Stekende oversteken

Date 30 november 2017

Al in de verte zie ik een fietser wachten voor het rode licht dat ik zo haat. Vriend fietst liever een kilometer om dan dat hij voor dat licht moet gaan staan wachten. Die heeft kennelijk een gevoel van eigenwaarde dat ik mis terwijl ik hier met me laat sollen. Dan staan we samen voor het rode licht, kijkend naar auto’s die voor onze neus rechtsaf slaan. We zeggen niets tegen elkaar, maar dat hoeft ook niet want we denken ongeveer hetzelfde. Namelijk dat we veel te lang staan te wachten. Auto’s uit de tegengestelde richting trekken op om voor onze neuzen linksaf te slaan. Kan gebeuren. Ik heb eens gemeten dat de wachttijd voor fietsers hier net iets langer is dan de daarvoor voorgeschreven limiet. Maar dat mag dan kennelijk toch om de een of andere reden. Het verkeer van rechts trekt op, en ik onderdruk de neiging om nog eens vijf keer per seconde op het knopje te drukken. Sommige van die knopjes zijn gewoon fake, heb ik ergens gelezen. Opnieuw trekt het rechts afslaande verkeer achter ons op. Die auto’s al voor de tweede keer. Zij wel.

Waarom moeten fietsers langer wachten dan auto’s? In het niet de wereld op zijn kop dat degenen die zich op eigen kracht voortbewegen moeten wachten op hen die lui achterover alleen maar op pedaaltjes hoeven te drukken? De linksaf slaande auto’s vanaf de overkant rijden weer  voor ons langs. Nu zullen wij wel aan de beurt zijn, want ik heb eerder geconstateerd dat fietsers maximaal twee cycli moeten wachten. Waarom weet ik niet. In tegenstelling tot de programmeurs, voor wie het wegwerken van al die auto’s in de spits veel belangrijker is dan wat extra wachten van fietsers. Ik ga op mijn pedalen staan, maar nu trekt het verkeer van rechts weer op. Wat heb ik als fietser voor boodschap aan het feit dat er veel te veel auto’s zijn? Die files zijn toch hún probleem? Voor de derde keer staan we voor het rechts afslaande verkeer te wachten. Ik voel de neiging in me opkomen om me er gewoon maar tussen te storten, maar de auto’s rijden te hard om nog te kunnen remmen. Hoewel ik er misschien wel een goede daad mee zou doen me in het ziekenhuis te laten rammen. Net op tijd bedenk ik dat ik echter nog meer wil doen vandaag.

Grappig dat die fietser voor mij even veel geduld heeft als ik. Even braaf is als ik. Auto’s komend vanaf de overkant razen weer voor ons langs. Gelukkig heb ik geen haast. Maak je niet druk, fluister ik mezelf toe. Geef je gewoon over aan de dingen zoals ze nu eenmaal zijn. Accepteer het onvermijdelijke. Flow with the river! Flow with the traffic! Maar ik geef me liever over aan mijn kwaadheid. Geen wonder dat ik auto’s haat. Het verkeer van rechts trekt weer op. Is er nu een gaatje om doorheen te glippen? Ja! Maar nu word ik weer door auto’s van achterop belaagd en knijp ik extra op mijn handremmen om mijn benen tegen te werken. Er zit zeker een dikke VVD’er achter de knoppen, die van de autopartij geloven immers in het recht van de sterkste. Een corrupt zooitje waar mensen nog op gaan stemmen ook. Verkeer vanaf de overkant raast weer voor ons langs. Ga toch lopen, neem zelf de fiets of de bus, stelletje milieuvervuilers! Door jullie kan ik zelfs in gewone straten niet meer lekker fietsen omdat ik anders gekatapulteerd word door drempels die er alleen maar zijn omdat jullie je niet gewoon aan de maximumsnelheid kunnen houden!

Het verkeer van rechts trekt weer op. Zucht. 130 mogen ze tegenwoordig rijden. Ecocide en tientallen extra doden ‘voor de beleving van de automobilist’. Sommige mensen zijn er trots op bij de VVD te horen. (Sorry, ik kan het niet laten.) Als psycholoog word je geacht empathie te kunnen tonen, maar dit is wel héél moeilijk! Corruptie is gewoon in de partijmentaliteit ingebakken. Voor de vijfde keer staan we te wachten op verkeer van achter ons dat rechtsaf slaat. En dan zeggen ze nog dat dit alles, net als al die voor fietsers lastige en hoekige bochten, bedoeld zijn voor onze eigen veiligheid, opdat ze goed zicht hebben op het overige verkeer. Maar vrachtwagens met een dode hoek mogen godbetert wel gewoon de straat op. De economie moet immers verder, en in één van die monsters zit misschien wel een pakje dat ik zelf besteld heb. De man voor me kijkt me even aan,  juist op het moment dat het licht voor fietsers op groen springt. Juichend gebaar ik hem dat we naar de overkant kunnen, iets waarvoor we een paar royale seconden de tijd hebben. We mogen! Arme automobilisten, nu moeten ze op ons wachten. Vriend zou via zijn slimme omweg al veel verder zijn geweest.

P.S. De genoemde oversteek is te vinden in Huizen als je vanaf ’t Merk naar de in het verlengde ervan liggende Huizermaatweg wil, maar daarvoor eerst de Bovenmaatweg moet oversteken. Een soortgelijke situatie in Blaricum is de oversteek over de Randweg Oost in het verlengde van de Stichtseweg, waarover ik een motie heb ingediend die unaniem is aangenomen.

