Verlangen

Date 13 juli 2020

Verlangen als weg naar verlichting. Aldus de titel van een artikel van Jan den Boer uit een InZicht van 2011. Soms kom je dingen tegen die precies passen bij wat je zelf al dacht op of het spoor was. Een bevestiging van je eigen ideeën. Dat kan tricky zijn, want in hoeverre was je al selectief aan het lezen, onmerkbaar geleid door je eigen bubbel? Dan kom je alleen maar bevestigingen van je eigen gedachten tegen. Of is het zo dat je dat te lezen en te horen krijgt waar je aan toe bent? Verlangen als verlichting. Zou die titel me elf jaar geleden wat hebben gezegd? Dat mijn oog op dit artikel viel kan ook gewoon komen omdat de auteur een leuke kop heeft op de foto erbij. Jan den Boer. Nooit van gehoord. Samen met Caroline van Wijngaarden geeft hij trainingen in tantra waarover van alles op zijn website tantratraining.nl te vinden is.

Tantra. Ik heb altijd begrepen dat daarmee seks een weg naar verlichting kan zijn. Daarin staat hij trouwens bepaald niet alleen. Ooit bezocht ik de tempels van Khajuraho in India, die van top tot teen versierd zijn met liefdestaferelen. In Poona stond Tantra gelukkig niet op de lijst van groepen die ik geacht werd te volgen, want ik vreesde dat je daarvoor straight, hetero moest zijn. In een andere groep met de magische naam Tao – je kent dat wel, naakt met zijn allen in zo’n gecapitonneerde kelder – bleek dat best mee te vallen toen de mooiste jongen van de groep me begon te liefkozen, met alle gevolgen van dien. Tantra heb ik altijd geassocieerd met seks waarbij je niet klaarkomt, maar wel geniet van de tomeloze en bijna onhoudbare energie waarmee je elkaar oplaadt. Dat wordt ook wel eens ‘edging’ genoemd, steeds precies op de rand van klaarkomen blijven.

Het vrijen om het vrijen zelf. In mijn boek moet je rustig wachten tot de ‘klaarkomst’ – in het Engels de ‘welcumming’ – voorbijkomt, net als de appelmoes van Toon Hermans in zijn sketch van een galabanket. Dat is best lastig, want in zo’n opgewonden bui snakt je hele lijf naar het orgasme en dan is het een hele kunst om cool, calm and collected te blijven. Dat lukt mij ook niet altijd. Maar toch. ‘Begeerte is volgens het boeddhisme de belangrijkste oorzaak van het lijden van de mens,’ schrijft Den Boer. ‘Begeerte is de dualiteit waarin het object buiten jezelf gezien wordt als iets wat begerenswaardig is of juist afstotelijk. Begeerte is de beweging van het ‘verlangen’ die onrust veroorzaakt (…) Door aandachtige meditatie op de begeerte kun je die beweging – het reiken naar een object – langzaam maar zeker verstillen tot een gevoel van verlangen.’ Volgens de tantrische visie is het juist in orde om je verlangens te volgen. ‘Breng het in je pad en het zal je bevrijden.’

Verlangen is er niet om bevredigd te worden maar om ervan te genieten. Als je daarin blijft hoef je geen prestatie te leveren omdat je helemaal in het hier en nu bent. Begeerte is altijd iets duaals want je wil iets dat er (nog) niet is. Verlangen is het diepe en meer wezenlijke ervaren van een verbinding, van liefde die er al is. Geniet van het eten zonder te gaan schrokken, geniet van bloemen zonder ze te plukken, geniet van liefde zonder klaar te komen. ‘Geluk, liefde, seksuele energie, de boeddhanatuur is als eenheid nu al aanwezig in jezelf.’ Als dit niet pure romantiek is, weet ik het niet meer.

Pacemaker

Date 8 juli 2020

Voor het eerst in mijn bewuste leven heb ik in een ziekenhuis gelegen. Want gisteren heb ik een pacemaker gekregen. Die werd bij mijn linker sleutelbeen onder mijn huid geschoven nadat er twee draadjes via een ader met mijn hart waren verbonden. Daar voelde ik helemaal niets van. Toen alles weer netjes dichtgemaakt, en klaar was Kees, dit alles binnen anderhalf uur op de bank in de operatiekamer. Best koud daar trouwens. Ik moest plassen als een rund, maar er werd gauw een urinaal gebracht. Ik kon helaas niet meekijken, want het ging er zo hygiënisch aan toe dat er een zeiltje tussen mijn hoofd en mijn schouder was omdat zelfs mijn adem besmettelijk zou kunnen zijn. En mijn huid kleurt nog steeds rood van vier lagen ontsmettingsmiddel.

Na afloop weer terug naar kamer 4 van de afdeling Cardiologie. Van op een bed door de gangen gereden te worden werd ik net niet duizelig van de voorbij schietende plafonds. Voor de hartbewaking werd ik meteen weer vol elektrodes geplakt. Weinig tot geen pijn toen de verdoving was uitgewerkt. Iedereen tevreden, hoewel ik wel wat drukkende pijn voelde als ik mijn arm bewoog. Die mag ik voorlopig even niet naar achteren of naar boven bewegen, dus het aantrekken van een jas is wat lastig. Volgende week een technische controle.

