Snuff & Snack

Date 17 april 2023

Volgens sommigen, waaronder Osho, kan je van sterven ook een feestje maken. Daarover doen we meestal veel te serieus. Doodgaan is ook een vorm van leven, en je kan ook tijdens je sterven verlicht raken. Volgens sommigen, waaronder Osho, is serieus zijn een ziekte. Want het hele bestaan, inclusief de cyclus van sterven en geboren worden, is één spel. Humor is dan ook een spirituele kwaliteit. Niet alleen omdat het relativeert maar ook omdat het ons denkende ego op de hak neemt. Volgens sommigen, waaronder Osho, is elke vleeseter een kannibaal, en eet de laatste zelfs beter vlees. Dus als je dan tóch je perverse wens wilt bevredigen, zoek een vrijwilliger die zich graag laat opeten en iedereen is blij. En of je het gelooft of niet, die vrijwilligers bestaan echt, zij het niet in groten getale. Het bekendste voorbeeld is wellicht Berndt Brandes die zich door Armin Meiwes liet opeten. Dominee Gremdaat wees dat af, want je merkt er zelf toch niets meer van. Maar het is me nog steeds niet duidelijk waarom Armin Berndt niet mocht opeten. Kijk dus toch maar een beetje uit, want als kannibaal word je snel voor het gerecht gedaagd. En dat is niet je lievelingsgerecht.

Geef die jongens toch allemaal de kans om elkaar op te eten als ze dat leuk vinden! Zoals Salvador Dali zei: kannibalisme is een van de meest voor de hand liggende uitingen van tederheid. De ware liefde dus, waarin je écht in elkaar opgaat. Ik geef al die jongens dus graag die kans. Nee, niet in real life, want daar staan tussen droom en daad wetten in de weg. Dat werd dus Second Life. De speeltuin van lustmoordenaars en kannibalen heb ik Snuff & Snack genoemd. Braadspitten, kookpotten, ovens en slachtbanken, ik heb het allemaal voor de jongens klaargezet. Met natuurlijk een restaurant. Leef het maar uit, lekkere jongens! Speel er maar mee, geniet van je duistere behoeftes! Snakken naar sterven is helemaal oké. Oefen dus maar met overgave en pijn. En met sterven natuurlijk, want in Second Life heb je zo veel levens dat katten er jaloers op zijn. Wat volgens sommigen, waaronder Osho, ook in real life het geval is.

Moet je je voorstellen: een soort geestelijk orgasme waarin je in ultieme overgave wegdrijft in tijd en ruimte, versmelt met de ander, de omgeving, de kosmos! En willen we dat eigenlijk niet allemaal, is het dat niet wat ons aan seks verslaaft? Kan een levensdrift überhaupt bestaan zonder doodsdrift? Eigenlijk is alle seks een vermomde vorm van kannibalisme, meneer Freud! Luister maar naar de taal die vrijende paren uitslaan, en hoe ze met likken en bijten elkaar eigenlijk willen oppeuzelen. ‘Om op te vreten,’ las ik onlangs als complimentje bij een foto van een pasgeboren baby. Die schijnen inderdaad heel lekker te zijn, maar toch zie ik dat mijzelf niet snel doen. Want het moet voor iedereen wel leuk blijven, dus ook voor de baby’s, en ik betwijfel of die daar zelf bewust voor kiezen, dus dan gaat de lol er snel van af. Bovendien vind ik het in real life een beetje eng allemaal, dat slachten en zo. Daar durf ik niet eens naar filmpjes van onthoofdingen te kijken. En van koken en braden heb ik de ballen verstand, daar leven Vriend en ik te vegetarisch voor.

Welkom bij Snuff & Snack, waar beulen stervensbegeleiders zijn, en waar er niks mis mee is als je jong wilt sterven, in de glorie van je leven. Volgens Osho, die in 1976 een mooie lezingencyclus onder de titel The Art of Dying hield, is sterven de culminatie van het leven, en waarom zou je daarvoor wachten tot je oud en afgetakeld bent? Sterven zou een basisrecht van de mens moeten zijn, ook als je nog volop in het leven staat. Minimumleeftijd 18 jaar. Ik lees wel eens dat iemand ‘te jong’ gestorven is, maar hoe weet je dat? Misschien was hij of zij wel een oude ziel die nog maar weinig te zoeken had in het leven om verlicht of bevrijd te raken. Overigens is mijn paradijsje niet de enige plek in Second Life waar je van elkaar kunt smullen. De beheerder van deze virtuele wereld vindt het goed allemaal. Zolang kinderen geen geslachtsdelen zien is moord en doodslag oké en kan je bloed laten vloeien waar je maar wilt. Het enige gebrek is dat het niet immersief genoeg is om je ook écht pijn te laten voelen en écht sterven te laten beleven, dus voorlopig blijft het nog behelpen.

Misschien dat sommige mensen mij pervers vinden met mijn mix van speelsheid, kannibalisme, spiritualiteit, humor en seks die ik moeiteloos met elkaar verbind. Wat ík echter pervers vind is de manier waarop wij met dieren omgaan omdat we zo nodig hun vlees moeten eten. Terwijl we steeds meer ontdekken dat dieren wel degelijk bewustzijn hebben, zelfs zelfbewustzijn, zoals hoogleraar en bioloog Frans de Waal in Tegenlicht vertelt. Ze kunnen dus ook lijden. Als je vlees wilt eten is tot daaraantoe, maar val de dieren daar niet mee lastig. Vandaar dat ik wel eens zeg dat mensenvlees het enige eerlijke vlees is.

Mijn horoscoop

Date 10 april 2023

Ik heb een rare horoscoop, maar als Waterman vind ik dat eigenlijk wel leuk. Overigens zegt mijn horoscoop eigenlijk niets over mij – iets waaraan ik mij zelf regelmatig moet herinneren. Net als een lichaam héb ik een horoscoop, dus ga nu maar puzzelen over wie of wat het eigenlijk is wat die horoscoop heeft. Maar goed, mijn huidige lichaam heeft zich voor het eerst gemanifesteerd op 28 januari 1947 om 4:36 uur in Blaricum. Mijn vader ging heel nauwkeurig met tijd om en luisterde net als ik graag naar de piepjes op de radio om zijn horloge op de seconde gelijk te zetten. Dus zal mijn geboortetijd ook wel tamelijk correct zijn. Het vroor negen graden die nacht. Het verhaal gaat dat ik snel en pijnloos geboren was, voordat mijn moeder het echt in de gaten had. Wel rende mijn vader nog snel door de kou om er een dokter bij te halen. Een jaar of twintig geleden ben ik nog eens in het toen leegstaande huis gaan rondstruinen en heb ik even stilgestaan in de kamer waar ik, hoewel ik het me niet meer herinner, het levenslicht zag. Met een klein balkonnetje met uitzicht op akkers die inmiddels verdwenen zijn.