Een volk dat voor tirannen zwicht

Date 28 november 2017

Het wordt tijd dat lagere overheden het niet meer pikken om door hogere overheden betutteld en uitgeknepen te worden. Als kleine gemeenten bestuurskracht verliezen, is dat vooral veroorzaakt door de provincies en het Rijk. Helemaal van de gekke wordt het als gemeenten juist wél bestuurskracht hebben, maar toch tot fusie worden gedwongen. Zoals Blaricum. Fusie mag onder Rutte III nu ook van bovenaf opgelegd worden. ‘Hap,’ zegt de provincie Noord-Holland, een provincie die zélf trouwens indertijd op zijn achterste poten stond toen het Rijk die wilde samenvoegen met Flevoland en Utrecht. We hebben in deze ook veel ellende te danken aan de PvdA, waar Plasterk zich indertijd hard maakte voor gemeenten van minimaal 100.000 inwoners. Samen met de VVD en D66 hebben deze partijen maling aan democratie, want een kind kan begrijpen dat schaalvergroting leidt tot minder invloed van inwoners. Het is niet voor niets dat er zoveel weerstand is tegen ‘Europa’ waar steeds meer beslissingen over de hoofden van landen, provincies en gemeenten heen worden genomen.

Het werk onmogelijk maken. Door het over de schutting richting gemeenten gooien van allemaal taken zoals de WMO. Onlangs las ik dat vergoedingen voor raadsleden van kleine gemeenten het komend jaar met geen cent verhoogd worden, in tegenstelling van die van grotere gemeenten en colleges. Terwijl kleinere gemeenten al minder raadsleden hebben juist omdát ze klein zijn. Ooit heb ik het argument gehoord dat vergoedingen geen argument mogen zijn om je beschikbaar te stellen voor het raadslidmaatschap, maar geldt dat dan ook voor leden van de Tweede Kamer? Welnee. Het is gewoon een ordinair machtsspel om de kleintjes buitenspel te zetten. De gemeenteraad is het hoogste orgaan, zo heet het officieel. Maar in deze merk ik daar bitter weinig van. Het wordt tijd dat de VVD, D66 flink afgestraft worden bij de gemeenteraadsverkiezingen in maart.

Na jaren overspoeld te zijn met argumenten waarom groter ook beter is, kopte nrc.next vanmorgen met een onderzoek van COELO, het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden, dat aantoonde dat samenwerking noch fusie tot besparingen leidt. Dat tussen 2005 en 2013 in totaal zelfs 8 miljard is uitgegeven aan deze onzin. Toegegeven: ik zat er ook bij toen indertijd het samenwerkingsverband tussen Blaricum, Eemnes en Laren werd opgericht en tijdens de eerste jaren was onze BEL Combinatie voorbeeldig voor andere gemeenten. Qua cultuur passen deze gemeenten goed bij elkaar, en omdat ze alle drie een grootte hadden van rond de 10.000 inwoners werd geen van alle drie door een andere gedomineerd en opgeslokt. Dat zal anders worden als Blaricum en Laren in 2021 zijn gefuseerd met Huizen dat zo’n 40.000 inwoners heeft. Die gemeente heeft het bijvoorbeeld minder moeilijk met hoogbouw dan wij, en God verhoede dat die ook gaat plaatsvinden op wat nu nog Blaricums grondgebied is.

Ik begrijp nog steeds niet dat al die mensen van het Rijk, de provincie en ook binnen onze raad met een schoon geweten voor fusie kunnen zijn en eraan meewerken. Soms ook met het argument dat je die ontwikkeling toch niet kan tegenhouden omdat het vechten tegen de bierkaai is. Wat mij betreft ontvangen we de gedeputeerd gewoon niet, of hooguit in een achterkamertje met slappe koffie, en worden de hooivorken weer uit de schuren gehaald en besmeuren we het provinciehuis met het bloed dat onder onze nagels is weggehaald. Want waar geen plaats meer is voor argumenten en debat is dat het enige wat overblijft. Je kunt zeggen dat je dan de strijd zéker verliest, maar belangrijker dan winnen of verliezen is gaan waarvoor je staat. Dat schept duidelijkheid, waarop menig inwoner al zo lang zit te wachten. Liever strijdend ten onder dan je laten manipuleren door machtsspelletjes. Een ieder heeft het recht zichzelf te zijn. Dat geldt niet alleen voor individuen maar ook voor gemeenten.

Een volk dat voor tirannen zwicht, zal meer dan lijf en goed verliezen, dan dooft het licht … Aldus Van Randwijk op het monument bij het Weteringcircuit in Amsterdam, een tekst die ik al eens tijdens een raadsvergadering heb geciteerd. Als we niet meer in opstand komen doen we zelf het licht uit. Ook in Blaricum.

De echte kannibalen

Date 22 november 2017

In het laatste hoofdstuk van waar ik mee bezig ben zegt iemand dat neoliberalen erger zijn dan kannibalen. Ben ik een beetje doorgeslagen? Zeker voor hen die de realiteit niet onder ogen durven te zien. Gisteren moest ik opeens aan Plato denken. Waarheid, goedheid en schoonheid. Toen ik een kleine twaalf jaar geleden in de gemeenteraad kwam had ik nog een sprankje hoop dat politici dat zouden nastreven. Dat gebeurt maar bij mondjesmaat. Erger nog: het wordt vaak aan alle kanten bestreden. Zeker door de neoliberalen en hen die daarmee heulen. Een te gemakkelijk frame? Zeker volgens hen voor wie de werkelijkheid te confronterend is en niet willen stilstaan bij de wortels van dit in het Westen overheersende geloof in de vrije markt. Die zich niet realiseren dat die markt helemaal niet vrij is en alleen maar kan overleven door de vrijheid van anderen te beperken. Neoliberalisme beperkt zich niet alleen tot de VVD en D66, maar is een spook dat door het gedachtegoed van Europa waart.