Iedereen tevreden. En wat word je heerlijk verwend in zo’n ziekenhuis! Iedereen staat meteen voor je klaar. In mijn geval had ik nog de luxe de enige te zijn die afgelopen nacht op een vierpersoonskamer sliep. Niet dat ik genoeg geslapen heb, evenmin als de nacht ervoor toen ik om zes uur op moest om tijdig in Tergooi hier in Blaricum te zijn. Het enige dat ik heb aan te merken is dat op het toilet het wc-papier op een onhandige plek hangt. Maar dat zal niet de belangrijkste reden zijn dat dit ziekenhuis inclusief terreinen een paar maanden geleden is verkocht. Veel wordt naar de locatie in Hilversum verhuisd, maar de poli’s en de Eerste Hulp blijven in dit uithoekje van ons dorp.

Vanaf gisteren zorgt de pacemaker ervoor dat mijn hart minimaal zestig keer slaat per minuut. Maar dat ben ik helemaal niet meer gewend! Wat snel! Mijn hartslag loopt dan exact synchroon met de secondewijzer van mijn horloge. Vannacht had ik nog wel een riedeltje extrasystolen toen ik na het toilet weer in bed kroop en snel stond er iemand ongevraagd naast mijn bed. En vanmorgen werd daarvoor nog iets draadloos bijgeregeld. Er zit ook een bewegingssensor in de pacemaker zodat mijn hart een hogere snelheid gegarandeerd is als ik me inspan. Dat geeft soms wel een raar effect zoals in de taxi op de terugreis toen die diverse hobbels moest nemen. En als ik stilstaand zware boodschappen optil zal mijn hart in elk geval niet door de pacemaker in een hogere versnelling aan. De sinusknoop doet trouwens ook nog wel wat hoor, die is net als de zogenaamde A/V-knoop niet uitgeschakeld. Tot nog toe heb ik geen last de moeheid waarom alles begonnen is.

Veel mensen leven met mij mee. De burgemeester was de eerste die vanmorgen een appje stuurde, gevolgd door veel anderen in de groepsapp van de gemeenteraad en die van de fractie. Hartverwarmend. Sommigen ook een persoonlijk appje of mailtje. En van de reünieclub van Uilenstede 198 vertelde Ineke dat ik vroeger een ‘peacemaker’ was ‘met die vingers omhoog in een V-teken. Dat was beter werk.’ De komende nacht ga ik weer eens goed slapen, in de wetenschap dat mijn hart niet meer te stoppen is.

Regionale Energie Strategie

Date 5 juli 2020

Afgelopen week kwam in onze Blaricumse gemeenteraad de Regionale Energie Strategie ter sprake. Het doel van die RES is dat dertig energieregio’s in het land samen 35 terawattuur extra aan duurzame energie gaan opwekken. Waarvan de regio Noord-Holland Zuid, waaronder het Gooi valt, in 2030 2 terawattuur moet gaan leveren. Aldus het Programma RES. In de raad ging het over een concept dat in dit najaar tot een definitieve RES zou moeten leiden en waarvoor elke gemeente een zienswijze kon indienen. In de raadsvergadering sprak ik mijn onvrede uit over het feit dat we ons bij het aangeven van zogenaamde zoekgebieden moesten beperken tot mogelijkheden van alleen zonne- en windenenergie. Waarom het niet over andere methodes van opwekking mocht gaan is onduidelijk gebleven. Ja, die zou in de RES 2.0 wel ter sprake komen. Maar waarom dan eerst gesleuteld met windturbines en zonnepanelen terwijl we wellicht veel betere alternatieven voor energie te vinden zijn?

De vraag was dus: waar denken we hier in Blaricum zonnepanelen en windturbines kwijt te kunnen? Voor windmolens was een natuurgebied ten oosten van de Stichtsebrug en ten zuiden van het Eemmeer in de concept-RES al ingetekend als zogenaamd zoekgebied voor windturbines. Dat is echter een weidevogelgebied alsook een historische zeekleipolder, dat zowel onder Natura 2000 valt, als onder het Natuur Netwerk Nederland, vroeger bekend als Ecologische Hoofdstructuur. Geen hond die daar windmolens wil, dus stelden we voor dit zoekgebied uit de plannen te laten schrappen. Volgens sommigen zoals D66 zou je dat ondanks dat moeten laten onderzoeken. Maar wie zoekt zal vinden, betoogde ik, zodat je voor je het weet ergens ingekacheld wordt wat je gewoon niet wil en waarvoor je nu al weet dat er geen draagvlak voor is. Een amendement dat we samen met de VVD en De Blaricumse Partij hadden opgesteld werd door een ruime meerderheid van de raad aangenomen: geen zoekgebied in De Kampen, zoals dit veelbesproken natuurgebied heet.