Een horoscoop kent verschillende bouwstenen. Daar zijn in eerste instantie natuurlijk de twaalf tekens van de dierenriem. De planeten – en voor het gemak rekenen astrologen ook de Zon en de Maan daarbij – vertegenwoordigen verschillende drijfveren en kunnen bepaalde hoeken of aspecten met elkaar maken, die laten zien hoe goed ze het met elkaar kunnen vinden. Zo maakt in mijn geboortehoroscoop Mercurius, die over communicatie gaat, een exact aspect van honderdtwintig graden – een zogenaamde driehoek – met Neptunus, die gaat over ‘vage’ zaken zoals mystiek, overgave, oplossen en versmelten, maar ook over muziek en verslavingen. Niet iedereen houdt van die planeet, maar trouwe lezertjes zullen begrijpen dat Neptunus een lieveling van me is, vooral omdat hij in mijn horoscoop in het zenit staat. Schrijven over spiritualiteit en vage mystieke dingen past dus helemaal bij mij. En omdat die Mercurius in Waterman staat, samen met de Zon en Mars, gebeurt dat op een niet alledaagse wijze.

Maar naast tekens, planeten en aspecten zijn er ook zogenaamde huizen in de horoscoop, twaalf hemelsectoren die zeggen in welke levensgebieden de planeten zich het liefste manifesteren. Zo staan die Zon, Mercurius en Mars in mijn tweede huis dat gaat over zekerheden zoals geld en bezit, wat in Waterman natuurlijk een allegaartje wordt. In oppositie, ofwel recht tegenover die drie planeten, staan Saturnus en Pluto in Leeuw. Die staan bij mij dus in het achtste huis dat over onzekerheden gaat zoals angst en seksualiteit. Weet ik alles van. Pluto voelt zich thuis in dat huis: het is de planeet van dood en transformatie en hij kan daar niet diep genoeg in duiken. Zeker als hij door Saturnus wordt gesteund duidt dat op een fikse opruiming in diepe zieleroerselen. Weet ik dus ook alles van. Ik ging dus psychologie studeren. Opposities duiden op twijfel: Mercurius wil daarover schrijven en vertellen maar vindt het toch wat eng om taboes van Pluto in het achtste te doorbreken, want dat geeft weinig zekerheid. De enige zekerheid die mij rest is die van de onzekerheid.

In mijn geboortehoroscoop zijn alle planeten door aspecten met elkaar verbonden, voornamelijk conjuncties, driehoeken en opposities. Zodanig zelfs dat er een zespuntige ster daagt. Zogenaamde vierkanten van negentig graden zijn er niet te vinden. Door dit alles heb ik van nature weinig behoefte om voor dingen te vechten, want als dingen niet uit zichzelf soepel en harmonisch verlopen hoeven ze meestal voor mij niet meer zo. Maar er is één planeet die niet meedoet, die geen verbindingen met andere planeten heeft en zich verschuilt in het twaalfde huis van kosmische eenzaamheid: Jupiter, de heerser van mijn ascendant in Boogschutter. Al met al zie ik in mijn horoscoop een mix van spiritualiteit en taboedoorbrekende seksualiteit. Ik heb het nog niet over Venus in Boogschutter in het eerste huis gehad: ik kan heel aardig en royaal overkomen bij mensen. Ook niet over de Maan in Ram in het vierde huis: ja, ik kan ongeduldig zijn en ruzies met moeder zijn mij niet onbekend. Ook niet over Uranus in Tweelingen in mijn zevende huis, waardoor ik zeker van alternatieve en ongewone vrienden hou.

Het grappige van mijn horoscoop is dat op één na alle planeten – die staan voor onze drijfveren – zich in tekens bevinden die bij de elementen lucht en vuur horen, die voor denken en intuïtie staan. Zon, Mercurius en Mars in een groepje in Waterman, Maan in Ram, Venus in Boogschutter, Saturnus en Pluto gebroederlijk in Leeuw, Uranus in Tweelingen en Neptunus in Weegschaal. Allemaal lucht en vuurtekens. Ook hier speelt Jupiter weer niet mee, die staat heel alleen ongeaspecteerd in het bij Neptunus horende twaalfde huis, in het waterteken Schorpioen dat Pluto’s terrein is. Zo spelen Jupiter, Neptunus en Pluto een belangrijke rol in mijn horoscoop. Tegelijk is het een wonder dat ik nog leef, want de elementen aarde en water, die staan voor waarnemen en voelen, zijn bijna nergens te vinden. In aarde heb ik helemaal niets. Ik heb dan ook heel weinig met dat element en het vaak gehoorde advies dat je moet ‘aarden’.

Toen ik op school een linoleumsnede moest maken werd het Icarus, vliegend door de lucht op weg naar het vuur. Voor het beleven van de elementen kun je het beste een strandwandeling maken. Met je voeten in de aarde die naast je door het water wordt overspoeld terwijl de lucht boven je hangt, doorstraald met het vuur van de nog hogere vurige zon, die eigenlijk ook een ster is. Terwijl de planeten in lucht- en vuurtekens staan, staan ze in huizen die bij aarde en water horen. Ik had dus toch wel wat in die concrete levensgebieden te leren. Weet ik alles van. Zon in Waterman is wel leuk, maar deze Waterman moest wel leren met geld om te gaan, wat kennelijk toch belangrijk is. Je laten verbranden (vuur) klinkt misschien aantrekkelijk, maar het doet toch pijn (aarde). Mooie theorieën (lucht) zijn waardeloos als er geen gevoel (water) bij komt. Als ik een paar uur eerder of later was gebeuren zou dit soort dingen nooit gelukt zijn en zou ik al allang mij als een Icarus door de zon hebben laten verslinden. Want uit sterrenstof zijn we geboren en wat is mooier dan daarheen terug te keren? Echt thuis voel ik me niet op deze aarde, en dat hoeft ook niet. In plaats van te aarden wil ik liever ‘sterren’, alsof dat mijn echte afkomst en bestemming is.