Waarheid zou moeten betekenen dat je zorgvuldig onderzoekt wat de beste oplossingen voor problemen zijn. Maar in de praktijk stelt waarheidsvinding niet veel meer voor dan dat je een onderzoeksbureau inhuurt dat je naar de mond praat. Goedheid zou moeten betekenen dat je opkomt voor mensen die het minder goed hebben, voor dieren, voor het milieu. Maar in de praktijk komt het erop neer dat de armen armer worden en de rijken rijker, dat winst wordt geprivatiseerd en verlies wordt gecollectiviseerd. Schoonheid zou moeten betekenen dat je kunst en wetenschap een warm hart toedraagt en subsidieert. Maar in de praktijk wordt daar alleen maar op bezuinigd en krijgen grote bedrijven subsidies in de vorm van renteaftrek. Je moet toch wel ontzettend dom zijn als je niet beseft dat dit op langere termijn alleen maar tot meer ontevredenheid en protest leidt, dat dit de grootste bubbel is die over ons rondwaart en vandaag of morgen ontploffen moet.

De meerderheid van het volk is wijzer dan de politici, die met steeds meer regelgeving krampachtig de touwtjes strakker en strakker aantrekken. Democratie is dan ook de grote vijand van de neoliberalen die in de praktijk een allesbehalve vrije markt voorstaan. Want ze weten drommels goed dat ze in feite voor de dictatuur van de rijken en de machtigen zijn. Clubjes van mensen die elkaar als pubers in autoritaire studentencorpora hebben leren kennen, waar hen de kunst van reten likken en elkaar omlaag trappen hartgrondig is aangeleerd, waarna ze elkaar in broederlijke trouw het hand boven het hoofd blijven houden, gelovend dat zij de intelligentsia zijn die het beter weet dan het domme volk. Ja, de politiek heeft me wel somberder gemaakt, geconfronteerd als ik ben met doortrapte spelletjes waarop je geacht wordt netjes en diplomatiek te reageren omdat je anders nog minder bereikt.

Diplomaten laten nooit het achterste van hun tong zien. Worden terecht door het volk met argusogen bekeken. Ik vind dat je duidelijk moet laten zien waar je voor staat. Natuurlijk moet er onderhandeld worden, maar dat is heel lastig als iedereen na wat grabbelen op internet meent de waarheid in petto te hebben. Of beter: als steeds meer mensen ontkennen dat er een waarheid bestaat en alles een mening is en er dus eigenlijk niets onderzocht hoeft te worden. Dat er geen goedheid bestaat zodat alles alleen op een praktische wijze aangepakt kan worden. Dat er geen schoonheid bestaat omdat dat toch maar een subjectief gevoel is. Verkondigen dat er toch iets als waarheid, goedheid en schoonheid bestaat is vloeken in de kerk. Debat verwordt tot schelden en elkaar spitsvondig vliegen afvangen. Journalisten onderzoeken niet meer en misbruiken de media voor hun persoonlijke scheldpartijen waarin respect ver te zoeken is.

In de strijd om de macht kunnen veel politici elkaar wel vreten, branden en slachten elkaar ze af, en kunnen ze elkaars bloed wel drinken. Keurig als ze zijn doen ze dat niet letterlijk, maar het is de vraag of het daarom minder erg is. Willen de echte kannibalen opstaan?

Blaricums einde

Date 8 november 2017

Vandaag werd bekend dat Blaricum, Laren en Huizen moeten fuseren tot een nieuwe gemeente. Aldus heeft de provincie in al haar wijsheid besloten. Op 1 januari 2021 moet het rond zijn, en we zijn verzekerd van een immense reorganisatie waarbij er minder tijd en energie overblijft om ons gewone werk te blijven doen. Veel ambtenaren dreigen hun werk te verliezen en de toekomst is onzekerder dan ooit. De fusie zal de rode draad zijn die als hoogste prioriteit door alle vergaderingen heen loopt. De bestuurskracht van Blaricum is op orde, maar om deze te versterken – het grootste argument van de provincie – zal deze alleen maar verzwakt worden. Bestuurskracht is immers bereiken wat je wil bereiken. Maar dat wil de provincie kennelijk niet. Nou ja, alleen voor zichzelf maar niet voor ons, Blaricumse inwoners en bestuurders.

Net als indertijd met het gedoe rond de HOV heb je ontzettend veel last van de provincie. Was indertijd het adagium dat herindelingen van onderop moesten komen, nu weet de provincie beter dan wij zelf wat goed voor ons is. Worden we neerbuigend behandeld als opstandige pubers die niet open staan voor wat ‘de realiteit’ wordt genoemd, een realiteit die niets anders is dan aanbidding van het gouden kalf dat alleen nog maar in economische termen kan denken. Waarbij iedereen gestimuleerd wordt tegen elkaar op te boksen in een wedstrijd waarvan de hogere overheden op de eerste rij buiten de ring zitten te genieten. Want laten we eerlijk zijn: het gaat uiteindelijk alleen maar om de macht. Politiek is maar al te vaak een vuil en pervers spel, maar dat wisten we eigenlijk al.

De meerderheid in ons dorp wil helemaal geen fusie en gewoon zelfstandig zichzelf blijven. Waken over de eigen identiteit en dorpscultuur. Tegelijk werd vandaag bekend dat Blaricum tot Kunststad van het jaar 2018 is gekozen. Mijn uitbundige felicitaties daarvoor, maar een schrale troost in het licht van het opheffen van de gemeente. Want wat zal er in de toekomst gebeuren met bijvoorbeeld onze ruimtelijke ordening? Want hoeveel invloed zullen we na 2021 in de toekomstige gemeente Erfgooiersland – ik verzin maar een naam – nog hebben? Tienduizend van de zestigduizend inwoners? Wat gebeurt er met onze heides, bossen en weilanden? Gaat het asfalt oprukken? Wordt alles volgebouwd? Vertrekt God? Iemand fluisterde me onlangs toe uit ons dorp te willen vertrekken als die fusie doorging. Omdat Blaricum dan niet meer Blaricum zal blijven.

De minderheid van VVD en D66 in onze gemeenteraad mag blij zijn nu ze haar zin krijgt. Kennelijk hebben deze partijen ook maling aan democratie en de stem van het volk. Zodat ze beter VV en 66 genoemd kunnen worden. Hoewel ik op advies van Spinoza wat minder neiging heb me tegen het onvermijdelijke te verzetten, is het toch niet goed voor mijn bloeddruk. Politiek is een goede leerschool op het spirituele pad! Want niets wil je zo corrumperen als dat. Misschien wel de beste leerschool, dus ik ben nog niet weg! Hodie mihi, cras tibi – vandaag ik, morgen gij. Want het kan niet anders dan dat in een nabije of verre toekomst het hele neoliberale systeem ineenstort. Dat het volk of moeder Aarde het niet meer pikt. En het is mijn troost dat dat echt eens zal gebeuren. Uiteindelijk vernietigt het kwaad zichzelf. Amen. Ja: amen.

Alleen zijn

Date 31 oktober 2017

Steeds vaker betrap ik mezelf op vreemde reflexen. Als de telefoon gaat, neem ik hem op. Als er aan de voordeur gebeld wordt, ren ik naar beneden om open te doen. Als ik een mail ontvang, ga ik hem beantwoorden. Als mijn smartphone klikt, ga ik kijken welk berichtje binnenkomt. Waarom eigenlijk? Waarom laat ik me storen als ik eigenlijk met rust gelaten wil worden? Me bewust wordend van de idiotie hiervan zit ik dan ook soms naar de rinkelende telefoon te staren, laat ik mensen voor de voordeur staan, beantwoord ik geen mails als er niets gevraagd wordt, en laat ik mijn smartphone lekker knipperen. Want ik bepaal liever zelf wanneer ik gestoord wil worden. Best moeilijk soms, want ik weet niet wat ik mis en wie ik met mijn schijnbare afwezigheid tekort doe. Tegelijk ook best makkelijk, vooral omdat het me een voldaan gevoel geeft om zelf over mijn eigen tijd te beschikken, de regie over mijn aandacht zelf in handen te nemen.

Heb ik het recht om niet gestoord te worden als ik alleen wil zijn? Volgens mij is dat een basaal mensenrecht. Net zoals dat op privacy, en eigenlijk is dat hetzelfde recht omdat het om inbreuk op je persoonlijke levenssfeer gaat waar je daar geen behoefte aan hebt. Niet dat ik mensen kwalijk neem dat ze contact met me zoeken, wat ook mijn ego een beetje streelt. Maar wel dat ik zo’n oproep niet dwangmatig hoef te beantwoorden. Als ik dat dan toch doe zijn mijn reacties – geïrriteerd of afwezig als ik dan ben – kort en bits, waardoor van een echte communicatie nog maar weinig sprake is. Bovendien heb ik dan de flow waarin ik met iets bezig was tekortgedaan.

Ben ik asociaal omdat ik soms onbereikbaar wil zijn, net als vroeger tijdens verre vakanties toen er nog geen smartphones en internet waren en telefoneren naar het buitenland hartstikke duur was? Dat waren gouden tijden op het Spaanse strand! Want zonder periodes van alleen zijn kan ik niet leven en word ik knettergek. Wat je tegenwoordig dan ook ziet bij veel mensen die 24/7 hun leven dichttimmeren met afleiding om maar niet alleen te hoeven zijn. Een van mijn mooiste vakanties was die waarin ik die helemaal alleen met mezelf vierde en er extatisch van genoot. Toegegeven: je moet er wel van houden om alleen of zelfs eenzaam te zijn. Wat dat betreft ben ik een rare, en heb ik graag vrienden met wie ik samen alleen kan zijn, met wie ik samen kan zwijgen. Want zijn kun je alleen op je eentje, en wat zich dán allemaal aan je openbaart …!

De Kaarsvlam, november/december 2017

Zomertijd

Date 28 oktober 2017

Jammer dat ze de zomertijd weer willen afschaffen. Het schijnt geen energie te besparen, want mensen gingen van een langere avond genieten zodat er meer elektriciteit en brandstof voor auto’s werd gebruikt. En bovendien zijn er veel mensen – en ook de dieren die ze verzorgen – die knap in de war raken van het bijstellen van de klok. Zelf heb ik daar niet veel last van. Behalve dan dat er voor onze dansfeestjes in Second Life andere Amerikaanse aanvangstijden moeten worden aangekondigd omdat hun zomertijd niet parallel loopt met die van ons in Europa. En daar moet ik steeds weer opnieuw over nadenken. Maar een ander nadeel voor mezelf weet ik niet. Heerlijk dat ik de komende Halloweennacht een uurtje langer kan slapen! Hoewel ik waarschijnlijk gewoon een uurtje eerder wakker word.

En laten we niet vergeten dat die zomertijd soms ook leuke effecten heeft. Zoals de politie die een controle plande van fietsverlichting bij scholieren en vergat dat de wintertijd was ingegaan. Ja, die jongens en meisjes reden zonder licht, maar dat was ook niet nodig want de zon was al op!  En als iemand komende nacht om half drie wordt geboren, moet je er wel bij zeggen welke half drie je bedoelt! Terwijl in het voorjaar bij het ingaan van de zomertijd niemand op die tijd geboren kan zijn. Dat heeft iets mysterieus: tijd die verdwijnt en niet meer bestaat. En tijd die dubbel voorkomt. Daar geniet ik van. Terwijl tijd op zich al een raadselachtig verschijnsel is. Einstein en zo. Ik begrijp dat het ene uur niet even lang duurt als het andere uur, net zoals de ene kubieke meter niet even veel inhoud heeft als de andere. Heeft met zwaartekracht te maken, zeggen ze.

Als ik een ochtendmens was zou ik het afschaffen van de zomertijd verwelkomen, maar nu voelt het alsof er een stuk van mijn avond wordt afgesnoept. Maar vóór 1977 heb ik daar kennelijk goed mee kunnen leven. Hoewel? Ik wist niet beter. Volgens mijn Wijze Tante zal de zomertijd wel iets verwerpelijks zijn geweest. Ik heb haar er nooit over gehoord, maar de onnatuurlijkheid van dit gesjoemel met de klok zal haar niet hebben bekoord. Alsof het niet al erg genoeg was dat de klok bij de ‘gewone’ tijd al veertig minuten vóórliep! En dan daar in het voorjaar nog een uur bovenop doen! Nee, wat haar betreft zou de zon twaalf uur ‘’s middags het hoogst staan, en om middernacht het diepst. Maar dat is praktisch onhaalbaar omdat dan alleen klokken op dezelfde lengtegraad dezelfde tijd zouden aanwijzen. Vroeger was dat zo, maar toen ging de wereld niet veel verder dan je eigen stad of dorp.

Ik zal je missen, zomertijd! Want wat mij betreft mag de zon om drie uur ’s middags het hoogste schijnen en om drie uur ’s nachts het diepst onder de horizon verdwenen zijn. Maar wat we ook met de klok doen, ik ben blij dat we, dank zij onze breedtegraad, in de zomer twee derde van de tijd zonlicht hebben. Daar staat tegenover dat het in de winter maar een derde van de dag licht is. Dat is mooi, want daar hebben we de seizoenen aan te danken. Ik moet er niet aan denken op de evenaar te wonen, waar de duur van de dagen en de nachten veel minder van elkaar afwijken en de schemering veel korter is. Rond zes uur de zon op, en rond zes uur de zon weer onder. Eentonig lijkt me dat. In India wilde ik nog even in de schemering in de tuin van het hotel zitten, maar het was donker voor ik het wist. Wat is het eigenlijk goed om in een gematigd klimaat te leven! En wat er ook met dat klimaat gaat gebeuren, de mens is tenminste niet in staat om het ritme van de zon te veranderen.

Harde wind en regenvlagen op deze Halloween, zodat het toch wat spookt buiten. Morgen twee graden kouder. Maar ik blijf mijn eigen zon en licht, me voorbereidend op veiligheid en koestering in de donkerte. Een paar maanden lekker de baarmoeder van de natuur in.

Zelfbewustzijn

Date 20 oktober 2017

Eerlijk gezegd snap ik het niet. Dat hoef ik mezelf niet kwalijk te nemen, want het is gewoon niet te snappen. Het zit zo. Als je me vraagt wie of wat ik ben, kan ik natuurlijk mijn naam noemen, mijn geslacht en leeftijd, mijn liefhebberijen, werk en wat niet al. Ik kan mijn horoscoop laten zien, mijn lichamelijke gesteldheid laten weten, en verhalen over van alles wat ik in mijn leven heb meegemaakt. Maar dat gaat allemaal voorbij en kan veranderen, zodat het weinig zegt over wie ik werkelijk ben. Is er dan geen wezen, geen kern in me die nooit verandert? Zonder dat zou ik steeds iemand anders zijn terwijl ik toch iets ervaar dat altijd bij me is, dat altijd in me geweest is en waarvan ik me niet kan voorstellen het er ooit niet meer zal zijn. Een kern in me, mijn wezen, een gevoel van er zijn, een waarnemer die altijd bij me is en die ik bewustzijn noem, al dan niet op een laag of hoog pitje. Want alles speelt zich af in dat bewustzijn dat ergens rond mijn hoofd lijkt te zweven. En alle verschijnselen, alle ervaringen, verliefdheden en gedachten doemen op in dat bewustzijn. Wat dus betekent dat ik dat allemaal niet ben. Van mezelf blijft niets meer over dan een leeg vat, een filmdoek voor en na de voorstelling die leven heet. Ik ben bewustzijn. Bewustzijn is leegte. Oké? Dan ga ik verder.

Ik ervaar mijn bewustzijn. Maar dat kán helemaal niet! Want hoe kan mijn ene bewustzijn zich in mijn andere bewustzijn bevinden? Dan zijn er twee: subject en object, en zowat onze hele cultuur is erop gebaseerd om die strikt gescheiden te houden. Zeker in de wetenschappelijke wereld. Mijn onbegrijpelijke ervaring van bewustzijn wordt dan ook vaak zelfbewustzijn genoemd, maar dat is volgens het logische verstand dus onmogelijk. Maar toch is het er: mijn bewustzijn dat zich bewust is van zichzelf. Dat snap ik dus niet. Want als dat echt zo is wordt meteen het hele westerse denken onderuit gehaald dat gevestigd is op de opvatting dat er altijd twee zijn: object en subject. Want één verschijnsel is genoeg om mooie denksystemen op hun grondvesten te doen schudden, zoals één witte raaf al genoeg is om de stelling te ondergraven dat raven zwart zijn. Ik hou trouwens van raven, geniet van hun brutale gekras, maar dit terzijde. Hier zit ik dan, de denker die concludeert dat object en subject één en dezelfde kunnen zijn en daarmee vloekt in de kerk van de wetenschap. Wat een gepuzzel, heb ik niets beters te doen? Maar ik hou nu eenmaal van puzzelen en dit is weer eens iets anders dan een sudoku.

Ik denk dat we belazerd worden door het denken, dat niet anders kan dan polariteiten te suggereren die er in feite helemaal niet zijn. Ja, we hebben er onze technologie aan te danken, maar dit denken gaat haperen als we over zelfbewustzijn beginnen, een rare uitzondering op de regel die door de wetenschap door de vingers wordt gezien. Maar ik ga het nog bonter maken. Iets kan alleen maar in het niets verschijnen, net zoals het filmdoek leeg moet zijn als je er iets op wilt projecteren. Dat betekent dus dat er niet alleen een iets bestaat, maar ook een niets. Maar hoe kan niets bestaan? Zijn er echt lege ruimtes waarin geen enkel elementair deeltje of stukje straling te vinden is? Voor mij gaat het dan ook niet om alles óf niets, maar alles én niets. Omdat ze dezelfde zijn. Vroeger riep ik ‘Alles is één!’ van de daken, en het lijkt er nog steeds op dat ik gelijk had. Uiteindelijk kom ik terecht bij het idee dat alles een zichzelf bewust bewustzijn is, leeg en vol tegelijk. Dat de wereld een illusie is, een droom waarmee het bewustzijn zich vermaakt omdat het zich anders zou vervelen. Want het nadeel van de eenheid van alles – Ken Wilber noemt dat ‘één smaak’ – is dat het op gegeven moment heel saai wordt zodat je behoefte krijgt aan een spelletje.

Ik wou dat ik twee hondjes was, dan kon ik samen spelen, dichtte Godfried Bomans, die kennelijk even in de huid van God of Brahma was gedoken. Dat is wijsheid. Het spel spelen, het niet serieus nemen en je verliezen in de onzin ervan. Misschien is de hele kosmos wel een grote grap die uit een diepe lach is ontstaan. Zei ik dat ik iets niet snapte? Grapje!

Zelfeuthanasie

Date 16 oktober 2017

Vanaf het dak van de aula sprongen we naar beneden. Dat van het Hervormd Lyceum West in Slotervaart om precies te zijn. We maakten met zijn allen bewust een einde aan ons leven. En dat was helemaal niet erg of verschrikkelijk, en we deden het ook niet omdat we het leven niet meer zagen zitten of zo. Het was eerder de uitdaging van het onbekende, misschien alleen maar een spel. Deze droom is me altijd bijgebleven. Misschien wel wegens de verstilde sfeer en de wonderbaarlijke gewoonheid ervan. Alsof het kiezen voor zelfmoord net zoiets was als in de pauze stiekem een patatje in de snackbar verderop halen, met een dubbeltje in de jukebox voor de nieuwste hit van The Beatles.

Zelfeuthanasie. Dat moet natuurlijk niet te gemakkelijk gemaakt worden zodat pubers bij hun eerste liefdesverdriet dan maar meteen uit het leven stappen. Of dat mensen in een psychotische bui zelfmoord begaan. Maar nu je, met de gids van Philip Nitschke in de hand, een envelop met dodelijk poeder bestellen dat je in de yoghurt een vredig levenseinde bezorgt, is de beer los. Hoe liberaal kan je zijn? Het kan wel voor een grote opruiming zorgen van gevoelige en kwetsbare jongeren, van mentaal verwarde mensen en gedementeerde ouderen. Kortom van hen die een blok zijn aan het been van de economie, waaraan iedereen toch een steentje dient bij te dragen en weinig ruimte is voor sentiment en ziekte. Opdat alleen de echte mannen zullen resteren.

Ik weet niet wat ik moet doen tegen het gemak waarmee mensen straks uit het leven kunnen stappen. Wellicht is er gewoon niets tegen te doen, en kunnen we alleen maar kijken naar de lemmingen die zich in de zee gaan storten. De enige remedie die ik kan bedenken is bewustwording en openheid. Jongeren die zich gaan realiseren wat voor immens verdriet ze hun ouders, vriendjes en klasgenoten aandoen. Lessen in empathie. Het jachtige 24/7-klimaat kalmeren zodat mensen zowel lichamelijk als psychisch weer gezond worden, minder lijden onder hoge bloeddruk en burn-outs. Een cultuurverandering die het tot zelfmoord leidende neoliberalisme afdankt. Een bewustzijnsschok die onze huidige maatschappelijke normen en waarden doet imploderen.

En ook mis ik iets in deze discussie over zelfeuthanasie. Want doden wordt altijd als iets negatiefs geschetst, als iets verkeerds. Daarbij gaat het dan niet over het sterven zelf, maar om het opheffen van lijden, van pijn, van depressie, van verdriet. Daar willen we van af, want alles beter dan dat. Zelfs liever sterven, hoewel je niet eens echt weet of dit wel echt een oplossing is. En ik hoor niemand verlangend praten over hoe mooi het is om te sterven. Want ik kan me best voorstellen dat mensen, met name ouderen, gewoon graag dood willen. Niet omdat ze lijden, maar omdat hun leven mooi is geweest en ze, dankbaar daarvoor, vinden dat het tijd is weer verder te reizen. Overstappen op een andere trein, het avontuur tegemoet naar onbekende werelden, zelfs als je niet eens zeker weet of die überhaupt wel bestaan. En misschien is het wel het mooist om in de bloei van je leven afscheid te nemen, voordat je afgetakeld, hulpbehoevend en seniel bent.

Het recht om te sterven. Wat is er op tegen als iemand dat dolgraag en langdurig wil, zelfs als hij helemaal gezond en bij volle verstand is? Waarom zijn we zo bezeten van de kleine dood, het orgasme, en verketteren we de grote dood? Toegegeven: ik zou het er als ouder of partner ook moeilijk mee hebben als mijn geliefde kind of vriend weloverwogen uit het leven wilde stappen. Maar als het zijn of haar vurige wens is, is het dan liefde als ik daartegen protesteer en is mijn verdriet dan niets anders dan zelfbeklag? Niet alleen als het een verlossing uit lijden, maar ook als het de vervulling van een diep gekoesterde wens is? Zowel de dood als verlossing als het sterven uit verlangen zijn diep in ons verankerd en verdienen beide onze aandacht.

We willen verdwijnen in seks, in de trance van muziek van Wagner tot house, in het rennen van marathons, in drank, pilletjes en wiet en scheuren over de snelweg, dus zeg me niet dat er geen doodsdrift in ons leeft. ‘Stirb und werde!’ riep Goethe. Want levensdrift is doodsdrift, en doodsdrift is levensdrift. Uiteindelijk zijn ze een en dezelfde, en ook hier geldt weer dat er uiteindelijk maar een panacee is: bewustzijn.

Gezonde langslapers

Date 28 september 2017

Veel hardwerkende Nederlanders zijn er trots op dat ze tachtig uur per week werken, ofwel veertig uur werk van een ander ingepikt hebben. En vaak vinden ze het hele prestatie dat ze aan hooguit zes uur slaap wel genoeg hebben. Maar worden ze dan zonder wekker wakker? Geloof ik niets van. Als je een wekker nodig hebt, betekent dat gewoon dat je te weinig slaapt. Of denk ik weer eens te simpel? Zo’n acht uur per nacht slapen is steeds meer taboe, iets voor uitkeringstrekkers die te lui zijn om uit hun nest te komen, voor luie egocentrische mensen die liever liggen te dromen dan hun steentje aan de samenleving bij te dragen. Maar tegelijk is er ook een steeds groter aantal mensen dat zo weinig verdient dan ze niets anders kunnen dan er een baantje bij te nemen, zoals scheikundeleraar Walter White uit de prachtige serie Breaking Bad die de auto van zijn eigen leerling moet wassen. Slaapgebrek: voor de een prestige, voor de ander noodzaak. Met als gevolg duffe zombie in bussen, treinen en metro’s die op hun werk meteen naar de koffieautomaat snellen.

Hoe ongezond! Robbie stuurde me een artikel uit The Guardian door, met een bespreking van het boek Why we sleep van Matthew Walker waarin duidelijk wordt gemaakt hoe slecht het is om te weinig te slapen. Mensen ouder dan 45 jaar die minder dan zes uur slapen hebben 200 procent meer kans op een hartaanval of hersenbloeding. Vier tot vijf uur slaap leidt tot 70 procent minder killercellen en zo tot meer blaas-, prostaat- en borstkanker. Het bevordert obesitas, sneller kou vatten, een hogere bloeddruk en kwaadheid. En verhoogt de kans op alzheimer, waarbij fijntjes gerefereerd wordt aan Ronald Reagan en Margaret Thatcher. En je intelligentie gaat er ook niet op vooruit. Kortom: naast leefgewoonten en voeding is slaapgebrek een grote boosdoener die de volksgezondheid aantast. ‘The shorter your sleep, the shorter your life’ is dan ook de titel van het artikel. Slapen zou niet negatief gestigmatiseerd of afgedwongen moeten worden, maar beloond omdat het bijdraagt aan de volksgezondheid en er zo’n twee procent van het BNP mee bespaard zou kunnen worden, toch iets tussen een en twee miljard in ons land.

Eigenlijk zouden langslapers zoals ik meer uit de kast moeten komen. Want voor mij bestaat de wereld niet tussen half twee en half elf, en daar word ik soms een beetje schuin op aangekeken. Maar voor mij geen sportscholen en gewoon eten wat ik lekker vind, en tot vandaag de dag gaat het goed. Afgezien van wat ouderdomskwaaltjes die er gewoon bij horen, en die er ook mogen zijn als je aardig voor je lichaam bent en dat ook zijn gebreken gunt. Ondanks mijn soms wat dromerige blik ben ik vaak meer wakker, zij het dat mijn aandacht vaak op iets heel anders gericht is dan gebruikelijk. Zo kan ik me voorstellen dat juist het genieten van voldoende slaap bijdraagt aan mijn creativiteit en intuïtie, waarzonder mijn leven waardeloos zou zijn. Met weinig slaap lijkt het wel alsof je wakker bent, maar dat is maar schijn. Daar komen teveel verkeerde beslissingen uit voort. Een 24/7-samenleving vraagt erom om dolgedraaid te worden, en dat zien we dus ook gebeuren. En dat alles voor een deel omdat we niet meer merken hoe we onze hersens, en daarmee ook ons lichaam, kapot laten maken door machtshebbers en politici die dat heel goed uitkomt.

Pas als je goed slaapt kun je écht wakker worden! Waarbij je ook nog gezonder leeft. Welterusten!