Dus bleven er voor de Blaricumse bijdrage alleen zonnepanelen over. Die leveren echter maar een fractie op van de energie van windturbines. We kunnen die wel kwijt langs de A27, maar verder zijn er teveel landschappelijke en culturele waarden zodat we in Blaricum weinig te bieden hebben. Het zou raar zijn om groen op te offeren voor het winnen van energie, want uiteindelijk is alles begonnen om de reductie van CO2. Dat is net zoiets als het opstoken van biomassa voor het milieu. ‘Misschien kunnen we meer aan energie bijdragen als andere mogelijkheden voor opwekking in beeld komen in het RES-traject,’ eindigde ik mijn betoog. Daarbij wordt dan in de eerste plaats gedacht aan geothermische energie, waarvan de opwekking nauwelijks schade aan de leefomgeving oplevert. Maar over het gebruik van warmte diep in de aarde mochten we het niet hebben. Evenmin als over energie uit thoriumcentrales, een veel vriendelijker en minder milieubelastende versie van klassieke kernenergie. Dat heb ik maar niet genoemd, want dat is meer een eigen mening die niet door iedereen gedragen wordt.

Afgelopen week werden we op onze wenken bediend. ‘12 geothermische centrales kunnen Gooi- en Eemland op aardwarmte laten draaien,’ kopte een uitgebreid artikel in de Gooi- en Eemlander. Het principe is simpel: boor twee buizen zes kilometer diep waar de aardwarmte zo’n tweehonderd graden is. Pomp het door de ene buis op om de warmte in elektriciteit om te zetten of er een warmtenet mee te voeden, en pomp het door de andere buis terug waardoor het opnieuw wordt opgewarmd. In München schijnt al zoiets te draaien. Zonnepanelen en windmolens zijn dan ook ‘compleet overbodig’ volgens Johan Herman de Groot van Larderel Energie, een consortium waarin met andere partijen wordt samengewerkt. Het is duur, dat wel, maar windturbines en zonnepanelen zijn vele malen duurder. De opwek van geothermische energie is ook niet afhankelijk van pieken in wind en zonneschijn. Zes centrales, die ieder niet veel groter hoeven te zijn dan een flinke loods, rond het Gooi, en eenzelfde aantal rond Amersfoort, en de energieklus is geklaard.

Wim Sonneveld zong zo mooi over Ons Dorp. En dat kan zo blijven als onze neuzen langer zijn dan het perspectief van zonnepanelen en windturbines. Gelukkig was zijn naam niet Wim Zonneveld. Jammer dat er maar al te vaak niet voor échte oplossingen wordt gekozen. Maar dat komt vaker voor in het bedrijfsleven en de politiek. Voor zover daar een verschil tussen is. Moeder Aarde heeft genoeg energie voor ons, maar daarvoor moeten we wel de diepte in durven, in welke betekenis dan ook.

Terug naar normaal?

Date 29 juni 2020

Hoe lang is zo’n lockdown vol te houden? Het lijkt erop dat steeds meer mensen genoeg hebben van de maatregelen om het coronavirus in te dammen. De eerste paar maanden is het nog wel te doen met die anderhalve meter afstand houden, maar van het geduld van velen lijkt nu een beetje op te raken. Er zijn belangrijker dingen te doen, zoals demonstreren op de Dam in Amsterdam. De economie staat op de helling nu er miljarden zijn gepompt in het bijstaan van mensen en bedrijven in deze crisis. De roep om ‘terug naar normaal’ wordt steeds luider en velen willen liefst gisteren het oude leventje van voor de coronacrisis weer oppakken. Ze snakken naar terrassen, hotels, musea en concerten.

Ik niet. Het leven is heerlijk rustig zo onder de schone heldere lucht. Met mijn vriend luister ik naar de talrijke wijsjes van de merels. De straten zijn stil, alsof we een halve eeuw teruggereisd zijn. Maar als thuiswerker – en nu dus ook thuis vergaderend – heb ik makkelijk praten. Je zal maar je kinderen de hele dag over de vloer hebben of gewoon concreet werk hebben dat digitaal niet te doen is zoals het gejaagd bezorgen van pakjes omdat we, juist door de crisis, steeds meer dingen bij de voordeur in ontvangst nemen. Maar als we te snel teruggaan naar normaal, is de kans levensgroot dat alle ellende weer van voren af aan begint. Het lijkt erop dat we moeten kiezen tussen economie en mensenlevens en dat we niet van twee walletjes kunnen eten.

‘We should not go back to normal,’ staat bij een plaatje van een overbelaste aardbol op Facebook. ‘Because normal was the problem.’ Want is het niet juist het ‘normale’ dat aan de wortel van de coronacrisis ligt? Ik las elders op Facebook hoe iemand de letters van ‘coronavirus’ verwisselde waarop er opeens ‘carnivorous’ stond, en de uitbraak schijnt inderdaad te maken te hebben met het eten van vlees, van dieren. ‘Het ergste moet nog komen,’ riep Schopenhauer, en ik ben bang dat hij gelijk heeft. Nee, ik weet niet of er een ‘tweede golf’ komt, maar het lijkt er wel op dat we gedwóngen worden een nieuwe maatschappij met een nieuwe economie in te richten. En dat lukt echt niet als we terug naar normaal gaan.

(De Idealist, juli/augustus 2020)

Mystiek

Date 13 juni 2020

Soms kom ik een tekst tegen die ik zo mooi vind dat ik hem zelf geschreven zou kunnen hebben, voor zover ik dat niet al gedaan heb. Dat klinkt misschien wat arrogant, maar dat is dan maar zo. Hier spreekt Mirabai Starr op de website Hollyhock over een onblusbaar en voor mij romantisch verlangen dat ik ook wel ‘verdwijndrift’ noem. Ik kwam dit tegen op de facebookpagina Dark Advaita van Rita Bletgen zodat ik deze keer een blog plaats die ik hoofdzakelijk niet zelf heb geschreven. Dank, Rita! De vertaling is van Hansjelle Dijkstra.

De hoogste roeping van de mysticus is niet om Verlicht te worden, maar juist om Niets te worden, om volkomen in de Ene te verdwijnen. Wat een waanzin! En toch heeft het mystieke pad alles te maken met paradoxen. Als de minnaar opgaat in de Geliefde smelt alle scheiding en blijft alleen liefde over. Er is niemand meer om naar te verlangen, of een voorwerp om naar te verlangen. En dit is goed nieuws voor de mysticus.

Mystici vertellen dat hun ervaring van eenheid onuitsprekelijk is, en toch kunnen ze het niet laten om hun ontmoeting in weelderige poëtische taal uit te drukken. Mystiek wordt gekenmerkt door vernietiging: de ziel is de mot die onverbiddelijk naar de vlam wordt getrokken. Bij het verbranden tot de dood er op volgt wordt de minnaar getransformeerd in de Geliefde, het individuele zelf verdwijnt in de eenheid met het Goddelijke. De droom van ballingschap eindigt daar, en de geest komt thuis bij zijn Bron.

Het is hier, in het midden van deze eeuwige paradox, dat duidelijk wordt dat alle spirituele paden voortkomen uit – en terugkeren naar – hetzelfde universele hart. Dit is waar het enige mogelijke antwoord is te vinden op de stille zegening van vereniging met de Ene: de gepassioneerde uitstorting van Liefdes Taal.

Hier is verlangen naar God geen kwaal die genezen moet worden, of iets dat gebroken is en dat gerepareerd moet worden. Maar het is een verbrijzeling van de pantsering van het hart, zodat, binnen de uitgestrekte ruimte die zich opent, het Mysterie kan binnenstromen en ons zal optillen in de armen van Liefde zelf.

Prachtig zoals gesproken wordt over paradoxen, omdat het ultieme alleen door proza of poëzie in woorden is te vatten. Mirabai citeert op haar website ook gedichten van anderen, zoals deze van Zi Ye. Zo mooi dat ik niet kan nalaten hem tenslotte ook een plaatsje te geven.

All night I could not sleep
Because of the moonlight on my bed.
I kept on hearing a voice calling:
Out of Nowhere, Nothing answered “yes.”

Tempomaker

Date 9 juni 2020

Soms ga ik best met mijn tijd mee. Tenminste als ik Yuval Harari mag geloven, volgens wie dank zij technologie de mens geleidelijk een machine kan worden, aangestuurd door kunstmatige intelligentie. Zo begin ik volgende maand met een pacemaker om mijn hart weer een beetje tempo te geven, want dat is wel erg traag de laatste maanden. Bradycardie heet dat. Misschien is het een beetje erfelijk, want het hart van mijn vader klopte ook niet al te snel. ‘Hij heeft het eeuwige leven als dat ding blijft werken,’ schreef Sjoerd een paar weken geleden over een vriend met een pacemaker die daar enorm van was opgeknapt. Niet dat het me om dat eerste te doen is, maar de vraag hoe je nog dood kan gaan met een kloppend hart hield me wel even bezig.

De cardioloog zag een sick sinus syndroom bij mij. De sinusknoop is ziek en doet niet altijd wat hij moet doen. Gelukkig is er nog een andere knoop in het hart dat de spieren ervan van pulsen voorziet en de zaak overneemt als de sinusknoop het laat afweten. Maar deze zogenaamde A/V-knoop werkt traag en geeft minder dan veertig pulsen per minuut. Dat laat mijn bloeddrukmeter ook vrijwel dagelijks zien. Geen wonder dat ik me zo vaak moe en uitgeput voel. Afgelopen zomer vertelde Piet er al over tijdens ons laatste logeren bij hem. Dat het zo wonderbaarlijk is dat iets anders in je hart het dan overneemt. Maar toen had ik noch Piet er een flauw idee dat dit wel eens op mij zou kunnen slaan.

Best eng. Ik heb intussen al drie keer een zogenaamde holtertest gehad. Dan krijg je allemaal elektroden op je borst geplakt die verbonden zijn met een kastje dat 24 uur lang een filmpje maakt van je hart. Dat slaapt niet echt lekker. Twee keer een ‘gewoon’ ECG waarvoor een minuut genoeg lijkt te zijn. Een fietstest waarbij zowel je hartslag als je bloeddruk bij inspanning worden gemeten. Een echo waarbij de assistent niet alleen je hart kan zien kloppen, maar je ook letterlijk naar je hart kan luisteren. Afhankelijk van de instelling hoorde ik een bruisende branding, klotsend water of een serene golfslag. Mooi om zo naar je hart te luisteren. Jammer dat ik mijn hart niet kon zien omdat die schermen buiten mijn beeld waren. Al met al niets aan de hand met dat hart van mij, onder andere omdat de pompwerking ervan goed was. Nou ja, op die sinusknoop na dan.

Helemaal niet zo eng eigenlijk. Vroeger dacht ik dat je hart stil zou komen te staan als de batterij van zo’n pacemaker leeg is, maar dat valt best mee. Een kastje ergens onder je sleutelbeen, draden die door een ader naar het hart lopen en daar aan spieren worden vastgeklit. Nachtje in het ziekenhuis blijven om de volgende dag het een en ander te checken en te finetunen. Daarna gewoon weer het normale leven oppakken. Gedurende zes weken wel voorzichtig met mijn linkerarm zijn en de wond laten genezen. Ik hoef niet bang te zijn voor onze magnetron, inductiekookplaat en door het huis warrende straling van onze wifi en de dect-telefoon. Nou ja, ik moet mijn iPad en telefoon niet op mijn borst leggen, niet vlak voor geluidboxen gaan staan en sterke magnetische velden vermijden. Ook niet in winkelpoortjes blijven rondhangen, zelfs niet als die me door de techniek in mijn borst voor een dief aanzien.

Dat alles vertelde de cardioloog mij en Vriend gisteren, maar veel ervan had ik al gelezen op de site van de Hartstichting die zo duidelijk is dat er nauwelijks nog vragen overblijven. Natuurlijk zie ik er wel wat tegenop, maar ik heb tachtig procent kans dat ik van die lamlendige moeheid af kom en wellicht ga ik weer ervaren hoe het ook alweer voelt om vitaal te zijn. En ik leer mijn eigen hart wat beter kennen, wat de kamers en de boezems zijn, de kleine en de grote bloedsomloop en zo. Het klinkt wel een beetje raar dat ik het volgen van mijn hart aan de techniek ga uitbesteden, maar ik ga ervan uit dat mijn hart meer is dan een pomp, en dat mijn gevoelens van verliefdheid en zo heus wel zullen blijven. Ja, ik kan best reactionair zijn maar soms ga ik enthousiast met mijn tijd mee, hoe lastig het soms ook is om die bij te houden.

Vrolijk rechts

Date 8 juni 2020

Onlangs was er voor de zoveelste keer een advertentie van WNL tussen mijn facebookberichten gefrommeld. Want er is te weinig vrolijk rechts bij de omroep. ‘Slechts 1% vrolijk rechts op de Publieke Omroep … Dat is toch niet normaal? De NPO moet in balans! Teken de petitie voor meer WNL in het bestel. Wij betalen er allen aan mee!’ Deze oproep wordt geïllustreerd met een plaatje van een gehaktmolen waarin Pauw, De wereld draait door, de VPRO en de VARA verwerkt worden tot een eenheidsworst. ‘Teken de petitie voor meer rechts geluid,’ word ik opgeroepen. Als ik daarop klik verwacht ik meer uitleg, iets met getallen en zo, maar dat ontbreekt. En waar ik heel benieuwd naar ben is wat er nou zo vrolijk is aan rechts, want ik ervaar juist het tegengestelde. Soortgelijk rechts gejeremieer kom ik vaker tegen. Zo zouden ook de universiteiten veel te links zijn. Links en rechts, daar gaan we weer.

Ik denk dat het verschil tussen links en rechts hetzelfde verschil als dat tussen ‘verbeter de wereld, begin bij jezelf’ en het omgekeerde daarvan. In beide uitgangspunten zit een waarheid. Rechtse mensen zorgen goed voor zichzelf en linkse mensen zijn steeds met de maatschappij bezig. Rechts: hoe kan je een ander helpen als je zelf niet in orde bent en geld hebt? Links: hoe kan je jezelf helpen als de wereld niet in orde is? Waar te beginnen? Vaak heb ik linkse mensen ervan verdacht voor zichzelf te vluchten door voortdurend met de maatschappij bezig te zijn. Ook in de jaren zestig toen studenten dweepten met Mao die met zijn Rode Boekje een culturele revolutie ontketende die miljoenen mensen het leven kostte. Nooit iets van begrepen. Ik voelde me meer thuis bij hippies die je wellicht dan rechts zou kunnen noemen: verbeter de wereld, begin bij jezelf. Maar met dat laatste zijn velen wel heel lang, tot stervenstoe bezig.

Met de val van de Muur in 1989 – voor de jongeren: dit heeft niets met The Wall van Pink Floyd te maken want die verscheen tien jaar eerder – is het communisme overwonnen door het kapitalisme. Op zich hoeft met kapitalisme niets mis te zijn, maar net zoals het communisme was doorgeslagen, is het kapitalisme dat nu in de westerse wereld. Bijvoorbeeld door alleen geld van waarde te laten zijn, te geloven in de ‘eigen kracht’ van het individu, in economische wetten van de markt, het Angelsaksische model. Het ‘ik’ heeft het gewonnen van het collectief. Intussen is dit neoliberale denken tot in de haarvaten van onze maatschappij doorgedrongen door een zich steeds verder terugtrekkende overheid met alle gevolgen van dien voor bijvoorbeeld de zorg, sociale zekerheid en huisvesting. En last but not least voor de aarde zelf. De armoede is alleen maar toegenomen dus wie zijn de échte armoedzaaiers?

Mijn grootste verwondering is dat mensen dit niet zien. Vandaar dat ik rechtse mensen vandaag de dag, op een enkele uitzondering na, gewoon dom vind, gehersenspoeld. Geen zinnig gesprek mee te voeren, en dat zeg ik uit eigen ervaring. Rutte neemt nog steeds geen afscheid van het neoliberalisme, en wellicht vindt hij dat veel ellende juist ontstaan is omdat het nog niet ver genoeg is doorgevoerd. Gelukkig hebben we nog linkse media en universiteiten, met mensen die wél kunnen denken. Rechts heeft dan nog Nyenrode – althans voor zover je dat een universiteit mag noemen – en het grootste deel van het economisch denken nog in handen – althans voor zover je economie een wetenschap mag noemen. Maar ik geef toe: rechts is wel vrolijker dan links, zij het zonder maar het kleinste spoortje van diepgang. De westerse wereld is al veel te veel rechts geworden, dus waar klagen ze eigenlijk over?

Waar te beginnen? Bij jezelf of bij de wereld? Dat probleem is niet op te lossen zolang je daartussen onderscheid blijft maken. Een kunstmatig onderscheid tussen enerzijds jezelf en anderzijds de anderen, de samenleving en de natuur. Als we oog en gevoel krijgen voor de wereld als één organisch geheel, dat veel wijzer is dan onze ikjes kunnen bedenken, pas dan kunnen we weer een beetje orde op zaken stellen. Want of we het nu leuk vinden of niet: alles is met alles verbonden. Dan gaan de rijken hun overvloed delen en maken we minder misbruik van de natuur waarin de mens een gast is. Dan hoeven we niet meer links of rechts te zijn. Maar helaas zijn dit soort woorden verspild aan veel rechtse mensen. Die blijven liever vliegen en De Telegraaf lezen en willen linkse geluiden smoren, zoals WNL.

Laten ze van Pauw, De wereld draait door, de VPRO en de VARA afblijven! Als je zo’n petitie ondertekent ben je niet goed bij je hoofd, want juist bij dit ‘linkse’ geluid is nog iets van creativiteit en intelligentie te vinden. Wil de échte eenheidsworst opstaan?

Lagere school

Date 30 mei 2020

Een paar weken geleden kreeg ik een mailtje van René. Meer dan een halve eeuw heb ik niet meer aan hem gedacht. Op de lagere school in Slotervaart was hij een vriendje van me en hij had me herkend van foto’s ergens op het internet. Knap hoor! Hij stuurde me twee klassefoto’s uit die tijd. Daar wist ik hem met enige moeite nog wel uit te pikken. Net als de twee Dicks met wie ik bevriend was en vaak speelde. Net als de agressieve Ruud waarvoor ik best bang was omdat hij me vaak in mijn buik stompte. We schrijven eind jaren vijftig. Les in een houten noodschooltje, zwemles in het AMVJ bij het Leidseplein. Een paar dagen in Huize Erica in Huizen, dat inmiddels is afgebroken. De meeste kinderen op die klassefoto’s herken ik niet, en een aantal van hen vaag. En als jongens hadden we wel héél korte broeken aan!

René heeft een beter geheugen dan ik. Zeker voor de namen van de meisjes in onze klas. Kennelijk interesseerden die me toen al niet zo. Maar het verwondert me wat hij zich allemaal van mij herinnert. Het planetariumpje dat ik in mijn kamer bouwde. Mijn vader die aan een degelijk bureau boeken uit het Frans vertaalde. Mijn broer die altijd met radiootjes aan het knutselen was. De leraar die zo’n moeilijke achternaam had dat je die bijna altijd verkeerd schreef en nog op je donder kreeg ook, en die René als ‘generaal’ omschrijft. Dat mijn vader net als zijn eigen vader bij de PTT werkte. Hij wist zich ook te herinneren dat ik een Beatlesfan was, maar dat kan helemaal niet omdat er toen nog geen Beatles waren. Hebben we later nog contact gehad dan? Ik herinner me dat niet. Wel dat hij een kamertje aan de straatkant op de eerste verdieping van hun huis had en dat hij speelgoed had dat ik heel leuk vond. Maar wat dat speelgoed was herinner ik me weer niet.

Zo kunnen herinneringen een beetje door elkaar heen gaan lopen. Onze hersenen vervalsen ze ook wel eens. Zo herinner ik me echt bij een brand in Blaricum tussen veel omstanders te hebben toegekeken terwijl ik daar helemaal niet bij had kunnen zijn. Zo plaatste René een Märklin-trein in het huis van een van de twee Dicks, terwijl die volgens mij in mijn eigen kamertje rondreed. Hij herinnert zich dat mijn broer net als mijn vader ‘Erik’ heet, maar dat is toch echt niet zo. Er wordt dan ook vaak op gewezen dat je voorzichtig moet zijn met verklaringen van getuigen. Kennelijk kunnen onze hersenen realiteit en al dan niet gewenste fantasie niet altijd uit elkaar houden. En ik heb altijd al veel fantasie gehad zodat ik als angstig kind vaak spoken zag.

Het rare van herinneringen is dat ze eigenlijk per definitie niet kloppen. Nou ja, de al dan niet vage beelden voor een deel wel, maar de ervaring daarvan niet. Omdat je altijd vanuit het hier en nu zit te koekeloeren. Ja, het was een heerlijke stille rustige tijd eind jaren vijftig, maar hebben we dat toen zo ervaren? Dat zou inderdaad zo zijn als we nu met een tijdmachine terugreisden. Zonder mobieltjes, internet en verkeerslawaai zouden we in een verstild paradijs belanden dat we in werkelijkheid helemaal niet zo hebben beleefd. Lekker rustig werken op een schrijfmachine, en kleine brievenbusjes waar alles in paste, een simpele telefoon met draaischijf. Dat was allemaal heel gewoon, maar dat zouden we nu niet meer zo gewoon vinden als we uit de tijdmachine stapten.

Het is wonderbaarlijk hoe lang herinneringen in de hersenen opgeslagen kunnen blijven. Ik heb lang geloofd dat dat eigenlijk helemaal niet kon, dat onze hersenpan daar te klein voor is. Maar toen ik eens ben gaan rekenen bleek er zat plaats voor dat alles te zijn. Zo begon René opeens over mutus, dedit, nomen en cocis, wat te maken heeft met een goocheltrucje met kaarten van mij. Nooit meer aan gedacht. Nou je het zegt: ik hield van goochelen. Mijn grootvader deed dat ook al. En ik stond als kind vaak met mijn neus gedrukt tegen de etalage van Witbaard aan de Ferdinand Bolstraat. Dat ik dat zo leuk vond verwondert me niet zo want ik speelde graag met illusie en werkelijkheid. Nog steeds trouwens.

Rust

Date 23 mei 2020

Die lockdown bevalt me eigenlijk wel. Dat kan ik in mijn positie natuurlijk makkelijk zeggen, zonder kinderen, zonder werk waar ik elke dag heen moet en zonder vrienden die besmet zijn. Wel zo rustig zo. Ik las dat het gemiddelde geluidsniveau met 3 dB is gedaald in ons land. Dat lijkt niet veel, maar elke 3 dB betekent wel een halvering van het geluid dat we te verwerken krijgen! En ik ben niet de enige die van de toegenomen stilte geniet. De impact van geluid op ons psychische welzijn is veel groter dan we denken. Zo kan lawaai bijvoorbeeld tot depressies leiden, iets wat ik best herken, zeker als de buren van de gelegenheid gebruik maken om eens flink in hun tuin – of wat daarvoor doorgaat – tekeer te gaan. En wellicht is de gemiddelde bloeddruk van Nederlanders met enkele tientallen kwikmillimeters gedaald. Hoewel? Als je met je kinderen thuis zit te werken kan ook het omgekeerde wel eens het geval zijn. Hoe dan ook: in het geheel genomen is zo’n lockdown heel gezond. Dan heb je geen ramadan meer nodig om tot rust te komen. Jammer dat de economie daar slecht tegen kan zodat het leidt tot werkloosheid, wat op zich weer een goed signaal kan zijn om onze normen en waarden over economie eens grondig te herzien.

Maar intussen blijf ik wel genieten van de lockdown! En dat is helemaal niet zo vreemd, lees ik vandaag in de NRC. Floreren in de lockdown heet een artikel van Titia Ketelaar. ‘RUST De anderhalvemetersamenleving lijkt gemaakt voor introverte mensen,’ staat erboven. Voor alle duidelijkheid: ‘Extraverten krijgen energie uit sociale contacten. Ze houden van drukke verjaardagsfeestjes, van brainstormvergaderingen waarbij iedereen roept, van de koetjes-en-kalfjesgesprekken bij de koffieautomaat. Zij zitten sinds half maart thuis zonder al die dingen waarvan ze energie krijgen. Alleen-zijn kan dan snel voelen als eenzaamheid. Introverten merken het tegenovergestelde: zij floreren bij alleen-zijn. Zij vermaken zich prima met een boek op de bank. Dat is voor hen niet ongezellig, ze zijn niet verlegen, onzeker of mensenschuw – wat vaak wordt gedacht. Maar grote groepen en drukte kost hun energie. Om op te laden zoeken introverten de stilte op. Dus binnenblijven, op zichzelf zijn of met één iemand afspreken doen zij al van nature graag.’

Na dit lesje psychologie hoef ik er helemaal niet meer aan te twijfelen dat ik introvert ben. Zo roep ik steeds dat ik digitaal vergaderen ideaal vind omdat dit meer overzicht en structuur geeft. Ik ben een echte thuiswerker. Daarover schrijft Marloes Bouwmeester, eigenaar van trainingsbureau De succesvolle introvert, dat introverten bij thuiswerken gedijen en zelfs productiever zijn, en hoopt ze dat introverte eigenschappen de komende tijd meer waardering krijgen. ‘Assertiviteit is niet altijd de norm geweest,’ zegt ze. Zij ziet dat er steeds meer erkenning komt voor introverte kwaliteiten. ‘Want gereserveerder worden is “de logische respons” op deze pandemie.’ Hoogleraar Evolutionaire psychologie Mark van Vugt ziet zelfs een sterke correlatie tussen introversie en pandemie. ‘De anderhalvemetersamenleving in het “informele Nederland” zal daarom voor iedereen aanpassingen vergen, denkt hij. Maar vooral voor extraverten.’ Zo’n pandemie dwingt mensen om tot rust te komen. Als dat niet goedschiks kan, dan maar kwaadschiks.

‘We should not go back to normal,’ staat bij een plaatje van een overbelaste aardbol op Facebook. ‘Because normal was the problem.’ Helemaal mee eens dus.

2001: A Space Odyssey

Date 20 mei 2020

In 1968 zag ik hem voor het eerst. In Londen. Stanley Kubricks 2001: A Space Odyssey. Niet dat ik iets van de film snapte. Hij was wellicht zo mooi juist omdát ik niets van de film begreep. In elk geval niets van het eind van de film als het door HAL 9000 bestuurde ruimteschip voorbij Jupiter komt, door psychedelische landschappen zweeft en Dave belandt in een 18e-eeuwse slaapkamer waar hij onder het toeziend oog van de mysterieuze monoliet sterft en uiteindelijk als foetus en sterrenkind een nieuw leven begint. De al aan het begin van de film met paukenslagen van Richard Stauss’ Also sprach Zarathustra aangekondigde nieuwe mens is geboren, vooral dankzij het volhardende werk van HAL – één lettertje verder en er staat IBM – wat veel mensenlevens in het ruimteschip heeft gekost. Een dystopie over computers die de macht overnemen? Of juist een lofzang voor computers die ervoor zorgen dat er een nieuwe mens komt? Want als je het aan de mensen zelf overlaat lijkt daarvan niets terecht te komen. Juist vanwege menselijke emoties mislukt er zoveel van alle goede bedoelingen. Maar ook Dave en Frank tonen daar niet veel van, wat de kritiek opleverde dat er in de film vrijwel geen gevoelens en emoties voorkomen.

Juist dat gebrek aan gevoelens wekte bij mij het gevoel van een hyperemotie op. Het heelal is er echt stil en daarom zo realistisch. HAL schakelt Frank uit als hij zich in zijn pod buiten het ruimteschip begeeft door hem een zetje te geven waardoor hij voor eeuwig in de stille oneindige ruimte blijft zweven. Een mooier graf kan ik niet bedenken, want zelf heb ik maar al te vaak het gevoel dat ik niet echt op aarde thuishoor, gelokt door de roep van de sterren om tussen hen te verdwijnen. ‘You will find me in the skies,’ zing ik in een afscheidsliedje van mezelf uit de jaren tachtig. Al dat soort gevoelens worden in de film versterkt door de prachtige keuze van muziek, niet in de laatste plaats door die van György Ligeti zoals zijn Atmosphères waar ik koude rillingen van krijg. Maar ook de mooie blauwe Donau van die andere Strauss beleef je opeens heel anders dan bij een nieuwjaarsconcert. Uiteraard was ik een van de eersten om dat alles op een langspeelplaat aan te schaffen, en eind 1968 nam ik een aantal mensen van mijn studentenflat mee om de film in Amsterdam te gaan bekijken. Tegenwoordig heb ik de film uiteraard op dvd, terwijl ook een groep van Facebook eraan is gewijd.

Typisch iets voor Watermannen, leerde ik op mijn eerste lessen in astrologie. Ruimtevaart, computers, en weinig op hebben met gevoelens en emoties. Dat laatste heb ik nooit zo ervaren, tenzij je daaronder uitsluitend dat huis-, tuin- en keukengedoe met janken en lachen schaart. Rubricks film ademt voor mij juist stilte uit. Omdat ruimteschepen geen kabaal maken als ze in de versnelling gaan, liefst bij voorkeur sneller dan het licht. Omdat mensen weinig met elkaar praten maar gewoon hun werk doen. Want de missie was om achter die mysterieuze zwarte langwerpige monoliet aan te gaan, die al eerder in de oertijd en later op de maan was aangetroffen. Een monoliet die onder veel fans van de film inmiddels een soort afgodsbeeld is geworden, net als HAL, inclusief uitspraken van hem. ‘Open the door, HAL!’ ‘I am sorry Dave, I am afraid I can’t do that.’ En als Dave uiteindelijk de computer demonteert door hem van allerlei geheugenmodules te ontdoen wordt HAL kinds en begint hij een kinderliedje te zingen, steeds langzamer. Maar toch: de opdracht werd voltooid en ergens voorbij logica, tijd en ruimte werd een nieuwe mens geboren. Ondanks de mens. En vandaag de dag ervaar je deze film uit 1968 nauwelijks als gedateerd. En het is nog steeds mijn lievelingsfilm!