H.C. Moolenburgh – Op je gezondheid!

H.C. Moolenburgh: Op je gezondheid! – Hoe geest, ziel en lichaam gezond te houden in een bedreigde wereld. Ankh-Hermes, paperback, 340 pagina’s, € 29,50

De titel van het boek is geen overbodig wens, want volgens de Haarlemse huisarts Moolenburgh leven we in een crisis waarin geen plaats meer is voor neutrale vrijblijvendheid. Het is erop of eronder en ‘het Beest verzet zich met man en macht tegen de mogelijke grote ommekeer van de mensheid en heeft daarbij de jeugd als het voornaamste doel uitgekozen’ (p. 308). Dat doet hij op drie niveaus die als een rode draad door het boek lopen: (1) dat van het lichaam met vaccinaties, fluoride, drugs, hersenbeschadigende kleur- en smaakstoffen en gsm-straling, (2) dat van de ziel door confrontatie met beelden waar kinderen nog lang niet aan toe zijn zoals gewelds- en seksscènes op internet, tv en in tijdschriften, en (3) dat van het verstand door het systematisch inprenten van leugens zoals de evolutietheorie, die zegt dat je eigenlijk niet veel meer bent dan een dier dat kan praten.

En het Beest heeft haast, want de ontwikkelingen gaan snel en áls een nieuw bewustzijn doorbreekt heeft het de strijd verloren. En eigenlijk kan dat ‘niets anders betekenen dan dat er in onze tijd iets geweldigs op stapel staat’ (p. 318). Het lijkt alsof Moolenburgh een armageddon voorspelt, een laatste strijd tussen Geest en Beest, waarin schijnbaar kleine en machteloze groepen mensen het toch nog van het Beest kunnen winnen. Dit dankzij wat Gregg Braden het ‘Jesaja-effect’ noemt, dat doet denken aan de maatschappelijke effecten van Transcendente Meditatie en het vlindereffect uit de chaostheorie. Hiermee schaart Moolenburgh zich bij wetenschappers als Ervin Laszlo, die ondanks de komende crisis de toekomst positief tegemoetzien.

De auteur is meer dan vijftig jaar huisarts en publiceerde eerder boeken als Beschavingsziekten en gezondheid, De wetenschap kent geen tranen en Engelen. Iemand die uit eigen ervaring weet waarover hij praat. Een arts die de héle mens benadert, wat betekent dat ieder mens alleen en uitsluitend op een ‘anekdotische’ wijze écht genezen kan worden. Hiermee weet de farmaceutische ‘wetenschappelijke’ industrie geen raad, want anekdotes kunnen niet statistisch gemeten en bewezen worden. Met het gegeven dat dezelfde symptomen verschillende oorzaken kunnen hebben, of dat dezelfde oorzaak zich in verschillende symptomen kan uiten, maakt het veel te ingewikkeld voor de reguliere geneeskunde. Ook het gegeven dat de mens méér is dan een lichaam wordt daar niet welkom geheten, want ook dat is onmeetbaar en onzichtbaar, dus onzin. Homeopathie kan niet werken, dus werkt het niet, dus moet het verboden worden. Zo heeft het Beest zich vermomd in mensen die over onze gezondheid moeten waken, maar die ons in feite steeds zieker en zwakker maken.

De materialistische en statistische reguliere geneeskunde heeft zonder meer bestaansrecht bij Moolenburgh, maar moet wel aangevuld worden met wat we vaak in het alternatieve circuit van de ‘terreingeneeskunde’ zien: oog voor het immateriële en het anekdotische. Daarmee wordt geneeskunde weer geneeskunst. Maar tot vandaag de dag worden artsen die zich met alternatieve geneeswijze bezighouden vervolgd door instellingen als de Vereniging tegen de Kwakzalverij, die Moolenburgh vergelijkt met de inquisitie, en wiens voorzitter hij dan ook ‘grootinquisiteur Renckens’ noemt. En terecht, want het boek laat in honderden pagina’s lezen wat er allemaal fout gaat in de wereld van de arrogante reguliere geneeskunde. In de ban van de farmaceutische industrie, waarbij huisartsen zijn verworden tot ‘gezondheidsambtenaren’.

Op het niveau van het lichaam schrijft de auteur over ons voedsel, waarin steeds minder sporenelementen en steeds meer landbouwgiffen zitten, waarbij hij ook waarschuwt voor de anticonceptiepil die vrouwen, zij het onzichtbaar, meteen de overgang in jaagt. Moolenburgh strijdt ook tegen chloor en het ‘verouderingsmineraal’ fluoride. En tegen de vele overbodige vaccinaties van kinderen, want de bijwerkingen ‘vliegen de pan uit.’ Verder vertelt hij over het chronisch vermoeidheidssyndroom en waarschuwt hij voor diverse soorten straling zoals van magnetrons en gsm’s.

Op het niveau van de ziel wijdt de schrijver uit over basale gevoelens als honger en dorst, over de ‘eigenlijke gevoelens’ zoals die door kunst kunnen worden beleefd, over angst en mogelijke Bach-remedies en kruiden daartegen, over schuldgevoel, woede en verdriet, en over ‘negatieve emoties’ die je het beste kunt bestrijden door jezelf erin waar te nemen. Jezelf relativeren, niet zo serieus nemen, werkt genezend, zodat lachen, verhalen vertellen en spelletjes spelen helender zijn dan menigeen vermoedt. Beschouwingen over geloof, hoop en liefde, over affectie, vriendschap, verliefdheid en liefde besluiten als hoogste gevoelens dit deel van het boek.

Op het niveau van de geest gaat het derde deel van het boek over de slaap, over de droom en de daarbij horende sprookjeswereld, over het dagbewustzijn in de wereld van denken en informatie, en over het hogere bewustzijn, het ‘besef dat je er bent’, dat van piekervaringen. In dit hogere bewustzijn komen we in aanraking met wat ons werkelijk motiveert, gaat het over God en afgoden zoals Baäl en de Moloch, over de dood, over reïncarnatie, de door christenen uitgevonden eeuwige hel, en over het gebed.

Het bovenstaande doet tekort aan de rijkheid van Op je gezondheid! Niet alleen aan de rijkdom aan informatie die de schrijver met ons deelt. Maar ook aan het enthousiasme, de bevlogenheid en de wonderbaarlijke combinatie van realisme en optimisme waarmee hij ons laat zien hoe het machtsspel van het Beest door middel van onze gezondheidszorg ons tracht te verdelen in plaats van te helen, want: verdeel en heers. Een openbarend boek voor wie de werkelijkheid achter onze gezondheidszorg onder ogen wil zien.

De Kaarsvlam, november/december 2006

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites