Virtuele schizofrenie

Date 8 augustus 2009

Zapruder Inc., voor ‘alternatieve waarheid en bewustmakend nieuws’, plaatste onlangs een bijdrage onder de titel Wordt virtuele schizofrenie een reëel gevaar? De auteur, die zich Antagonizer noemt, meent te zien dat door het continu online zijn op het internet het virtuele leven steeds meer het reële leven binnendringt. Waarbij het gevaar op de loer ligt dat de interesse voor het leven in de realiteit afneemt en zelfs als ongewenst ervaren wordt. Het hebben van zowel een virtuele als een reële identiteit kan leiden tot onrealistische ambities door de virtuele werkelijkheid ‘waarin niets is wat het lijkt’. Zo wordt ‘virtuele schizofrenie’ geboren en de vraag rijst hoe je die gaat behandelen. ‘Ik denk dat ik vast wat patenten ga aanvragen. You never know…,’ eindigt deze blog, die veel reacties oproept. En terecht.

Om te beginnen heb ik ‘schizofrenie’ altijd een vage term gevonden. Want een korte zoektocht op het internet leidt al snel tot de constatering dat dit geen ‘gespleten persoonlijkheid’ of zo betreft. ‘De gespletenheid bij schizofrenie uit zich niet, zoals vaak wordt gedacht, in een meervoudige persoonlijkheid, maar in een beeld waarbij de samenhang in het denken, tussen waarneming en gedachten en tussen emoties en gedachten in ernstige mate is afgenomen, althans voor anderen minder goed invoelbaar is,’ schrijft Wikipedia waarbij die gespleten persoonlijkheid doorverwezen wordt naar de dissociatieve identiteitsstoornis. Maar toegegeven: gebruik van het woord ‘schizofrenie’ maakt het natuurlijk wel wat sensationeler: voor je het weet zie je Jekyll and Hyde-achtige taferelen voor je met subpersoonlijkheden die van elkaars bestaan niets willen weten. Wat in de virtuele wereld helemaal niet het geval is.

Net zoals het veroordelen van druggebruik volgens de Franse filosoof Jacques Derrida eerder op morele en politieke gronden plaatsvindt dan dat het op medische argumenten gebaseerd is, zou je kunnen zeggen de moeite die velen hebben met het virtuele leven eigenlijk op morele en/of politieke argumenten gestoeld is. Daarin wordt dan, net als bij drugs, heel duidelijk gesteld wat ‘echt’ en ‘reëel’ is, en worden andere ervaringen die niet aan die definitie voldoen gestigmatiseerd als ziek, onecht, een vlucht, asociaal, of noem maar op. De afwijking wordt gecreëerd, de menselijke ervaringen worden gesplitst in zogenaamde echte en onechte ervaringen, waarbij men eraan voorbijgaat dat elke ervaring per definitie echt is.

Dat schrijft ook Merethan als reactie op de blog, wat in feite hetzelfde is wat Robbie me in Second Life vaak vertelt: ‘het is niet minder ‘echt’ dan lijfelijk ergens aanwezig zijn. Wat ‘echt’ is en wat niet is sowiezo een ervaring. Je dromen zijn heel echt totdat je je wijsmaakt dat het maar een droom was.’ En over de ‘echtheid’ van de virtuele wereld denkt ook P.uncia anders, want ‘karakters loochenen zich niet en al helemaal niet als iemand zich anoniem kan uiten.’ Je kan virtuele werelden, net als de werelden die druggebruik oproepen, als tegenstrijdig aan de ‘werkelijkheid’ beschouwen, maar wellicht is het slimmer om ze te zien als een uitbreiding van je wereld, een aanvulling waar je je voordeel mee doet. Bijvoorbeeld om, zoals Anjalis schrijft, ‘tussen alle crap virtueel ‘geestverwanten’ te kunnen vinden die in een fysieke omgeving niet aangetroffen zouden kunnen worden alleen al vanwege de beperking van interactie in fysieke omgeving die gebonden is aan grenzen van onderlinge afstand.’

Weerstand tegen virtuele werelden is vaak gebaseerd op oneigenlijke gronden. Dat ze minder ‘echt’ zouden zijn ontstaat uit een heel beperkte definitie van de werkelijkheid. De dagdromer wordt verweten dat hij niet aanwezig is in het hier en nu, maar wie zegt dat dat het geval is? Nee, hij is in een ander hier en nu, in een andere wereld. Die andere wereld – of het een virtuele wereld van internet is, of die van drugs of dromen of wat dan ook – is echter voor buitenstaanders een ongrijpbare wereld waar hij geen vat op krijgt. Daarom ben ik geneigd om Derrida groot gelijk te geven en te geloven dat de veroordeling, criminalisering of ontzegging van toegang tot andere werkelijkheden gebaseerd is op de angst om macht over anderen te verliezen. Die virtuele wereld moet keurig in de hand worden gehouden in de vorm van films en boeken, maar mensen mogen daar niet zomaar hun eigen gang gaan om in astrale gebieden een beetje rond te gaan rommelen.

Het woord ‘virtueel’ betekende oorspronkelijk iets als manlijkheid, kracht, deugd en zelfs wonder. In plaats van onecht had het meer iets van ‘als mogelijkheid of vermogen aanwezig,’ wat in 1992 nog in de Van Dale werd genoemd, maar op het online woordenboek niet meer te vinden is. Het begrip virtueel heeft volgens mij niet met onecht of echt te maken, maar eerder met een andere wereld die niet ‘schijnbaar aanwezig’ is, maar even reëel is als real life. ‘Boeiend wordt het pas als de stroom uitvalt,’ schrijft Inanna. Ja, daarover kan ik meepraten, want toen ik vorige week met Robbie en Carl zat te praten was opeens alles weg en stond het halve huis in het donker. Waartoe een computer in staat is! Zes dagen zonder! Maar ik heb toch rustig geslapen, ook omdat ik wist dat mijn virtuele vrienden deze dagen aan mij dachten zoals ik aan hen.

  • Facebook
  • Twitter
  • NuJIJ
  • Print
  • PDF
  • Add to favorites

4 reacties op “Virtuele schizofrenie”

  1. Diana zei:

    Bedankt voor deze heldere uitleg, Satyamo, want ik kan nu beter begrijpen, dat het werkelijk zijn nut kan hebben om in het hier en nu in een andere wereld en eigenlijk in een andere dimensie aanwezig te zijn. Dat begrip zullen we steeds meer moeten krijgen: het begrip en rekening-houden-met de tegelijkertijd aanwezige andere dimensies, andere werelden, die recht hebben op erkenning van hun eigen werkelijkheid (waarin dus ook ‘gewerkt’ en gerealiseerd wordt!). En als we bedenken dat volgens de aloude levensbeschouwingen er zeven dimensies zijn, dan zit er minimaal achter second life weer een third life en wie weet nog vier werelden. Er valt voorlopig dus genoeg te spelen en te ontdekken voor de mens!

  2. Vriend zei:

    laten we eerst maar eens REALIZEREN in EEN (DEZE) wereld/dimensie VOL-LEDIG AANWEZIG te ZIJN, dat lijkt me gezien het (geringe) aantal gerealizeerden al moeilijk genoeg.
    en ik heb hèn (die ontwaakten) nog nooit horen spreken over het aanwezig zijn in andere werelden/dimensies, dat lijkt me voorbehouden aan lsd-gebruikers en andere trippers (Vinkenoog, Brood, c.s.) en is derhalve(?) fake.

  3. Diana zei:

    Alle dimensies zijn immers in het NU. We realiseren ons echter te weinig, dat al die andere dimensies er tegelijkertijd óók zijn. En dat wij, in de ene of de andere vorm, óók tegelijkertijd in alle dimensies zijn. Het verschil tussen ‘de ontwaakten’ en de trippers is, dunkt mij, dat de ontwaakten zich voortdurend en op eigen (verworven) kracht en inzicht bewust zijn van Wie of Wat zij zijn: de bron en daarmee alle dimensies zelf. Terwijl drugsgebruikers heel kortstondig even iets mogen ervaren van een andere wereld of andere dimensie, die echter wel door een drug opgeroepen en qua verschijningsvorm dus drug-afhankelijk is. Daarom koos ik persoonlijk tenslotte voor de permanente en niet voor de voorbijgaande ervaring.

  4. schizofrenie zei:

    Ik denk dan wel dat je vooral moet denken aan online gamen bij virtueele schizofrenie, browsen over het internet kan minder kwaad dan het online gamen.

Reageer

XHTML: Je kan deze tags gebruiken: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>