Tot zover enkele grote lijnen. Maar ben ik dit? Ik herken mij in mijn horoscoop, maar een criticus kan natuurlijk tegenwerpen dat ik alleen datgene in de sterren zie dat ik wil zien. Hoewel ik ook wel een paar blinde vlekken zal hebben, denk ik dat dit in grote lijnen niet het geval is. Laat andere astrologen maar met commentaar komen, hoewel ook die natuurlijk hun eigen blinde vlekken hebben. Toch geloof ik dat astrologie kan leiden tot zelfkennis, wat ik hiermee pretendeer een beetje te hebben. Terwijl er spiritueel gezien eigenlijk helemaal niet iets als zelfkennis bestaat, en het identificeren met je horoscoop even dom is als dat met je waarneming, voelen, denken en intuïtie.

Vertrouw je lichaam

Date 28 maart 2023

Tijdens mijn studie was ik een fan van Carl Rogers, bekend van zijn cliëntgerichte psychotherapie. Toen was gesprekstherapie nog heel gewoon. In tegenstelling tot gedragstherapie waar het alleen gaat om de meetbare stimulus en respons, was voor Rogers de subjectieve wereld het belangrijkst. In veel gevallen werkt gedragstherapie uitstekend, bijvoorbeeld om van fobieën af te komen. Met name vanwege de langdurigheid en daarmee de kosten van gesprekstherapie, heeft deze in therapieland veel veld moeten ruimen voor gedragstherapie. Jammer, want Rogers grensde voor mij aan het spirituele. Net niet, want het ging bij hem nog steeds over de persoonlijkheid, wat strikt vertaald ‘maskerleer’ betekent. Daarin heb ik een halve eeuw geleden een graad verworven, zodat ik nog steeds MSc voor mijn naam mag zetten. Maar ook dat is een masker. Net als mijn naam trouwens, maar ja, je moet toch wat.

Vertrouwen in het eigen lichaam was bij Rogers een belangrijk kenmerk van wat hij een ‘fully-functioning person’ noemt, iets wat veel lijkt op Abraham Maslows zelfactualisatie. “De persoon ontdekt steeds meer dat zijn eigen organisme betrouwbaar is, dat het een geschikt instrument is om in elke onmiddellijke situatie het meest bevredigende gedrag te ontdekken,” vertelt Rogers in On Becoming a Person. “Als je lichaam zegt dat het moe is, luister je ernaar en geloof je het in plaats van dat je er kritiek op levert; als het pijn lijdt, kun je daarnaar luisteren (…)” Dat lijkt veel op het getuige blijven zijn, wat bij Osho de kern van meditatie is. De therapeut kan iemand daarbij helpen door empathie te tonen, zijn cliënt onvoorwaardelijk te accepteren en door zelf écht te zijn. De therapeut als een begeleider die nooit sturend is, want uiteindelijk moet de client het allemaal zelf ontdekken. Zoals vertrouwen in het eigen lichaam.

Dat klinkt mooi als je gezond bent. Maar hoe kan je jouw lichaam vertrouwen als het misselijk en ziek is, als het pijn lijdt en bij ouderdom steeds meer begint te haperen? Ik denk dat dit vertrouwen veel met liefde te maken heeft, met de kunst om van je lichaam te blijven houden als het ziek wordt, zelfs als het sterft. Een weten dat het altijd zijn stinkende best voor je doet om zo optimaal mogelijk te blijven functioneren en voor je te zorgen, zelfs als je het mishandelt door slechte voeding en gewoonten. Je kan natuurlijk vloeken op je lijf, het gevoel hebben dat het je in de steek laat. Maar dat is nooit het geval want het blijft tot zijn laatste snik voor je knokken. Lichamen houden meer van mensen dan zij zich vaak bewust zijn. Het is een trouwe vriend die beter weet wat goed voor je is dan jij zelf.

En mag je beste vriend geen gebreken hebben? Accepteer het zoals het is, en het is de kunst om dat te blijven doen. Wat wij ziekte noemen is niets anders dan het pogen van het lichaam om in leven te blijven. Mooi toch? En op gegeven moment is het mooi geweest. Ook dat mag. Ik hoop te zijner tijd in volle vriendschap afscheid van mijn lichaam te zullen nemen.

De boerenopstand

Date 22 maart 2023

Eerlijk gezegd heb ik niet zoveel op met de BoerBurgerBeweging en de mensen die daarop gestemd hebben. Het agrarische bedrijf lijkt in de verste verte niet meer op de mooie romantische plaatjes waarmee ik ben opgegroeid. Zoals veldbioloog Marc Schmitz gisteren in een ingezonden brief in NRC schrijft: “Wie maar oud genoeg is, weet dat boterbloemen door raapzaad zijn vervangen, en dat je inmiddels in de stad meer vogels ziet dan in de Gelderse Vallei. Het is eenvoudig: geen (bio)diversiteit in het boerenland? Dan zie je daar geen boterbloemen of zuring. En dan zijn er ook geen insecten meer (…) Zijn er geen insecten, of kruiden, dan zijn er ook geen vogels.” Natuurlijk voelen de boeren zich in het nauw gedreven, maar ze hebben het er zelf wel ook een beetje naar gemaakt. Ik maakte mee hoe ze op regenachtige dagen toch mest uitreden, dat steeds meer raaigras werd gebruikt dat slecht is voor de biodiversiteit, dat koeien voor het eerst aan hun oren gemerkt werden, dat hooi in gemene blauwkleurige balen de velden ging ontsieren. Kortom: het boerenbedrijf is een industrie geworden.

Het moest ook steeds groter en groter. Intussen zitten we met 3,8 miljoen koeien, 11,4 miljoen varkens, 100 miljoen kippen, 850 duizend schapen en 480 duizend melkgeiten. Daarmee heeft iedereen in ons land een vijfde koe, twee derde van een varken en meer dan vijf kippen. Waar láten we dat allemaal! Precies: zestig procent wordt geëxporteerd en daarmee zijn we de grootste exporteur van vlees in de Europese Unie. Alsof we de grond in ons kleine landje niet voor betere dingen kunnen gebruiken. En dan heb ik het nog niet eens over de vleesverwerkende industrie waar bij tijd en wijle per ongeluk varkens bij vol bewustzijn worden geslacht. En dat is nog maar een van de vele misstanden waarop de overheid maar bij mondjesmaat grip weet te krijgen. Hoezo houden boeren van hun dieren? Iets waar je van houdt ga je toch niet martelen en slachten? En als alles zo efficiënt moet zijn, waarom eten we dan überhaupt vlees? Want je stopt daar meer voedingswaarden in dan het uiteindelijk oplevert. Eten van vlees is gewoon dom. En als je dan zo nodig moet, laat dan de beesten erbuiten. Het enige eerlijke vlees is mensenvlees.

Het Tienpuntenplan Stikstof van de bewegende boerenburgers komt ook niet echt intelligent over. Zo zouden stikstofwaarden niets zeggen over de staat van de natuur – wat dan wel? Het stikstofbudget doet een veel te grote aanslag op de economie – opnieuw is de economie belangrijker dan de natuur. Het aantal Natura 2000-gebieden moet worden gehalveerd – alsof we geen Europese afspraken hebben. Stikstofruimte moet verleast of verkocht kunnen worden – alsof er dan minder stikstof in de lucht komt. Stikstof is niet de énige factor in de natuur – ja, natuurlijk moet Schiphol óók aangepakt worden. Spoedwoningbouw moet aangemerkt worden als reden om af te wijken van de bestaande stikstofregelingen – alsof we niet juist meer woningen kunnen bouwen als boeren wat minder stikstof de lucht in stuurden en hun land beschikbaar zouden stellen voor woningen. Sorry Caroline, maar als het meeste van jullie producten voor de export is bedoeld vraag ik me af waar jullie mee bezig zijn. Het zijn niet alleen Tata Steel en Schiphol die moeten krimpen, maar jullie ook!

Met weemoed denk ik terug aan de tijd dat boeren nog boeren waren. Liefde voor de natuur zit er weinig meer in. Net als intelligentie trouwens. De BBB-stemmer is relatief oud en laagopgeleid, las ik in de NRC van 18 maart. Van de kiezers die op BBB stemden was 73% laag en middelbaar opgeleid en bestond maar 3% uit jongeren tot 25 jaar, dit in schril contrast met vooral GroenLinks met 27% en 12%. Soms denk ik dat eigenlijk alleen jongeren zouden mogen stemmen, want het gaat om hún toekomst. Die zullen met hoge temperaturen worden geconfronteerd en hopelijk zijn deze toekomstige slachtoffers van de BBB-mentaliteit vuurvast genoeg om nog een beetje te kunnen overleven.

16 jaar Second Life

Date 20 maart 2023

Ja, ik herinner me mijn rezday nog goed, de dag waarop ik voor het eerst in Second Life mijn nieuwe gezicht liet zien. Rezzen: ‘Een object inworld zichtbaar laten worden, ook: de omgeving laten verschijnen, het tot leven komen/wekken van een speler in een spel’ lees ik in de lijst van internet jargon. En inworld ‘staat in tegenstelling tot irl, in real life’. Op 20 maart 2017 werd ik dus geboren. Ik trok meteen een blauw broekje en hesje aan, en heb nog een foto van die eerste dag. Zelfs een filmpje van een paar seconden, want dat kon toen nog met de viewer waarmee je Second Life bewoont. Een van de leukste dingen van mijn lievelingsspel is dat het geen game is, maar een play: het is speels en er zijn geen opdrachten of gevechten waarmee je punten moet verdienen. De hele wereld is door de gebruikers zelf gemaakt. Als je Second Life binnenkomt ga je maar wat doen, een beetje rondzwerven, zien waar leuke mensen op leuke plekken te vinden zijn, wat er meestal op neerkomt dat je in een dancing belandt. Zo verging het ook mij zestien jaar geleden.

Na een maand ontmoette ik Robbie, die in real life een Nederlandse student bleek te zijn. Al snel klikte het tussen ons en ging ik hem helpen met de gay disco die hij kort daarvoor had opgezet. Zes jaar geleden moest hij wegens ziekte Second Life verlaten, maar via e-mail hebben we nog steeds contact. Een van de eerste wonderen van de virtuele wereld was – en is – dat je gewoon verliefd op elkaar kunt worden. Alsof je als avatar, zeker omdat je die zelf helemaal kunt vormgeven, iets van je ziel laat zien. ‘Het is zo écht allemaal,’ zei Robbie toen we samen op zijn dakterras lagen te zonnen. Dat vond ik eerst schokkend om te horen, maar al snel kon ik er niet meer omheen dat mijn gevoelens ook in real life gewoon echt waren, dat ik kon houden van mensen die ik nog nooit in vlees en bloed had gezien. En niet alleen van mensen, want ook raakte ik onder de indruk van al het prachtigs dat ze als avatars bouwden, van ongerepte soms magische natuur tot gebouwen en voertuigen, van konijnen tot onmogelijke steampunk creaties.

Mark Zuckerberg timmert een metaverse in elkaar dat er al vrijwel twintig jaar is, en het voorbeeld dat hij ons laat zien voegt weinig toe aan wat Second Life te bieden heeft. Ik vraag me af hoe creatief mensen in Marks wereld kunnen zijn en in hoeverre alles niet een al te commercieel sausje krijgt. Op een kopie real life zitten we niet te wachten, en Facebook zelf is al een chaos waarvan je soms horendol wordt. Het heeft alles met vrijheid te maken. De makers van Second Life, Linden Lab in San Francisco, doen zelf in feite niets anders dat de ‘grid’ ondersteunen waarop alles zich afspeelt en bemoeien zich verder nergens mee. Nou ja, er zijn natuurlijk wel wat regels waaraan je je moet houden. Laatst viel ik per ongelijk naakt van een zogenaamde skybox die in de lucht hing en belandde ik op een plek voor kinderen, zodat automatisch mijn geslacht onzichtbaar werd gemaakt. Alsof het zien van een jongen zónder pik niet méér traumatisch kan zijn. Maar aan mijn perverse spelletjes heeft Linden zich nog nooit gestoord. Creativiteit heeft ook te maken met het spelen met andere identiteiten en rollen, bijvoorbeeld voor jongens die niet uit de kast durven te komen.

Maar al te vaak wordt virtual reality gezien als een tegenhanger van real life. Maar ik ben het helemaal eens met David Chalmers die het eerder ziet als een verrijking ervan. Net zoals films, concerten en boeken die je ook even uit real life doen vluchten. Evenmin als natuur en cultuur tegenover elkaar staan, zijn real life en virtual reality elkaars tegengestelden. De jaren zestig gaven een explosie van creativiteit, en die zie ik nu in Second Life, een wereld van vrijheid, gelijkheid en broederschap waarin iedereen zichzelf kan zijn. Daar kan real life een voorbeeld aan nemen.

Mijn eerste smartwatch

Date 9 maart 2023

Vorige week gaf mijn mooie horloge van Mondaine er na een dikke acht jaar de brui aan. Eerst dacht ik dat de batterij leeg was, maar volgens de juwelier was hij gewoon kapot. Omdat ik verliefd ben op de wijzerplaat die op een stationsklok lijkt, wilde ik maar meteen een nieuwe kopen, maar die bleek zelfs in de uitverkoop opeens zestig euro duurder te zijn dan wat ik er indertijd voor had betaald. Tweehonderdveertig euro is wel veel voor de tijd en datum aan je pols. Ik moet gewoon een smartwatch hebben, bedacht ik uitrustend op een bankje. En Marcel zal me wel iets moois kunnen adviseren, want die kent mijn smaak en heeft van dit soort dingen meer verstand dan ik. Zo gaf hij me vorig haar een Nest Mini, zo’n apparaatje waarmee je met Google kunt praten en waarvan ik onlangs ontdekte dat het ook een mooi slaapmiddel is door hem te vragen naar de eerste paar honderd decimalen van pi.

Het werd een Xiaomi Band 7. Ja, ik heb per ongeluk iets uit China gekocht, wat vandaag de dag eigenlijk not done is, hoewel de chip ervan misschien wel door een machine van het Nederlandse ASML is gemaakt. Maar voor de prijs van een kleine veertig euro all in kon ik het niet laten. En ik moet toegeven dat ik jongens met smartwatches aan hun pols vaak met argusogen heb bekeken. Zo herinner ik me een receptie van de BEL Combinatie waar ik brutaal de pols van zo’n knaap greep en hem zijn hartslag vertelde. Zo kon het ook. Maar gelukkig was op zo’n smartwatch ook nog de tijd en de datum te zien en kon de rest me een beetje gestolen worden. Ik heb niet zoveel met sport en fysieke gezondheid en zo. Althans om het voortdurend bij te houden. Hoeveel stappen ik per dag loop zal me worst zijn en ik ben niet het type om dat allemaal in de gaten te houden. Zelfs mijn bloeddruk meet ik de laatste tijd niet meer, iets wat trouwens zo’n smartwatch nog niet eens kan.

Gisteren een uurtje als een Viking zitten knutselen aan de Blauwtand koppeling met mijn telefoon en de bijbehorende app. Daar ga ik weer, want nu weten ze in China weer van alles van me. Ook mijn gehoorapparaatjes zitten via bluetooth aan mijn telefoon vast, maar deze nieuwe koppeling zit mijn genot van muziek van Spotify niet in de weg. Eigenlijk heel knap allemaal, die techniek. Deze Xiaomi voelt lichter aan mijn pols dan het vorige horloge, en zodra ik even teveel bewegingen maak of erop tik verschijnen tijd, datum, buitentemperatuur en batterijniveau vijf seconden op het kleurige schermpje. Af en toe trilt het als er een mailtje of pushberichtje binnenkomt, waarvan ik de eerste regel kan lezen door de wijzerplaat naar beneden te slepen. Horizontaal slepen laat me zien welke muziek in mijn oren speelt, en na nog een scrol verschijnt het weer inclusief voorspellingen, samen met de AQI of luchtkwaliteit die nu 26 is.

Maar het kan niet op. Naar boven slepen laat me van alles zien zoals mijn hartslag van 63 slagen per minuut, een saturatiewaarde van 99% en een milde stress van 41. Ook kan de smartwatch me een en ander over mijn slaap vertellen, me wekken, en diverse activiteiten zoals lopen, zwemmen, fietsen en wat niet al bijhouden. En al die gegevens tonen via een algoritme mijn PAI of Persoonlijke Activiteiten Intelligentie. Doel 100 PAI. Vandaag gekregen 0. Daar moet ik kennelijk nog iets instellen, want ik heb vandaag al 291 stappen gedaan en 2 kcal verbruikt! Aardig allemaal, maar ik betwijfel of ik dat allemaal ga gebruiken. In principe ben ik lui, erop vertrouwend dat mijn lichaam zelf me wel laat weten waar het behoefte aan heeft. Afijn, ik vind dit alles toch leuk, terwijl ik alleen maar een nieuw horloge nodig had.

Wat is waarheid?

Date 8 maart 2023

Een van de belangrijkste rode draden die door de verhalen van Osho lopen is dat hij ons geen geloofssysteem of ideologie wil geven. In tegendeel: hij is er voor om die af te breken zodat uiteindelijk alleen je ultieme vrije zelf overblijft. Je moet nergens in geloven maar zelf op zoek gaan, zelf ervaren. Het is niet voor niets dat hij zo vaak kaffert tegen religies en politiek. Het meeste ervan is je als kind al met de paplepel ingegoten, en zo worden al vroeg de breintjes gewassen van jonge kinderen die vertrouwen in goedbedoelende ouders en leraren hebben. Kinderen worden zo al gauw christenen, hindoes, moslims, communisten, kapitalisten of socialisten. Omdat die hersenspoeling zich onbewust voltrekt zullen de kinderen later niet beter weten dan en geïdentificeerd raken met dat geloof of die politieke ideologie. Scholen op religieuze of politieke basis doen daar later nog een schepje bovenop. Deze indoctrinatie is in mijn ogen een ergere vorm van verkrachting dan pedofilie.

Nee, Osho heeft die laatste woorden nooit gebruikt, maar als kenner van zijn visie durf ik er aardig wat om te verwedden dat hij het er helemaal mee eens is. Maar zelfs als hij nee zou schudden bij deze woorden – wat ik me niet kan voorstellen – is dat voor hem helemaal oké omdat ik mijn eigen weg naar de waarheid bewandel, dat ik mijn eigen visie op een en ander opgraaf, dat ik zélf een en ander ontdek en in mijn eigen woorden en context plaats. En soms wéét ik gewoon dat iets waarheid is omdat het mijn hele wezen doordringt mijn hele lijf mee vibreert. Dat is een ervaring die moeilijk is na te vertellen. Een moment van herkenning, alsof ik een diep weten weer boven haal. Het is dezelfde herkenning die mij indertijd naar Osho – toen nog Bhagwan – deed afreizen. Hij sprak over dingen die ik al jaren lang voelde en zette met zijn woorden alles nog beter op zijn plek. En niet alleen met zijn woorden, want door zijn aanwezigheid was er in zijn ashram een sfeer waarin ik me meer thuis voelde dan waar dan ook.

Er was een klik, en die is tot vandaag de dag gebleven. Zodanig dat zich soms zelfs niet bestaande woorden van Osho in mijn hoofd afspelen, alsof hij het me stilletjes toefluistert. En wat maakt het uit van wie die woorden eigenlijk zijn? Waarheid is waarheid en die kent geen auteur die daar de alleenrechten op heeft. En of je nou naar Jezus luistert of Boeddha of naar welke verlichte geest dan ook, de uiteindelijke kern ervan is steeds hetzelfde. Ja, aan de oppervlakte lijken ze heel verschillend, maar dat komt door priesters en organisaties die allemaal hun eigen interpretatie van de woorden van de meester zijn gaan bedenken, zogenaamd spirituele erfgenamen die niet weten hoe ze met de nalatenschap om moeten gaan en deze te vaak gebruikt hebben voor hun eigen glorie en macht. Daarom is het veel slimmer om naar meer hedendaagse verlichte mensen te luisteren. Maar hoe weet je of iemand verlicht is? In elk geval niet iemand die zijn of haar waarheid aan je opdringt en bij wie je aan allemaal regels en rituelen moet voldoen.

Ze zeggen wel eens dat waarheid relatief is. Dat ieder zijn eigen waarheid heeft. Maar dan gaat het alleen om de vormgeving ervan, niet om de essentie. Ik roep al mijn hele leven dat alles één is, maar soms heb ik het gevoel dat ik de enige ben die dat begrijpt. Mensen kunnen er weinig mee. Alsof dat zou moeten. Ja, er zijn natuurlijk zat holistische visies die dat ook zeggen, maar zelfs die zijn nog niet allesomvattend genoeg, want dan gaat het alleen nog maar over de mens of de natuur. Of over materiële zaken en nog niet over het hart. Of er sluipt toch stilletjes een vorm van dualisme binnen. Mijn ziel en ik. De mens en de natuur. Alsof die niet allemaal één zijn. Ik zou ook kunnen zeggen dat alles stilte is, wat voor mij glashelder is – gewoon goed luisteren – maar is dat duidelijk? Uiteindelijk kun je niet zeggen wat waarheid is. Hoe minder je uit je woorden komt, hoe meer het aanwezig is. Het is als een koan waarop zwijgen het enige juiste antwoord is. Tao met zijn Daodejing komen voor mij het dichtst bij de waarheid: de waarheid die gekend kan worden is niet de absolute waarheid. Kun je nog zwijgen, zwijg dan mee!

De bloem der natie

Date 26 februari 2023

Ik ben de laatste tijd veel in en op het water. Zo heb ik vorige week veel gezeild. Dat was best moeilijk zodat ik eerst een paar keer buiten de boot viel of op andermans terrein strandde waar ik meteen werd weggejaagd. Maar dank zijn de lessen van medestudenten van het gay dispuut Alpha Sigma Zèta heb ik het een en ander geleerd. Zodat het me uiteindelijk toch is gelukt om tegen de westenwind in de rivier af te laveren en een tijdje in open zee te zeilen. En zelfs om met de wind mee weer terug te keren om keurig weer bij het haventje bij het studentenhuis aan te meren. Ik was trots op mezelf. Ook heb ik na jaren weer eens gezwommen en in het water gespeeld met Zaz, die zich veranderd had in een prachtige kleurige zeemeerjongen en vrolijk als een dolfijn in en op het water danste. Ik heb echt genoten. Ik? Nee, Ganymede. Maar Ganymede ben ik zelf. Of niet? Ik kan moeilijk over hem denken en praten als een ‘hij’. Hij is het plusteken van Chalmers boek ‘Reality+’ waarin de virtuele wereld een uitbreiding, zo niet een verrijking is van wat velen het échte leven noemen. Waarin de wereld van Second Life wel degelijk bestaat en even echt is – of kan zijn – dan de alledaagse werkelijkheid.

Ik ben dus een student. Nadat ik me op hun website had ingeschreven ben ik het terrein van Lucidity College gaan bezoeken. Dat werd een lange wandeling, en met nostalgische gevoelens bekeek ik onder andere de collegezalen, kamers die er te huur zijn, het restaurant, een sportzaal, een recreatieruimte, een bioscoop en een zwembad waar ik het niet kon nalaten een paar baantjes te trekken. Wat is het studentenleven toch luxe en rijk! Mijn moeder vertelde vroeger dat studenten ‘de bloem der natie’ zijn, en ik moet toegeven dat het een beetje elitair gevoel in me voedde toen ik in dat andere leven nog studeerde. Toen was een universiteit nog een universiteit en voelde je je best bevoorrecht om in die wereld te mogen leven. Nou ja, bevoorrecht … Ik was natuurlijk een intelligente jongen en had er daarom recht op. Die bloem der natie is echter in de afgelopen halve eeuw aardig verwelkt want steeds meer instellingen zoals Nyenrode gingen zich ‘universiteit’ noemen. Waarmee ook je bul steeds minder waard werd. Ik geloof dat het Piet Vroon was die in de jaren negentig uit protest zijn bul heeft teruggestuurd omdat die toch niets meer waard was.

Eerlijk gezegd vind ik best dat studenten wat bevoorrecht mogen worden. Intelligentie moet je omarmen, dus geef hun alles wat ze nodig hebben zodat ze zich helemaal aan hun studie kunnen wijden en niet wakker hoeven te liggen van financiën of het vinden van woonruimte. Voetballers worden ook in de watten gelegd, monniken en nonnen hoeven zich ook alleen aan God te wijden en kunstenaars moet je ook alle ruimte geven om mooie dingen te maken. Maak zoveel mogelijk gebruik van de gaven die mensen hebben en stop hen niet in de arbeidersklasse zoals Mao dat graag met zijn ‘culturele’ revolutie wilde. En niemand is blij als zijn of haar gaven niet gerealiseerd kunnen worden. Hoewel ik zelf ook wel eens bouwvakker wilde zijn, wandelend naar het metrostation langs in aanbouw zijnde kantoorgebouwen in Diemen-Zuid. Lekker in de buitenlucht met je handen bezig zijn. De voortdurend aanstaande radio en het gefluit naar vrouwen stond me echter tegen. En als ik naar de bilspleet keek van een gebukte arbeider had ik altijd de neiging om daar een muntje in te gooien.

Om echt bij de studentenclub in Werkelijkheid+ te horen moest ik natuurlijk, na enkele opdrachten voltooid te hebben, een ontgroening doorstaan. Ik hou niet van ontgroeningen. Dan willen ze een echte man van je maken en dat soort onzin. In dat andere leven heeft mijn broer zich wel laten ontgroenen. Kwam hij met een kaal hoofd thuis. Nu werd mijn hoofd ook kaal geschoren, maar dat was omdat ze geen haren in de soep wilden toen ze mij gingen koken. Nou ja, nog net niet. Verder werd ik aan een kruis gebonden om diverse lusten van andere jongens bevredigen, iets waar ze in Vindicat een voorbeeld aan zouden kunnen nemen. Tegelijk ging alles vriendelijk en met respect voor elkaar, zonder macho gedoe. Gisteren werd ik officieel ingewijd. Een ritueel dat geheim moet blijven en waarover ik niets zou willen vertellen. Als je weet wat er gaat gebeuren krijg je verwachtingen en verliest zo’n ritueel zijn waarde. Maar ik was wel tot tranens toe ontroerd door de pracht en de schoonheid van dat alles.

Vriendschap boven alles. Ik ben nu een echte ‘broeder’ en mag op een andere verdieping slapen, met uitzicht op de dansvloer en het haventje. Ik? Het is best grappig om niet te weten wie je eigenlijk bent. En dat is eigenlijk niet zo belangrijk. Gefeliciteerd, Ganymede!

Ingewikkeld

Date 17 februari 2023

Nee, Cool:Gen heeft niets te maken met een nieuwe coole generatie. Het is de naam van het ict-systeem van de Belastingdienst dat vanaf 2027 niet meer wordt ondersteund. Het alarm ging onlangs af op de voorpagina van de NRC. “Bij het niet tijdig vervangen van de oude software bestaat het risico dat er onoplosbare fouten of storingen in het systeem ontstaan. ‘Dan heeft dit tot gevolg dat de Belastingdienst geen belastingaanslagen meer bij de belastingplichtige kan opleggen en dat niet geïnd kan worden’, waarschuwen ambtenaren. Daarnaast zijn wetswijzigingen op de inkomensheffing niet meer mogelijk.” Kijk, dit vind ik nu mooi nieuws. Niet zozeer omdat het over een paar jaar moeilijk wordt om belasting te innen, maar omdat de Belastingdienst een koekje van eigen deeg krijgt. Van het ‘leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker’, dat ons al dertig jaar wordt voorgeschoteld, is niet veel meer overgebleven dan ‘leuker kunnen we het niet maken, wel ingewikkelder’. De slachtoffers van de toeslagenaffaire kunnen daarover meepraten.

Toen ik in de jaren negentig mijn eigen bedrijfje begon, regelde ik zelf nog enthousiast mijn belastingaangifte met behulp van de Belastinggids. Ik ging heel ijverig aan het werk toen een inspecteur van de Belastingdienst een kijkje kwam nemen, want ik moest natuurlijk druk bezig zijn om die vereiste 1225 uren per jaar aannemelijk te maken. Uiteindelijk miste hij nog de duizend gulden die ik van mijn Wetenschappelijke Tante had gekregen, dus daar moest nog een mouw aan worden gepast. En hij stond erop dat ik contant geld in een apart kistje bewaarde. Dat was nog voordat de belastingen ‘makkelijker’ werden gemaakt, iets waarvan nooit iets is terechtgekomen. Bij de belastinghervorming in 2001 met zijn ‘box 3’ vond ik alles alleen maar ingewikkelder geworden, en gaf ik de hoop op dat ik er ooit nog iets van zou begrijpen. Toevallig en gelukkig had ik een paar jaar daarvoor alles uitbesteed en ik heb nog jaren gekeken naar diverse bedragen die ongevraagd op mijn rekening werden gestort zonder erbij te vertellen waarvoor het eigenlijk was. Eigenlijk wil ik er niets meer mee te maken hebben. Niet omdat ik geen belasting wil betalen, maar omdat ik geen zin heb om opgedrongen puzzels te moeten oplossen.

Het is te ingewikkeld geworden. Is het niet van de gekke dat het aantal regels zodanig uit de hand is gelopen dat er hele industrieën in kolossale kantoorgebouwen nodig zijn om dat allemaal in goede – of juist verkeerde – banen te leiden? Dat kan je niet alleen de Belastingdienst verwijten, want onze regering houdt ervan steeds meer regelgeving te maken, alsof ook die altijd moet blijven groeien. En wees maar op je hoede als er vereenvoudigingen worden beloofd, want die maken het meestal alleen maar erger. Wat je die dienst wél kunt verwijten is dat er te veel criminelen werkzaam zijn, want een andere bewoording kan ik niet vinden voor ambtenaren die met een druk op de knop gezinnen ruïneren omdat ze dat nu eenmaal moeten doen. Befehl is Befehl, en achter je beeldscherm is dat vanaf afstand makkelijk te doen, net als het achter je scherm een stad bombarderen waarna je weer rustig gaat slapen. Regels, regels en nog meer regels die voor zoveel werk zorgen dat zelfs computers het niet meer kunnen bijhouden. Ook omdat computers en besturingssystemen steeds een korter leven lijkt beschoren. Mijn telefoontje is bijna vier jaar oud, dus ik moet er rekening mee houden dat dat er elke dag de brui aan kan geven.

Waarom eenvoudig doen als het ook ingewikkeld kan? Misschien heeft dat iets met werkgelegenheid te maken. We moeten toch érgens mee bezig zijn? Steeds weer nieuwe dingen en regels uitvinden die niemand gemist zou hebben als ze er niet waren? Mensen willen iets te doen hebben en verlenen daar hun status aan. Ze zijn zelden tevreden met dingen zoals ze zijn. Stilstand is achteruitgang. Hoe vaak heb ik die onzin niet gehoord? Zij die dat beweren moeten linea recta terug naar de schoolbanken! Het kapitalistisch verheerlijken van groei maakt alles kapot. Stilstand is vooruitgang! Maak eens goede computers en software jongens, niet al dat spul dat om de haverklap gerepareerd en geüpdatet moet worden. Dat heeft natuurlijk ook met commercie te maken, en mijn vertrouwen daarin heeft al in mijn jonge jaren een flinke deuk gekregen toen mijn broer me vertelde dat gloeilampen erop gemaakt werden om na een x aantal uren kapot te gaan. Zo ook computers en telefoontjes. Want de economie moet doordraaien, en we moeten altijd bezig blijven.

Allemaal angst, ik en ego natuurlijk. Maar intussen worden we zelf allemaal steeds meer ingewikkeld zodat er van ontwikkeling steeds minder over blijft. Laat alles maar lekker vastlopen jongens, ik geniet er stilletjes van. Gemeen hè?

Evolutie

Date 10 februari 2023

Tussen 1831 en 1836 werd door Charles Darwin tijdens zijn wereldreis met de Beagle de basis gelegd van zijn The Origin of Species. In 2009, 150 jaar na het verschijnen van dit boek, werd op initiatief van de vpro, Canvas en Teleac deze reis opnieuw begonnen, nu op de clipper Stad Amsterdam. De wereldreis van acht maanden brengt ons vanuit Plymouth naar de Azoren, Tenerife, Kaap Verdië, Brazilië, Uruguay, Argentinië, Chili, Peru, Nieuw-Zeeland, Australië, Mauritius naar Kaapstad, en dan via de Atlantische Oceaan weer terug. Aan boord zijn journalist en presentator Lex Runderkamp, bioloog Dirk Draulans – een man om verliefd op te worden, maar dit terzijde – achterkleindochter van Darwin Sarah Darwin, kunstenaar Anthony Smith – een mooie jongen, ook dit terzijde – en last but not least schrijver Redmond O’Hamlon die veel uit Darwins werk voorleest. Dit alles hebben we de afgelopen weken op NPO Start gevolgd in de serie Beagle, in het kielzog van Darwin uit 2014, in 35 afleveringen.

Maar al te vaak wordt Darwins ‘survival of the fittest’ begrepen alsof uiteindelijk de sterksten zullen overleven, maar dit heeft niets te maken met hoe fit we zijn. Zelfs DeepL vertaalt het begrip foutief als ‘overleven van de sterkste’. Maar ‘to fit’ betekent ‘passen’. Denk aan de lamp die je in een fitting stopt. Bij Darwin gaat het niet om het overleven van macho’s, maar om dat van wezens die zich weten aan te passen aan hun omstandigheden. Een donkere huid bevat meer melanine zodat die beter tegen de ultraviolette straling van de zon beschermt, maar toen de oorspronkelijk in Afrika geboren mens naar het noorden trok werd die overbodig en ging de huid zelf meer vitamine D aanmaken, iets waarvan Vriend en ik elke dag een extra pilletje innemen. Het planten- en dierenrijk zit vol met allerlei aanpassingen. Bijvoorbeeld door zich tegen mogelijke vijanden te beschermen door camouflage of door oneetbaar uit te lijken. Maar ook door er voor de vrouwtjes aantrekkelijk uit te zien.

Wat door de hele serie speelt is de verwoesting van het ecosysteem, bijvoorbeeld door overbevissing die via een hele voedselketen uiteindelijk leidt tot een vermindering van algen – prachtige diertjes trouwens als je ze beter bekijkt – die wereldwijd meer kooldioxide opnemen dan de regenwouden. De bemanning ziet veel plekken niet meer zoals Darwin ze zag, en de kans dat onze aarde het nog redt wordt kleiner en kleiner. Ik zeg dat verkeerd: de aarde redt zich wel, want die heeft wel meer gigantische rampen overleefd. Het is de vraag of de mens zélf straks nog bestaat. Die heeft door regelgeving en machtsverhoudingen het leven zo ingewikkeld gemaakt dat noodzakelijke maatregelen op korte termijn vrijwel onmogelijk zijn. Het Westen met zijn kapitalisme met zijn geloof in onbelemmerde groei is de belangrijkste boosdoener, en van hen nog maar een relatief kleine groep van de allerrijksten die met hun macht en middelen met een handomdraai het tij zouden kunnen keren. Als andere volken het Westen decadent vinden kan ik ze geen ongelijk geven.

De serie laat een dubbel gevoel achter. Enerzijds hoe prachtig de natuur en het natuurlijke leven zich ontwikkelt, en anderzijds hoe we dit alles vernietigen zodat er steeds minder soorten achterblijven en alles in de war wordt gegooid. En dan te bedenken dat de reis van de Stad Amsterdam al zowat tien jaar geleden plaatsvond! Je zou er zomaar depressief van worden. Hoewel? Ik wist niet beter dan dat ook Snoopy een Beagle is, en als je het van de zonzijde wilt bekijken kun je zien dat er wel wat dieren en wellicht ook mensen zullen overblijven die zich zullen aanpassen aan de gevolgen van de klimaatverandering. ‘Ik ben teveel ik om te sterven,’ concludeert Snoopy als hij wegens een ijspegel zijn hok niet meer uit durft. Ik weet geen bondiger samenvatting van de kern waarom wij in het Westen zo gek zijn geworden. Want alles is doodsangst en waar je bang bent dat krijg je.

Maar de evolutie, hoe grillig ook met zijn ups en downs, gaat gewoon verder. Niets aan de hand om je zorgen over te maken.