapitalisme liggen. Maar ook dat heeft diepere psychologische oorzaken, zoals gebrek aan vertrouwen en inzicht. En dat wordt weer veroorzaakt door gebrek aan spirituele ontwikkeling in de vorm van ego’s die zich angstig afscheiden van het al. Hoewel een oplossing voor de lange termijn – wat uiteindelijk de enige echte oplossing is – op het spirituele vlak ligt, betekent dat nog niet dat we niet op korte termijn als de wiedeweerga maatregelen moeten nemen om de toekomst van onze aardbol zeker te stellen. Als ik op straat word aangereden moet ik ogenblikkelijk naar het ziekenhuis, en kan ik echt niet liggen wachten op een wijziging van de verkeerswet of een mentaliteitsverandering. Hoewel het hypocriet is als daar niet tegelijkertijd aan gewerkt wordt.

Op het meest diepe spirituele niveau kun je alleen maar zeggen dat alles goed is zoals het is. Al was het alleen maar omdat er geen tweeheid bestaat, zodat ook het woord ‘goed’ hier niet als een juichende extatische toestand moet worden geïnterpreteerd, maar meer als een verstild zijn in het zo-zijn. En juist het feit dat we ons hiervan niet meer bewust zijn is er de oorzaak van dat we alles willen verbeteren en veranderen, met als uiteindelijk resultaat dat we onszelf vernietigen. Waar misschien ook wel niks mis mee is als het zover komt. Omdat dit allemaal bedoeld is om ons los te weken van onze identificaties met de materiële werkelijkheid. Hoewel het best goed is dat mijn vriend me bij tijd en wijle even bij de oren pakt en me hiermee confronteert.

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites