Alan Watts – Weg van het denken

Alan Watts: Weg van het denken. Uitgeverij Ankh-Hermes, paperback, 224 pagina’s, € 22,50

De in 1915 geboren Alan Watts was een van de eersten die midden vorige eeuw zen, boeddhisme en taoïsme naar het Westen brachten. Ik herinner mij dat hij een cultfiguur voor hippies was, maar die titel doet geen recht aan het vakmanschap van zijn talrijke toespraken op universiteiten en scholen, en van zijn vele boeken waaronder de klassieker The way of zen. Sinds zijn overlijden in 1973 waakt zijn zoon Mark over zijn spirituele erfenis, onder andere door het uitgeven van video’s en teksten van lezingen, zoals de publicatie van dit boek dat uit zes delen bestaat.

Het eerste deel De aard van bewustzijn bevat drie hoofdstukken. In hoofdstuk 1 Kosmologische modellen rekent hij af met zowel het keramisch als het volautomatisch wereldbeeld, ook bekend als creationisme en evolutieleer, want beide zijn een mythe. Watts roept ons op te ervaren dat wij het eeuwige universum zijn, want anders worden we krankzinnig en gaan we verder met de planeet te vernietigen. In hoofdstuk 2 Het dramatisch model vertelt hij ons dat we de wereld ook kunnen beschouwen als een toneelstuk, en ‘als je je bewust wordt van de illusie en begrijpt dat zwart wit omvat, het zelf de ander omvat, het leven de dood omvat (…), kun je jezelf beginnen te voelen.’ (p. 37) Als je satori bereikt is hartelijk lachen het enige wat er nog te doen valt. In hoofdstuk 3 De eeuwige transactie wordt – typisch zen – afgegeven op alle spirituele disciplines want ‘je hoeft helemaal niets te doen. Dit is het. En je moet evenmin proberen niets te doen (…)’ (p. 52)

Het tweede deel Het web van het leven opent met hoofdstuk 4 Niveaus van waarneming. Dingen zijn pas iets in relatie tot iets anders. Maakt een omvallende boom geluid als niemand het hoort? De hoofdstukken 5 en 6 Het web als valstrik en Het web als spel gaan over nauwkeurig kijken naar jezelf. ‘Wanneer mensen niet toegeven dat ze en spel spelen (…) zijn ze niet eerlijk’ (p. 79) want alles is een spel.

Het derde deel Onvermijdelijke extase gaat in hoofdstuk 7 Gehechtheid en controle over de totale overgave aan gewaarwordingen. ‘Het zou dus duidelijk moeten zijn dat veel van de energie van pijn voortkomt uit de weerstand die ertegen wordt geboden.’ (p. 92) In hoofdstuk 8 Hypnose en gewenning lezen we ‘(…) dit gevoel van een geïsoleerd ik is louter een conventie – het heeft geen fundamentele werkelijkheid’ (p. 101) en hoofdstuk 9 Harmonisch oplossen eindigt met de oproep: ‘Je moet leegte of het echte totale niets grondig onderzoeken, en dit is waar dit hele zenproject, vedanta, mystiek en noem maar op over gaan.’ (p. 114)

In het vierde deel De wereld zoals hij is komen we in hoofdstuk 10 De koan in zen meester Huineng tegen die ons leert met de stroom mee te zwemmen. Hoofdstuk 11 Dualiteit in actie gaat over de schizofrenie in mensen: ‘Zen stelt geen dualiteit tussen een hoger en een lager zelf voor. Als je in het hogere zelf gelooft, is het enkel een eenvoudige truc van het lagere zelf.’ (p. 128) In hoofdstuk 12 Een grote twijfel wordt ingegaan op de praktisch kant van zen.

Het vijfde deel De wereld als zelf opent met hoofdstuk 13 Hindoe-kosmologie en ook hier zien we hoe goed Watts zijn klassieken kent. En ‘het geheim van het ontwaken uit het toneelstuk – al die eindeloze cycli – is beseffen dat alleen het heden bestaat.’ (p. 168) In hoofdstuk 14 Insiders en outsiders lezen we dat goeroes en spirituele leraren eigenlijk bedriegers zijn omdat ze je moeten verrassen, en dat ook vrienden, boeken en situaties een goeroe voor je kunnen zijn. Alle methodes zijn door angst ingegeven trucjes om de realisatie dat je het grote Zelf bent uit te stellen. Maar ‘als we de moed hadden – weet je, echte moed – zouden we het meteen zien.’ (p. 178) Een gezonde samenleving houdt van die outsiders

Het zesde deel De wereld als leegte opent met hoofdstuk 15 De boeddhistische methode waarin uitgebreid ingegaan wordt op de essentie van Boeddha’s leer. ‘Als je vasthoudt aan het leven verlies je het.’ (p. 195). In hoofdstuk 16 Vergankelijkheid of hoe je het ook noemt staan we bij ongewenste verandering voor de keuze tussen droefheid en woede, en dingen in het mysterie laten verdwijnen. Dat geldt met name voor de dood, maar ‘er niet zijn is een belangrijke component van er zijn’ (p. 205) en ‘de dood is een gezonde, natuurlijke gebeurtenis, net als geboren worden’ (p. 209) waarbij Watts pleit voor een ‘Insituut voor Creatief Sterven.’ In hoofdstuk 17 De leer van de leegte gaat hij daarop verder door de dood te zien als ‘een gelegenheid voor de grootste ervaring van allemaal wanneer je uiteindelijk loslaat (…)’ (p. 213) ‘Ruimte bevat alles (…) Ruimte is je geest’ (p. 217) is een van de prachtigste conclusies van dit toegankelijke boek over zen.

De Kaarsvlam, januari/februari 2018

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites