16 mei 2021
Elf graden. Ik zit weer onder mijn afdakje. Een milde regen, tikketikketik. Als ik mijn voeten een beetje onder me houd blijven mijn pantoffels droog. Een klein slakje kruipt bij de muur van het huis. Twee meter verderop sleept zich een grotere slak voort, bijna onder de zwangere sering die door de regen zwaar naar beneden bungelt. Die groeit in de loop van de jaren steeds verder omhoog. Nog een meter of vier en hij komt via het raam de slaapkamer binnen. Ik hoor merels naar elkaar fluiten, soms een tjiftjaf. Het gekoer van een duif. Ik vind duiven best aardige dieren, net als honden, maar de geluiden die ze voortbrengen heb ik nooit echt muzikaal gevonden, net als die van honden. Boven mij vliegt een koosmeesje op en neer naar het vogelhuisje. Buiten mijn zicht, maar ik heb vanmorgen vanuit de slaapkamer gezien. Over een paar weken zullen nieuwe meesjes uitvliegen. Verder is het op wat straatgeluidjes na heerlijk stil. Ja, toch nog even een vliegtuig ergens in of tussen de natte wolken.
Ideaal weer om van de stilte te genieten. In een volgend leven ga ik in een christelijk dorpje wonen, want daar is het ook stil op de zondag. Dan een of twee keer naar de kerk kan ook geen kwaad. Rustig ernaar wandelen en in de kerk genieten van de stilte, daar kan al het gepraat van de dominee niet tegenop, evenmin als het orgelspel de stilte kan verbreken. God spreekt zwijgend en ziet dat het goed is. Ik heb mijn telefoontje naast me op een stoel het zwijgen opgelegd. Daar vindt nu een politieke discussie plaats. Straks zal ik wel zien dat er nog 46 ongelezen berichten zijn. Nu even niet. Want het is zondag. Sommige mensen vinden dat raar, maar ik blijf het recht opeisen op één dag stilte in de week, net als het recht op acht of negen uur slaap. Rust, stilte, slaap – ik kom dat nog te weinig tegen in wat er allemaal voor onze gezondheid wordt geadviseerd.
Ik ben niet de enige die zich het afgelopen jaar als een stil jaar zal herinneren. Waarin ik soms extra moest nadenken over welke dag van de week het eigenlijk was. Zou mijn ov-chipkaart nog steeds werken? Komende week moet ik mijn fiets meenemen naar de fysiotherapeut – ook fietsen moet ik weer leren. Banden oppompen na anderhalf jaar! Ik zie best op tegen het leven zoals dat voor de coronacrisis was. Dankzij medische perikelen was het voor mij het afgelopen jaar extra rustig. Veel thuis, veel taxi’s. Eerst een gordelroos, die mijn schouder nog steeds prikt en soms even steekt. Vraag me niet waarom, maar alleen antidepressiva schijnen daartegen te helpen. Omdat ik niet depressief ben, ben ik bang daar juist veel te manisch van te worden. Ik denk aan ons koor, waar ik toen wegens die gordelroos even niet welkom was. God moet wel over ons hebben gewaakt want we zongen tot een dag voor de lockdown, maar zijn er nog steeds. Eind augustus opnieuw opstarten, geprikt en wel.
Zo’n lockdown is voor mij een goede tijd voor revalidatie. Afgelopen zomer kreeg ik een pacemaker. Ik zag er erg tegenop, maar het plaatsen ervan was eigenlijk een fluitje van een cent. Daarna ging het lopen steeds moeilijker, wat na een heel gezoek uiteindelijk toch een versleten heup bleek te zijn. Ik kon het inderdaad wel eens op mijn heupen krijgen, maar was dat zó erg? Nog meer dan bij die pacemaker verwachtte ik dat de operatie wel eens uitgesteld zou kunnen worden, maar dat gebeurde niet. Wat ben ik toch een bofkont! Dat gevoel heb ik wel eens vaker. Dat ik rijk ben, niet in de laatste plaats van binnen. Dat God goed voor me zorgt. Ik mag dan een afwijkeling zijn met een rare levensloop, krankzinnige ideeën en wilde fantasieën, maar toch voel ik iets van het ‘existence takes care’ waar Osho het zo vaak over had. Dat ik vaak een geluksvogel ben die altijd weer op zijn pootjes terechtkomt. Niemand is zo rijk als ik. Dat zit ergens in mijn dankbare hart.
Gepost in Uit mijn leven
Geen reacties »
9 mei 2021
Tommy Wieringa moet niks van antroposofen hebben, lees ik in zijn column in de NRC. ‘Niets fascistisch is de antroposofie kortom vreemd,’ concludeert hij na een opsomming van kritieken die de aanhangers ervan al decennia te verduren krijgen, waarbij nazistische sympathieën meestal de hoofdtoon voeren. En al op school deden zijn oren zeer van ‘alle quatsch over de superioriteit over het blanke ras, de invloed van etherische en astrale lichamen op onze ontwikkeling en de biologisch-dynamische voedingsleer waaruit slechts een vreugdeloos soort sadisme sprak.’ Ook noemt hij een vrouw die op haar sterfbed geen morfine mag krijgen omdat ze dan ‘haar weg naar het licht niet zou kunnen vinden. Ze zou verdoofd arriveren in de geestelijke wereld.’ Toen ik dat las moest ik meteen denken aan de islam, waar het heel belangrijk is om helder te sterven. Daar ben ik het helemaal mee eens. Als ik Allah of God was zou ik het ook niet appreciëren als nieuwe bezoekers van mijn rijk dronken, stoned of suf binnenkwamen. In zijn column is Wieringa helemaal in zijn element. ‘Wanneer iemand zoiets op een straathoek staat te verkondigen, geef je hem een eurootje.’
Ik ben geen antroposoof, maar ik heb me ooit wel wat in die leer en de theosofie en verdiept. De laatste tijd laat iemand mij boeken van Steiner bezorgen omdat hij denkt dat ik mijn in 2009 overleden Mellie Uyldert ben en nog contact met haar heb. Ik heb hem vriendelijk geschreven dat ik tot dat laatste niet in staat ben, en dat het zinloos is mij die boeken te sturen. Ik heb wel eens geprobeerd wat van Steiner te lezen, maar ik kan niet tegen die dikbedrukte pagina’s zonder witregels. De teksten denderen als een trein zonder adempauzes maar door. Voor mij geen longreads maar toolongreads. Terwijl ik, zeker in vergelijking met de jongeren van tegenwoordig, best wat lange teksten kan behappen. Daar staan ze dan in mijn boekenkast. De weg tot zelfinzicht in hogere werelden. Meditatie. Kosmische hiërarchieën. Geisteswissenschaftliche Gesichtspunkte zur Therapie. Meditative Betrachtungen und Anleitungen zur Vertiefung der Heilkunst. Anthroposophisches Menschenkenntnis und Medizin. In een van die boeken las ik ergens dat het bloed zelf stroomt en niet door het hart wordt rondgepompt. Klinkt onzinnig, maar ik hou wel van mensen die bestaande opvattingen op hun kop zetten. Maar wie belangstelling voor die boeken heeft mag ze komen halen.
Ben ik tegen antroposofie? Ik denk dat je met kwaadsprekerij voorbijgaat aan de historische context waarbinnen deze leer opgang deed. Misschien bestaan er wel hogere en lagere mensen en rassen, maar als dat zo is geeft dat nog geen rechtvaardiging voor ongelijke behandeling. Mensen groeien nu eenmaal, en een brugpieper is niet meer of minder dan een basisscholier of iemand in het voortgezet onderwijs . En volken hebben zich in heel verschillende klimaten ontwikkeld, wat natuurlijk ook invloed heeft. Dat onze materiële wereld niet de enige is waarin we leven, staat voor mij buiten kijf, en ik smulde indertijd van Max Heindels boek De Wereldbeschouwing der Rozenkruisers. Een heerlijk esoterisch boek waarin gewoon alles staat wat je weten wilt. Over fijnstoffelijke werelden, over rondtes waarin en bollen waarop zich alles ontwikkelt, en in het licht daarvan ook onze eigen ontwikkeling als individu. Over dat onze huidige persoonlijkheid slechts een van de zeven voertuigen is waarin of waarmee we eindeloos door de kosmos reizen. Ik kan het nu niet meer navertellen, maar het is een prachtig systeem. Ook tijdens de tempeldiensten van de School van het Gouden Rozekruis werd daar vaak over verteld.
Het interesseert mij niet meer. Vroeger dus wel, en ik herinner me hoe verwonderd ik was toen De Geheime Leer van Blavatsky me in een etalage aanstaarde. Hoezo geheim? Zware kost allemaal, en je moest er wel aan toe zijn om je al deze theo- en antroposofische kennis eigen te maken. Was ik daar wel aan toe? En wat zouden de gevolgen van mijn studie zijn als ik daar nog niet rijp voor was? Want esoterische ontwikkeling is wel iets dat jaren vraagt, waarbij je geen stap mag overslaan als je geen hel en verdoemenis over jezelf wilt uitroepen. Ik zal de laatste zijn om te zeggen dat het onzin is allemaal, maar wat heb ik aan al die kennis? Wat kan ik ermee? En ben ik diep van binnen toch weer niet met mijn eigen ikje bezig, tracht ik dan niet stiekem mijn eigen spirituele hachje te redden door al die waarheid in pacht te nemen en te hebben? En het is zo bloedserieus allemaal! Geen sprankje humor of speelsheid! Hoe kan een zwaarmoedig leven tot bevrijding, tot verlichting leiden? Voor het weten dat alles één en met elkaar verbonden is, dat mijn eigen ik de verlichting in de weg staat, dat er méér is dan onze materiële wereld en dat de wonderen de wereld nog niet uit zijn heb al die kennis niet nodig.
Wat ik wel nodig heb is het voortdurende besef dat het juist het streven naar die verlichting is die de verlichting in de weg staat. En dat het juist speelsheid, relativering en humor zijn waarmee je je eigen grenzen kunt doorbreken. Dat je jezelf niet zo serieus moet nemen. Een beetje regen doet de seringen geuren, waarmee ik een vleugje opvang van mijn oorsprong en bestemming, mijn thuis. Dat vertelt me meer dan al die boeken, hoe waar het ook mag zijn wat erin geschreven is. God is overal en in alles aanwezig, en om dat te voelen hoef je alleen maar even te ruiken. Mmm …
Gepost in Spiritualiteit
Geen reacties »
30 april 2021
Tao waarover gesproken kan worden is niet de ware Tao.
Met deze eerste woorden uit Lao Tse’s Tao Te Tsjing zou ik eigenlijk meteen deze blog moeten beëindigen. Want voor wat Tao is schieten woorden te kort. Woorden horen bij het verstand, het denken, logica, en Tao stijgt daar bovenuit. Woorden beperken en dwingen tot vormen, terwijl Tao juist het vormloze is. Vormen veranderen en zijn daardoor eindig, niet alleen in de ruimte maar ook in de tijd. Het vormloze is oneindig, zowel in ruimte als tijd, en is daardoor eeuwigdurend en alomtegenwoordig. We hechten aan vormen zoals ons lichaam, en gaan voorbij aan dat wat alle vormen als een moeder in zich draagt. Vergelijk het met leegte, die is ook altijd overal te vinden, en het is juist die leegte die het leven mogelijk maakt, net zoals een huis zijn functie krijgt door de leegte tussen de muren ervan. Leegte omhelst alles. Misschien mag je Tao ook vergelijken met het niets, waaruit het iets wordt geboren, wat volgens Stephen Hawking heel goed schijnt te kunnen. Maar wat kun je zeggen over Tao, leegte of niets? Niets dus.
Veel avonden beluisteren Vriend en ik lezingen van Osho uit 1975. Ik heb hem die een paar jaar geleden op een audio-cd gegeven, met 39 lezingen onder de titel Tao: The Three Treasures, waarvan ik de vier boeken indertijd uit India heb meegenomen. Osho becommentarieert daar de teksten uit de vertaling van Lin Yutang uit 1948, die ook gewoon op het internet zijn te vinden. Er zijn veel vertalingen in omloop en hier en daar lijken ze nauwelijks op elkaar. Lao Tse heeft de tekst op plankjes geschreven toen hij China wilde verlaten en door een wachter op een bergpas daartoe werd gedwongen, zo’n tweeënhalfduizend jaar geleden. Ik heb wel eens gehoord dat al die plankjes door elkaar kwamen te liggen zodat het moeilijk was ze weer te op de juiste volgorde te leggen. Lao Tse moest opschrijven wat niet op te schrijven was, maar hij had geen keuze. Als je Tao wilt begrijpen zal dat niet lukken, want het is het ongemanifesteerde, zonder vorm, zodat logisch en wetenschappelijk ingestelde mensen er weinig mee kunnen. Je hoeft er ook niets mee te kunnen, want zelfs dat is iets van het denken dat alles wil begrijpen, ofwel er grip op wil krijgen. Alleen kunst zoals poëzie en muziek kunnen een hint geven, je iets van de onbestemde geur van Tao laten proeven.
In Tao zijn is in leegte zijn, en daarmee de ultieme bevrijding. Op zoek naar je ware zelf blijk je die leegte te zijn waarin alles zich manifesteert als een goddelijk spel, leela. De wijze is leeg, en dat heb ik heel letterlijk ervaren toen ik aan de voeten van Osho zat. Ik voelde me daar zelfs wat schuldig over, want is innerlijke leegte niet vaak het ergste wat je een mens kunt verwijten? Maar ook een fluit is leeg, en toch komt er muziek uit, juist omdat hij van binnen leeg is. Soms ervaar ik mezelf ook als een leeghoofd, en het blijkt inderdaad mogelijk om een man met nauwelijks hersens te zijn. Ook als we diep in de materie duiken, blijkt die voor bijna honderd procent uit leegte te bestaan, zodat alle vastigheid eigenlijk een illusie is. Niet dat we nu met ons hoofd tegen een muur moeten gaan bonken om de echtheid van het gemanifesteerde te voelen, maar het is wel goed te weten dat die pijn ons diepste innerlijk niet treft. We kunnen onszelf in de materie verliezen, maar iets als verlichting of bevrijding zullen we daar nooit mee bereiken. Bereiken? Eigenlijk kan je het niet bereiken omdat je het altijd al bent.
Wat te doen? Niets. Wat te weten? Niets. De wijze doet niets, de wijze weet niets. Je kunt niet bedenken wat je al weet, en je kunt niet bereiken wat je al bent. Juist uit dat niet-doen rijst het juiste handelen op: wu wei, flow. Daar hebben we het hier in het Westen moeilijk mee, want we moeten werken om te leven, voor niets gaat de zon op, geluk moet je verdienen en elk blokje tijd moet gevuld, gedood worden. We zijn altijd bezig, zodat zelfs ontspannen een activiteit van ons wordt. ‘Nietsdoen: zo doe je dat’ luidt de kop van een artikel in Psychologie Magazine. Een echte vakantie kan je niet plannen. Ooit stapte ik met Alex gewoon in de auto, op weg naar het zuiden. We wisten niet waarheen en het werd een van de mooiste vakanties. En als we niet fysiek bezig zijn, zijn we dat wel in ons hoofd. Wie luistert er nog naar de stilte, wie verliest zich nog in de leegte tussen de sterren? Wat je dan overkomt is niet onder woorden te brengen en tegelijk zo alles doordringend aanwezig omdat we daar iets van ons ware zelf in proeven, de levende leegte, het onnoembare niets, Tao.
Straks bloeien de seringen weer voor het huis, en zal mijn neus vaak even met ze vrijen om hun zweem van iets onbegrijpelijks op te snuiven. Zoals Osho vaak zei: het leven is geen probleem dat opgelost moet worden, maar een mysterie om te leven.
Gepost in Spiritualiteit
Geen reacties »
25 april 2021
‘Hoe konden jullie geloven in een idee van groei terwijl heel jullie handelen was gericht op de vernietiging van wat je had? Hadden jullie dan geen geweten?’ Dat zijn volgens Ramsey Nasr de vragen die wellicht al onze kinderen en kleinkinderen ons zullen stellen. Zoals we nu mensen in het verleden veroordelen – denk aan middeleeuwse heksenvervolgingen, de VOC, slavernij, racisme – zo zullen toekomstige generaties óns veroordelen. We wéten dat we de aarde vernietigen, maar we zijn verlamd, we wéten nu wel dat we het weten, horen het gapend aan en vallen bijna in slaap van de apocalyps. Ons gedrag van de afgelopen decennia zal de geschiedenis ingaan als ‘irrationeel, amoreel, egocentrisch, onverantwoordelijk en volstrekt misdadig.’ Aldus de veelzijdige kunstenaar in zijn recent verschenen boek De fundamenten, dat volgens de achterflap ‘een indringende hartenkreet en een politieke oproep tot opstand’ is. Ik heb het boek inmiddels twee keer gelezen.
We staan op een keerpunt, maar we zijn verlamd. We gunnen iedereen op de wereld dezelfde welvaart als wij hebben. Maar daarvoor zijn drie aardbollen nodig, dus we laten het maar bij wat het is. We gunnen onszelf onze eigen welvaart, maar die alleen al vernietigt onze aarde. De meeste mensen willen best iets inleveren voor een beter milieu, maar we zijn in de houdgreep van het bedrijfsleven, dat zelf weer in de houdgreep van aandeelhouders is. En de laatsten willen groei en winst. En de overheid vindt het best allemaal. Nasr vertelt hoe die enerzijds 4,5 miljard euro uitgeeft aan subsidies voor fossiele brandstoffen en anderzijds hetzelfde bedrag aan subsidies voor CO2-besparing. Die kan je dus tegen elkaar wegstrepen. Hij vertelt over booking.com dat 65 miljoen aan coronasteun ontving, terwijl het zelf zo’n vijf miljard verdiende. ‘En wij maar eigen verantwoordelijkheid nemen en failliet gaan,’ concludeert hij. Veel Nederlanders willen verandering, maar blijven stemmen op partijen die zulke veranderingen juist willen tegenhouden. Hoe dat kan? We hebben een januskop.
We zijn niet rationeel. Het kind dat geen vlees wil eten is het enige rationele wezen aan tafel. Nasr’s verhaal lijkt wel het programma van de Partij voor de Dieren. Hij is vegetariër geworden en ziet een verband tussen de verwerpelijke manier waarop we met dieren omgaan en de coronapandemie. Vlees eten is niet alleen amoreel maar ook irrationeel, want voor één kilo hamburgers heb je acht kilo graan nodig om runderen te voeren. Het is ook irrationeel om alleen empathie te hebben voor wat dichtbij is. Nasr vertelt over een experiment in Katendrecht waar twee varkens door de buurt werden vertroeteld maar de hel losbrak toen die geslacht zouden worden. Het is volstrekt rationeel om te zien dat de mens maar een stofje in de evolutie is, toevallig ontstaan door een meteoorinslag die zijn grote vijanden, de dinosaurussen, fataal werd. De mens doet er niet zoveel toe, neemt niet zo’n bijzondere plaats in de dierenwereld in. ‘De ijsbeer heeft het recht je te doden,’ krijgt hij te horen tijdens een schietcursus op Spitsbergen. Het duurde even voordat hij dat niet meer belachelijk vond en hij zich het rechtsbeginsel van de dieren begint te beseffen.
Recht. Niet alleen dat van de zich superieur voelende mens, maar ook dat van dieren en bomen. En zelfs dat van ons nageslacht dat in de Urgenda-zaak als rechtspersoon werd aanvaard. Een proces dat wereldwijd navolging vindt, en daar kunnen we blij mee zijn. In België is een rechtszaak namens 82 bomen aangespannen, waarvoor zich meer dan 65.000 mede-eisers hebben aangemeld. En het gaat hier niet om een sentimenteel hippie-ideaal, maar om het wekken van bewustzijn van onze plaats in de natuur. ‘Het recht op een vorm van natuurlijk gedrag zou voor alle levende wezens moeten gelden.’ Het is niet het doden van dieren wat Nasr tot het vegetarisme heeft bekeerd – dieren doden elkaar ook – maar de wijze waarop we met dieren omgaan. We hebben niet het recht ze te martelen, in onnatuurlijke omstandigheden te laten leven, zonlicht en een grazige wei te onthouden, ze hun eigen biggen of kalveren niet te laten zogen en ze continu door inseminatie zwanger te maken. En is het niet onze misdadige omgang met dieren die de coronapandemie heeft veroorzaakt? Ik kan de natuur hiermee niet echt ongelijk geven. Het virus, dat zijn we zelf.
Het is tijd voor revolutie. Niet als bloederig geweld, maar als terugkeer vanuit de huidige ongewenste situatie. ‘In een wereld geconditioneerd door de groeigedachte betekent revolutie: een terugkeer naar minder.’ Dat hoeft geen lagere levensstandaard of minder geluk te betekenen. Nasr’s boek is daarmee in de eerste plaats een politieke oproep. Weet niet alleen wat je eet, maar ook waarop je stemt. Als we écht onze eigen verantwoordelijkheid nemen, dan komen we in opstand!
Gepost in Gezondheid en welzijn, Maatschappij en politiek
Geen reacties »
18 april 2021
Als kind had ik al iets met het openbaar vervoer. Vooral met trams, want dat waren kleine treintjes die je over smalle sporen in het asfalt de hele stad konden laten zien. Later had ik zelf een treintje, van Märklin, gekocht bij Merkelbach in de Kalverstraat. Mijn broer en ik knutselden op een grote tafel een emplacement bij elkaar met vier wissels, twee kruiswissels, een kruispunt en levensgevaarlijke spoorbomen die pas dichtgingen als de locomotief er vlak voor reed. Een primitief stoomlocomotiefje was het, want echte locomotieven waren erg duur, om niet te spreken van het aanleggen van een complete bovenleiding. Een paar huisjes en een stationnetje van Faller, die je heel voorzichtig in elkaar moest lijmen, versierden het kleine landschapje. Waar dat alles later gebleven is, weet ik niet.
De lijnen 7 en 10 stopten bij ons voor de deur. Sommigen hadden voorop een kantelbord met hun route en bestemming, dat aan de eindpunten werd omgedraaid. Bij de latere trams werden dat films met alleen de bestemming, die de bestuurder met een zwengeltje bediende. Maar misschien nog meer was ik onder de indruk van de tramlijnkleuren die voorop de wagens te zien waren. Lijn 7 had drie horizontale banen in blauw, wit en blauw, en lijn 10 gewoon een rood vierkant. Ik verzamelde die kleuren, en mijn vader hielp me daarbij omdat hij in een personeelsblad van de PTT een serie artikelen schreef over het openbaar vervoer in Amsterdam. Tot vandaag de dag dragen de trams nog altijd die kleuren. Sommigen betwisten hun nut, maar mijn vader zei dat die bedoeld waren om al vanuit de verte te kunnen zien welke tram er aan kwam denderen.
Trams hadden twee wagons. Met op de eerste niet alleen een bestuurder, maar ook een conducteur, en op de bijwagen ook nog een conducteur. Echt luxe waren de trams met harmonicadeuren van de lijnen 24 en 25, zogenaamde drieassers, waarmee we naar mijn opa op de chique Minervalaan reden. Ik denk niet dat er een tramlijn is die tot vandaag de dag dezelfde route heeft gehouden. Niet alleen omdat die vaak verlengd is naar nieuwe wijken, maar ook omdat de stad zelf verandert, zoals met het verbeteren van de brug over het Vondelpark zodat lijn 3 erover kon tijden. In 1968 kwam onder die betonnen brug een beatkelder, waar zelfs Pink Floyd heeft opgetreden. Ook zijn in de loop der decennia veel haltes vervallen. Snelheid boven alles, wat tot vandaag de dag afbreuk doet aan het fijnmazige openbaar vervoer. Meer lopen naar haltes is heel gezond, ook als het regent.
Terug naar nog vroeger. Toen ik geboren werd reed de Gooise Moordenaar voor het laatste jaar een flinke steenworp van ons huis, het netwerk op rails dat diverse dorpen in de regio met elkaar verbond, en ook met Amsterdam. Er gebeurden 117 dodelijke ongelukken mee, vandaar zijn naam. Ik heb hem dus nooit meegemaakt, anders dan een historisch ritje in 2001 in Huizen over een baanvak van achthonderd meter. En natuurlijk op de website over de Gooise Stoomtram. Maar fractiegenoot Han Landman doet zijn uiterste best om hem weer nieuw leven in te blazen, zij het dan op luchtbanden. Maar het zal nooit de vroegere moordenaar worden, alleen al omdat hij niet op echte rails zal rijden. En zijn het niet juist de rails die trams en treinen zo leuk maken? Het vaste spoor dat hen belet om overal op straat rond te gaan zwerven? En zal die moordenaar dan een even mooie dienstregeling hebben? Op de lagere school kregen we les in het lezen van het spoorboekje, en toen stonden de routes van de trams nog op de stadsplattegrond.
Vaste tijden, vaste routes. Wat is daar zo mooi aan? Mijn horloge ziet er zelfs uit als een stationsklok, maar in Google Maps zijn nauwelijks spoorlijnen te vinden zodat ik me soms moeilijk op de kaart kan oriënteren. Misschien vinden we het nu wel allemaal zo mooi omdat het duidelijkheid en zekerheid schiep, verlangen naar een leven waarvan de route te plannen was. Misschien zijn trams en treinen wel mooi omdat je je er veilig in voelt, veiliger dan in een bus of auto. Tijdens de rit kan je lekker om je heen zitten kijken, het straatleven en landschappen aan je voorbij zien trekken. Daarom wil ik altijd bij het raampje zitten, lekker niksen of een beetje dromen. Als ik reis wil ik reizen, en niet een boek lezen of wat dan ook. Ik wil de wereld aan me voorbij zien trekken. Ja, dan ben ik eigenlijk zelf een trein, zoals Albert Hammond zingt.
Han, die voor de Gooise Moordenaar vecht, is trouwens ook een fan van modelsporen, en heeft me vaak uitgenodigd om eens bij zijn hobbyclub te komen kijken. Wie weet kom dat er eindelijk eens van nu ik mijn eerste prik tegen corona heb gekregen.
Gepost in Diversen, Mijn dorp, Uit mijn leven
1 reactie »
10 april 2021
Wat heerlijk om nu eens lekker de VVD te bashen! Sorry, maar ik kan het even niet laten. Ja, dat mag even, en bovendien hebben we nog wat in te halen. Het debacle rond Ruttes geheugen was een van de druppels die de etterende gierput deed overlopen. Iedereen weet dat hij gelogen heeft, alleen is hij dat zelf vergeten. De beste manier om mensen in je leugens te laten geloven is jezelf wijsmaken dat je de waarheid spreekt. En dan staat hij als hobby nog voor de klas les te geven ook! Ik zou mijn kind direct van die school halen.
Maar laten we het op advies van Tjeenk Willink niet over de poppetjes hebben, maar over de cultuur van de VVD zelf, die – in elk geval tot vandaag de dag – trouw is aan het neoliberalisme. Dat legt volgens Wikipedia ‘sterke nadruk op marktwerking en vrijhandel en het terugdringen van de invloed van vakbonden, staatsbedrijven en andere collectieve voorzieningen.’ Nou, dat hebben we de afgelopen decennia geweten! Want ondertussen ‘zucht de gemiddelde Nederlandse burger al dertig jaar onder de knoet van het neoliberalisme,’ vatte Ewald Engelen samen in De Groene Amsterdammer. ‘Inkomens stagneren; het milieu gaat naar de kloten; de verzorgingsstaat is duur, slecht en een labyrint geworden; de woonlasten behoren tot de hoogste van Europa en de hypotheekschulden tot de hoogste van de wereld; de belastingdruk voor werkenden is in tien jaar Rutte alleen maar gestegen; terwijl het grootbedrijf minder en minder aan de schatkist afdraagt; en Nederland internationaal bekend staat als het grote zwarte fiscale gat van multinationals; om over integriteitskwesties en andere affaires maar te zwijgen.’
Vroeger dacht ik dat de VVD een partij was voor elitaire dikke en rijke mensen. Die zijn inderdaad vaak van de VVD. Maar het is een Volkspartij van Vrijheid en Democratie, en het lukt ze waarlijk om steeds grote delen van het minder bedeelde volk achter zich te krijgen. Of beter: van de dommere mensen die slechte kranten lezen. Vraag me niet waarom, maar ooit belandde ik op een vroege ochtend in een garage vol stadsbussen ergens in Amsterdam-West, net voordat die met hun eerste ritten begonnen. Daar werd vrolijk en gratis op elke chauffeursstoel een krant geslingerd. De Telegraaf! Ik vond dat volksverlakkerij, een ongepaste gemeentelijke inmenging. Hou het volk dom. Laat het geloven dat je haar belangen behartigt, en jaar na jaar tuinen miljoenen die op de VVD stemmen erin. Het is namelijk helemaal geen volkspartij, dat blijkt wel uit de ravage die aanhangers ervan achterlaten. Dat de VVD het hoogste scoort op integriteitskwesties zou ook te denken moeten geven. Als er ergens gesodemieter is in bestuurdersland is het toch wel erg vaak bij de VVD.
De discussie moet inderdaad niet gaan over de poppetjes, maar over de cultuur van de VVD. Maar daarover is met haar aanhangers nauwelijks een zinnig gesprek mogelijk. Dat heb ik wel eens getracht te beginnen met een mederaadslid of een wethouder van die partij, dat dan vaak eindigt met een ‘We hebben het er nog wel eens over’. Nooit dus. ‘Als er iemand rechts is, ben ik het wel,’ zei een voormalig fractiegenootje ooit, waarop hij met gepaste nonchalance zijn dure telefoontje op tafel wierp. Er klonk trots door in zijn stem, en het was meteen duidelijk dat we daarover niet verder hoefden te praten. Ik kan echter niet zeggen dat ik alle VVD’ers onaardig vind, want er waren er een paar in de raad met wie ik verder best kon opschieten. Een van hen is een enthousiaste verzamelaar van historisch vinyl en aan hem heb ik wat van mijn eigen popcollectie toevertrouwd. Ik zou zelfs durven beweren dat ik bij meerdere VVD’ers hier in het dorp best welkom ben. Voor zover ze tenminste deze blog niet gelezen hebben. Alsof ze mij mijn linkse gebrek, zij het minzaam, niet kwalijk nemen. Ik weet immers niet beter.
Alle VVD’ers liegen, vertelt Marcel van Roosmalen van wiens droge columns in de nrc ik al jaren geniet. Dat durf ik niet te beweren, hooguit dat ze allemaal dom zijn. Met uitzondering van hen aan de top, want die zijn slim genoeg om hele volksmassa’s dusdanig te manipuleren dat ze tegen hun eigen belangen in stemmen. Als ik de vuilnismannen zie langskomen vind ik inderdaad dat die meer verdienen dan bankiers, zoals Rutger Bregman schreef. Maar ik vrees dat velen van hen denken dat de VVD hen daarbij zal helpen. Maar ja, dát is politiek …
Gepost in Maatschappij en politiek, Uit mijn leven
Geen reacties »
28 maart 2021
Terwijl ik 60 watt opwek door mijn trappers 60 keer per minuut rond te draaien, ligt tegenover me een zwetende man steeds aan een koord te trekken. Ik weet niet hoe dat apparaat heet waarop hij diverse spieren aan het trainen is, maar het maakt wel een prachtig geluid, dat ik graag zou gebruiken als ik muziek mixte. Het ding waarop ik zit heet een hometrainer, maar van bijna alle andere apparaten in de zaal zou ik niet weten hoe je die noemde. Er zijn weinig mensen, hooguit een stuk of vijf inclusief de therapeuten. Misschien omdat wegens corona nu alleen mensen komen zweten om hun spierstelsel weer een beetje op orde te krijgen, zoals ik. Of om hun BMI weer in de groene zone te krijgen, zoals ik niet. Gezondheid is nu even belangrijker dan sport. FysioNovum, waar ik twee keer in de week oefen, maakt deel uit van het gezondheidscentrum hier, en niet van een sportcentrum.
Ik ben niet sportief. Het interesseert me ook niet zo. In de sportpagina’s van de krant kijk ik alleen maar of er leuke jongens in staan. Een leuke foto van Virgil van Dijk die Frenkie de Jong omhelst heb ik wel gedownload, maar dat is het dan. Als ik wel eens zie hoe mensen zich in een fitnesscentrum uitsloven, snap ik daar weinig van. Alsof ze leven voor hun lichaam in plaats van dat ze een lichaam hebben om te leven. Ik heb er ook niet zoveel op tegen, ben geen voetbalhater want wedstrijden kunnen mooi zijn om te zien. Op school kon ik wel eens goed serveren met volleybal, en dat was dan het enige. Trappend op mijn fiets ligt schuin tegenover me dat gemene ding waarop ik mijn balans moet oefenen, een halve rubberen bal met daarop een plateautje om mijn voeten op te zetten. Therapeut Leo houdt mijn polsjes lichtjes vast terwijl ik uiterst vermoeiend in evenwicht probeer te blijven. Dat gaat me slecht af.
Grote stappen maken op de loopband. Dat hou ik vijf minuten vol. Met een of twee krukken over obstakels lopen zodat ik steeds in de war ben over welke kruk ik het eerst moet gebruiken. In de lengte van de zaal heen en weer lopen. Een vrouw grapt dat Leo een beul is, waarop ik laat weten gelukkig een masochist te zijn. Lol. Een andere keer moet ik op mijn rug op een matje gaan liggen en opstaan. De eerste keer zoek ik steun aan dingen om me heen waarvan ik de naam niet weet. Maar de tweede keer haalt Leo die dus weg, waarop ik toch op een nogal ingewikkelde manier overeind weet te komen. Langzaam achteruit lopen. Lopen op de tenen of op de hielen. Puinhoop. Maar Leo blijft tevreden. Geleidelijk ga ik wat meer rechtop lopen en staan, en dat schijnen anderen ook te zien. Want ik liep aardig krom, wat eigenlijk niet zo vreemd is als je een jaar rondloopt met een heup die volgens de chirurg tot op het bot versleten was.
Pfff … Na afloop brengt Leo me een kopje cappuccino waarmee ik dan een poosje zit bij te komen. Tja, zo laveer ik me door de lockdown. Straks weer even een kilometer mijn vaste rondje in de wijk wandelen. De buienradar is nog een uurtje schoon.
Gepost in Gezondheid en welzijn, Uit mijn leven
1 reactie »
26 maart 2021
In principe ben ik een lui iemand. Dat zei mijn Wetenschappelijke Tante al toen ik nog een kind was. Mijn moeder en ik waren het daar niet mee eens, maar toch zat er een kern van waarheid in. Ik ben liever een nietsdoener dan een doener, want alleen uit dat eerste kunnen de prachtigste ideeën en initiatieven oprijzen. Wat niet spontaan gebeurt, is per definitie onecht en hypocriet. Wat niet uit rust en stilte ontstaat kan alleen maar namaak zijn. Mensen die nooit eens gewoon kunnen luieren zijn in mijn ogen alleen al daarom verdacht. Slapend rijk worden past wel bij mij, en het bestaan blijkt altijd wel weer ervoor te zorgen dat dingen goedkomen. Wie heeft er ooit eens bij een verhuizing geld onder de vloerbedekking gevonden? Ik dus. Wie werd een paar keer werk aangeboden zonder daarom te vragen? Ook dat was ik. Wie ontving een leuke erfenis zodat hij weer een tijd rond kon komen? Precies. We konden ons huis voor een prikkie kopen zodat het inmiddels ruim boven water staat. Dat overkomt ons dus.
Heb ik dat aan mezelf te danken? Ja en nee. Ja, omdat ik relatief zorgeloos door het leven ga. Nee, omdat die levenshouding ook maar iets is dat me overkomen is. Als kind genoot ik van Dorus die op de zaterdagavond voor de radio zijn avonturen vertelde. Een echte zwerver, en ik zong vaak veel liedjes van hem, en die zitten tot vandaag de dag in mijn hoofd. Had ik toen al een zaligmakend gevoel van zorgeloos in het hier en nu leven? Ik hou niet van plannen en organiseren. Ik doe maar wat. Ben ik daardoor minder gelukkig dan hardwerkende Nederlanders? Ik denk het niet. Eerder het omgekeerde. Ik hoef niet zo nodig rijk te zijn, een topbaan te hebben, een mooie auto onder mijn kont en naar verre oorden te vliegen voor vermoeiende vakanties. Als ik maar een dak boven mijn hoofd heb en wat boterhammen met pindakaas kan eten ben ik al heel tevreden. En juist door die levenshouding zorgt het bestaan voor mij. Doen wat ik leuk vind, van mijn hobby mijn werk maken en ik heb niets te klagen. Liever een paar echt goede vrienden dan in december waslijnen vol kerstwensen in de woonkamer.
Ik kan ook hemeltergend eerlijk zijn. Zo verpestte ik eens een kerstviering door voortdurend af te geven op de onzin ervan. Bekende ik eens de vriendin van een vriend dat hij vreemdgegaan was, zodat ik wat hem betreft kon doodvallen en hem nooit meer gezien heb. ‘De waarheid, anders liever dood,’ zei ik eens in puberaal enthousiasme tegen mijn moeder die dat niet echt waardeerde. Niet allemaal even tactisch, maar het heeft wel als een zeef gewerkt waardoor de echte vrienden overbleven. Maak van je hart geen moordkuil. En hoewel ik niet altijd even aardig was voor lieve vrienden, van wie ik wellicht een paar harten heb gebroken, geloof ik nog steeds in mijn eigen onschuld. Ja, als je maar wat aanrotzooit zullen er ook wel dingen verkeerd gegaan zijn, maar toch: je ne regrette rien. Alles heeft kennelijk niet anders kunnen zijn. Het is ook mij allemaal maar overkomen dat ik ben zoals ik ben. Moet ik daar wat van vinden?
Ledigheid is des duivels oorkussen. Wie niet werkt zal niet eten. Wat een onzin allemaal! Ik haat het arbeidsethos omdat dat alleen maar bedoeld is om mensen weg te houden van hun eigen kern, hun eigen stilte. Alsof je leeft om te werken in plaats van omgekeerd. Alsof het echte werk niet juist uit leegheid, stilte en inspiratie ontstaat. Wat is er overgebleven van het ‘ken uzelve?’ Zelfs therapeutische en spirituele groepen maken ook daar weer werk van! Daar wordt dan wel gewezen op de eindigheid van groei, maar intussen willen ze zélf wel blijven groeien. Zelfrealisatie, verlichting en dat soort dingen. Hou daar toch eens mee op! Je kán jezelf helemaal niet in de hand hebben en houden! Wie denk je wel dat je bent? Het bestaan heeft het beter met je voor dan je denkt, is veel intelligenter dan jouw hersens. Vertrouw! Maar ik geef toe: ook dat zijn allemaal dingen die je niet kunt ‘doen’. Wat dan wel? Helemaal niets. Helaas pindakaas. Dingen gebeuren gewoon. Je kan dat willen veranderen, maar je kan er ook mee meegaan en er op een dieper niveau van genieten.
Wie durft er nog echt lui te zijn en genoeg te slapen? Ik dus. Eigenlijk moet iedereen elke dag twintig minuten niksen. Tenzij daar geen tijd voor is, zei de zenmeester, dan moet je elke dag een uur niksen.
Gepost in Gezondheid en welzijn, Uit mijn leven
Geen reacties »
15 maart 2021
Vanmorgen maakte ik de doos met de Osho Zen Tarot weer eens open. De onderste kaart bleef aan de bodem plakken. Toen ik die had losgepeuterd was erop ‘Loslaten’ te lezen. Stomme kaart, luister toch naar jezelf! Ik maakte een waaier van de kaarten, en zoals gebruikelijk had ik de neiging om heel zorgvuldig en meditatief een kaart te selecteren. Totdat ik besefte dat dat onzin was omdat het feitelijk onmogelijk is om de verkeerde kaart te kiezen. ‘Bewustzijn’ stond erop. Het zal niet! Ik had net een uurtje via Facebook door een discussie gescand over de vraag, of en zo ja hoe, dat door hersenen werd opgewekt. ‘Wat is de definitie van bewustzijn eigenlijk?’ had ik nog willen vragen, want hoe kan je over iets praten terwijl je niet weet waarover je het eigenlijk hebt? Kortom, tarot is leuk. Wat ik meerdere keren heb meegemaakt is dat zo’n kaart niet zozeer een antwoord geeft op een expliciet geformuleerde vraag, maar dat die laat zien laat zien wat de vraag eigenlijk is, datgene wat me diep van binnen bezighoudt.
Toeval bestaat niet. Zeker niet volgens wetenschappelijke en logisch denkende mensen, die toch altijd denken in termen van oorzaak en gevolg. Voor mijn studie had ik eens een lijst nodig met willekeurige getallen, en die werd door een computer samengesteld. Maar computers kúnnen dat natuurlijk helemaal niet, dus die zullen daar wel allemaal trucjes voor gebruiken. Zelf zou ik het product van het aantal milliseconden dat de computer aan staat en het aantal milligraden van de temperatuur van de processor delen door de grootte van de gebruikte ruimte op de harde schijf, en dan kom ik al aardig in de buurt. Een random generator, lees ik net, werkt op een soortgelijke wijze. Toeval is dat wat we niet makkelijk kunnen verklaren, maar dat betekent nog niet dat het strijdig is met de wet van oorzaak en gevolg. Je kunt niet alle indicatoren overzien, net als bij het voorspellen van het weer. Dan zou je moeten detecteren wat alle moleculen in de lucht doen, maar juist door dat te doen beïnvloed je weer het weer. En tegelijk blijken op microniveau de gebruikelijke natuurwetten niet altijd te gelden. Want geef toe: die kwantummechanica is toch ronduit idioot?
Ik zag zo’n wildwest-poster. Gezocht: Schrödingers kat. Dood en levend. Zolang je iets niet waarneemt, zolang de kat in de doos zit, is het bestaan ervan onzeker. Met een mooi woord: het is in superpositie. Te zijn of niet te zijn? Alleen de kat weet het. Als hij nog leeft tenminste. Door meting, door observatie jaag je licht uit haar superpositie en lijkt het uit deeltjes te bestaan, alsof het dan vaste materie wordt, terwijl het voorheen als golven bestond. In zijn filmpje over dit dubbel spleet experiment laat meneer Wietsma heel helder zien hoe golven deeltjes worden zodra je ze gaat meten, dus ernaar gaat kijken. In de subatomaire wereld leidt observatie tot materialisatie. Wat sommige wilde geesten doet concluderen dat wat niet gezien wordt dan – of beter: daarom – niet bestaat. Hebben de struisvogels het dan toch bij het rechte eind? In de keuzeloze toestand van superpositie kan het nog alle kanten opgaan, maar ook in de microwereld blijkt toeval niet te bestaan.
Ik geloof dus niet in toeval. Alleen in de betekenis dat iets je toevalt. Uiteindelijk is de hele kosmos met alles erin en eraan één groot samenhangend geheel, waarin alles met alles samenhangt. Een kosmosysteem, dat omvangrijker is dan een ecosysteem. We noemen het soms voor het gemak chaos omdat we de afhankelijkheid van alles met alles niet meer kunnen bespeuren, maar dat neemt niet weg dat elk deeltje, elke golf zich precies op zijn eigen plek bevindt en beweegt. Niets kan anders zijn dan het is, en dat geldt ook voor onszelf. Weg met het maken van plannen, met angsten en schuldgevoelens, want uiteindelijk valt alles op zijn eigen plek, waar het ook nu al is. Keuzevrijheid is een fictie van het arrogante denken dat meent alles beter te weten dan het bestaan zelf. Juist niet te hoeven kiezen betekent vrijheid. Zonder eigenwijs ikje ben je het meeste jezelf. Er is geen andere mogelijkheid dan met de rivier mee te stromen, je te laten leiden door wat je toevalt.
Gepost in Spiritualiteit, Wetenschap
Geen reacties »
11 maart 2021
Kajsa Ollongren (D66), demissionair minister van Binnenlandse Zaken en vicepremier, betwijfelde of ze na haar ziekte eind 2019 terug moest keren als minister. Aldus was onlangs te horen in Met het oog op morgen. ‘Mijn vrouw zegt soms: wat jullie doen is niet echt gezond.’ Vooral het 24/7 bereikbaar zijn en altijd bezig zijn kon je volgens haar als niet gezond ervaren. ‘Ik denk dat wij allemaal in Den Haag wel eens een stapje te veel zetten en dat het werk niet bepaald gezond is.’ Desalniettemin wil ze verder, graag als minister, dus wat heeft ze geleerd van haar ziekte? Ongezond door blijven leven.
Overigens was Ollongren ook ongezond voor ons. Ik bedoel de fusie van Blaricum met omliggende gemeenten die ze door wilde drukken en die ons enorm veel tijd en energie heeft gekost. Wat was haar liefde voor democratie eigenlijk waard? Eind 2018 gooide ze de handdoek in de ring, misschien omdat ze al het protest van veel gemeenten tegen fusies zat was. Of was ze tot inzicht gekomen? Maar intussen had ze er al veel gemeentelijke fusie doorheen gejaagd. D66 heeft natuurlijk best leuke ideeën zoals over euthanasie, en daar wordt best nagedacht over alternatieven zoals volksvertegenwoordigers door loting aan te wijzen, maar het is voor mij nog steeds de partij die grootschaligheid adoreert. Hoewel ze er zelf weinig van lijkt te leren, sprak Ollongren toch ware woorden door de vinger op de wond te leggen van besturen en politiek bedrijven. Het is gewoon ongezond. En hoe kunnen ongezonde mensen het land gezond maken?
Ik ervaar dat zelf ook aan den lijve in de gemeenteraad waar het werk steeds omvangrijker en hectischer wordt, mede dank zij diverse taken die door het Rijk naar de gemeenten worden overgeheveld, meestal zonder voldoende financiële compensatie. Om te voorkomen dat mensen puur om het geld in een raad willen gaan zitten, en om te verzekeren dat mensen echt gemotiveerd zijn om volksvertegenwoordiger te zijn, is het raadswerk in principe vrijwilligerswerk, hoewel er wel een vergoeding tegenover staat. Maar als je het werk echt goed wil doen, bijvoorbeeld door alle raadsstukken volledig te lezen en alle bijeenkomsten bij te wonen, ben je voor je het weet fulltime bezig. Wat denk je van de overigens goed bedoelde Raad op zaterdag? En net als je denkt even een vrije dag te hebben wil de oppositie weer zo nodig een wethouder wippen. Dag weekend!
Het voortdurend 24/7 beschikbaar moeten zijn is fnuikend. En dat geldt niet alleen in de politiek, maar ook in het bedrijfsleven waar steeds meer werknemers vechten voor het recht op onbereikbaarheid. Je moet echt zoals Ollongren helemaal in je werk opgaan om dat voortdurend bezig en bereikbaar zijn leuk te vinden, maar daarmee is het nog niet gezond. Sommige mensen vinden het heerlijk om altijd bezig te zijn, maar dat verdient eigenlijk wel een plek in de door velen omhelsde DSM, de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders die bepaalt wie gek is en wie niet. Wat mist is stilte. Even een moment gewoon in het hier en nu. Dat heeft niks met meditatie, gebed, mindfulness of wat dan ook te maken, want niemand zal ontkennen dat dat gewoon gezond is.
Volgens een klassiek zen-advies moet je elke dag twintig minuten mediteren, tenzij je het te druk ervoor hebt, want dan moet je dagelijks een uur mediteren. Laten we daar voor bestuurders en politici maar twee uur van maken, misschien dat er dan in die wereld nog iets te redden valt.
Gepost in Gezondheid en welzijn, Maatschappij en politiek
Geen reacties »