Avatar
9 mei 2010
Gisteren met Vriend op bed de film Avatar bekeken. Geen avatar van mij in Second Life die avond, waar mijn vrienden het een avondje zonder mij moesten stellen. Maar wel de prachtige kleurige en fantasierijke film van de Canadese James Cameron, die indertijd ook Titanic heeft gemaakt. Eigenlijk is het een film in 3D die je door een brilletje met gepolariseerde glazen moet bekijken, maar die techniek is nog niet ingebouwd in onze tv’s. Jammer, want de wereld van de Na’vi is er een van veel dimensies, die je zowel romantisch als psychedelisch zou kunnen noemen. Dat volk op de maan Pandora leeft in verbinding met het Veld, maar hun heilige Home tree staat wel bovenop een schat aan het kostbare unobtanium. Daarop zijn aardse mijnbouwers onder leiding van slechterik kolonel Quaritch verzot, dus het is te voorspellen dat de Na’vi weggejaagd moeten worden. Dat wordt eerst met zachte hand geprobeerd door Jake Sully te laten infiltreren in het blauwe volkje. Hij gaat zich onder hen begeven door zijn geest draadloos te verbinden met een namaak Na’vi, en zo leeft hij onder hen terwijl zijn aardse lichaam ligt te slapen.
Jake leidt dus twee levens. Eentje in zijn fysieke aardse lichaam en eentje in dat van zijn avatar, de nagemaakte Na’vi. In het Hindoeïsme is een avatar niets minder dan God die in een menselijk (of dierlijk) lichaam is geïncarneerd. Het wordt dan ook niet overal gewaardeerd dat dit woord gebruikt wordt voor zoiets laagstaands als een computerspel of een film. De wereld van Second Life wordt bevolkt door avatars en ook ik heb er een die daar een fijn leven leidt. Vanavond weer naar de disco! Voor die avatar die straks aan het dansen is ben ik God. Van achter mijn beeldscherm bestuur en beziel ik hem met mijn toetsenbord en muis. Ik ben zijn schepper, belevendig hem wellicht. Terwijl ik aan de ene kant achter mijn computer met mijn biertje en salami zit, leef ik aan de andere kant van het beeldscherm als avatar met mijn vrienden. Second Life is immersive genoeg om die andere wereld als echt te ervaren. Dat klinkt misschien een beetje eng, maar bij het lezen van een goed boek en het kijken naar een boeiende film gebeurt precies hetzelfde. Boeiend? Verslavend? Daarvoor moet je eerst weten wat de echte, wat de ware wereld is en ik geniet er continu van om daar steeds vraagtekens bij te zetten. Heerlijk.
In de film Avatar gaat Jake steeds meer kiezen voor zijn leven als avatar. Hij wordt opgenomen in het volk van de Na’vi en gaat het gevecht aan met de veroveraars die nog steeds zijn aardse lichaam in bezit hebben. In werkelijkheid is dat lichaam gelinkt met de avatar, zijn al zijn zintuigen en is al zijn motoriek niet met zijn aardse zintuigen en spieren verbonden, maar met die van de blauwe Na’vi avatar. Zijn wereld is in die mate virtueel dat hij in een ander lichaam meent te leven terwijl hij in werkelijkheid slaapt in zijn aardse lichaam. Terwijl zijn avatar slaapt kan hij even in zijn aardse lichaam wakker worden om aan fysieke behoeften te voldoen en verslag uit te brengen. Het is alsof hij nu eens in het ene en dan weer in het andere lichaam woont. Waarbij hij uiteindelijk de voorkeur heeft voor dat van de avatar, omdat de wereld van de Na’vi veel mooier is dan die van het agressieve mensenras dat de natuur vernietigt. Maar als een avatar een belichaamde godheid is, wie is in de film dan God of een hogere geest die hem bezielt? Dat is zeker niet het mensenras van kolonel Quaritch, waar hij vandaan komt. Integendeel. Juist door in zijn avatar te duiken komt Jake in contact met hogere werelden.
Zo is het de geest zelf die moet leren van incarnaties. De geest die kiest voor een ander spel. De geest die kiest voor een ander lichaam. De geest die voortdurend op reis is door werelden die allemaal per definitie virtueel zijn. Waarmee ze allemaal even echt zijn. Die geest die avatars nodig heeft om zichzelf te ontdekken, een zelf dat uiteindelijk alleen maar kan leven in verbondenheid met en respect voor alles om hem heen. Hij zal geen dier doden zonder het eerst te danken. Hij luistert naar de natuur en beheerst die op een vrijwel taoïstische wijze door erin mee te gaan, samen te werken. Zonder die virtuele werelden kunnen we niet verder reizen, want juist daar bevinden zich onze ideeën, fantasieën, dromen en idealen. Vraag het Plato maar. Of Jung. Nog niet zo lang geleden werd het woord virtueel in woordenboeken nog omschreven als vermogen of mogelijkheid, maar die betekenis heeft de laatste jaren plaatsgemaakt voor schijnbaar bestaand… Dat virtuele werelden de laatste jaren zo in trek zijn hoeft dus niet per se op een negatieve cultuuromslag te wijzen. Het kan een vlucht zijn, maar tegelijk ook een dorstig zoeken naar en ontdekken van nieuwe mogelijkheden in een materialistisch en rationeel vastgelopen wereld.
Sinds kort loopt er trouwens bij ons in Second Life ook een Na’vi rond. Als hij er vanavond weer is, zal ik hem toch eens aanspreken. Nou ja, niet ik maar mijn avatar zal hem benaderen. Ik ben alleen maar zijn schepper, zijn idee achter het beeldscherm, die van hem wil leren.