Het fusiemonster

Date 23 september 2017

Wordt Blaricum gedwongen tot fusie ja of nee? De komende maanden zullen we het gaan weten, want dan zal het grauwe fusiemonster uit de al jaren boven ons dorp hangende dreigende luchten zich openbaren. Kunnen we het, vechtend voor onze zelfstandigheid en identiteit, nog pareren? Want hoezeer we het ook op prijs stellen dat individuele mensen zelfstandig worden, voor kleine gemeenten is dat in de ogen van hogere bestuurders niet weggelegd. Die willen dat Blaricum en Laren met Huizen worden samengevoegd, opdat die nieuwe gemeente over een aantal jaren deel kan uitmaken van het Gooi als één grote gemeente. Megagemeentes met minstens 100.000 inwoners, dat was indertijd een idee van aftapper Ronald Plasterk (PvdA), net als de door hem begeerde megaprovincie door Noord-Holland, Flevoland en Utrecht samen te voegen, wat gelukkig is afgeschoten. Als je zoiets wilt ben je toch niet echt goed bij je hoofd. Zo heb ik ook weinig waardering voor de Noord-Hollandse Commissaris van de Koning Johan Remkes (VVD) die ons nu een gemeentelijke fusie door de strot wil duwen, terwijl de meerderheid van inwoners dat helemaal niet wil.

Hoewel fusies in principe niet van bovenaf opgelegd mogen worden, weten de megalomanen er wel iets op te vinden om het toch door te drukken. Bestuurskracht, heet dat, een nog mysterieuzer kracht dan de zwaartekracht, zoals uit een definitie blijkt: ‘de mate waarin gewenste maatschappelijke effecten bereikt worden door een bestuur.’ Want als je goed leest is je bestuurskracht optimaal als je niets wil bereiken en gewoon tevreden bent met wat je hebt en dus niets doet. Dat betekent dat opgelegde fusies automatisch je bestuurskracht verlagen, want je bereikt immers iets dat je niet wil. Juist het pareren van fusies getuigt dan van bestuurskracht! Met dit soort autoritaire bestuurders is het moeilijk een redelijk gesprek te voeren, want ze weten altijd wel een gaatje in de wet en afspraken te vinden, waardoor ze toch hun zin kunnen doordrijven. Dan worden er onderzoekbureaus bij gehaald, maar zelfs de meest gerenommeerde ervan praten hun opdrachtgevers naar de mond om in de toekomst nieuwe opdrachten in de wacht te blijven slepen. Dat hebben we hier in Blaricum ervaring mee. zoals met de HOV waarbij volstrekt irrationele besluiten zijn genomen.

Een van de argumenten voor fusie is dat kleine gemeenten hun taak niet meer aankunnen. Nee, als je als overheid allemaal taken over de schutting naar de gemeenten gooit, zoals de langdurige zorg en jeugdzorg, terwijl je daar dan ook te weinig financiële compensatie tegenover stelt, dan vraag je zélf om moeilijkheden. Alsof je je kinderen eerst teveel huiswerk geeft en vervolgens klaagt dat ze te slechte cijfers halen en blijft rondbazuinen dat het voor hun eigen bestwil is, terwijl je hen in feite naar de bliksem helpt. Ik zal niet ontkennen dat het voor kleine gemeenten onhandig is als ze geen plaatsvervanging hebben als iemand ziek is, maar dat is ook op andere wijzen op te lossen, zoals het lenen bij de buren van de kapotte maaimachine. Samenwerking heet dat, iets wat we in Blaricum tien jaar geleden mooi georganiseerd hebben in de vorm van de BEL Combinatie, een gemeenschappelijke regeling met Laren en Eemnes. Niks mis mee, en de daken van het hoofdkantoor liggen nu vol zonnepanelen. Enthousiasme, liefde en energie worden straks misschien met één pennestreek in de plomp gegooid, wat ervan getuigt hoe destructief bestuurders tekeer kunnen gaan.

Last but not least ondermijnen fusies de democratie! Want hoe meer inwoners een raadslid vertegenwoordigt, hoe minder de democratie functioneert. De kleinste gemeente in Nederland, Rozendaal, telt 1520 inwoners en 9 raadsleden, dus elk raadslid vertegenwoordigt 169 inwoners. Amsterdam daarentegen heeft 853312 inwoners die het met 45 raadsleden moeten doen, ofwel 18962 inwoners per raadslid. Zelfs een lid van de SP kan dat niet behappen. In Blaricum zijn we onlangs de grens van 10000 inwoners gepasseerd, die het na de komende verkiezingen met 15 raadsleden moeten doen, 667 inwoners per raadslid. Hoe groter de kiesdeler, hoe kleiner de democratie. Ik moet toegeven dat een kiesdeler van 1 – ik ben de enige inwoner en kon alleen maar op mezelf stemmen – wel erg laag is, maar het is democratie en zelfstandigheid in optima forma, en ik vertegenwoordig alleen mezelf. Zonder last. Wat is de optimale kiesdeler voor gemeentes? Noch 1 noch 18962, en ik weet niet of dat wel eens onderzocht is. Maar het moet hoe dan ook een aantal zijn waar je voeling mee hebt.

Misschien komt het omdat ik een babyboomer ben, maar ik heb wel eens fantasieën over massale demonstraties op de stoep van het provinciehuis in Haarlem. Dan mis ik de betrokken kwaadheid en woede uit de jaren zestig, maar dat schijnt niet meer van deze tijd te zijn waarin je thuis knus en veilig demonstreert met een muisklik op een webpagina. Soms wordt me verweten dat ik veel te wilde ideeën heb en diplomatieker zou moeten zijn, omdat je dan meer zou bereiken. Ik heb daar zo mijn twijfels over omdat je als diplomaat, gewikkeld in maatpakken en stropdasjes, eigenlijk nooit jezelf kunt zijn. En omdat je moeilijk jezelf kunt worden als je niet jezelf durft te zijn. We klagen over de politiek, maar misschien hebben we als dorp, stad of land niet beter verdiend omdat we de jaren zestig vergeten zijn.