14 december 2021
Ik moest ervan huilen. Letterlijk. Omdat ik het zo ontzettend mooi vond. Allemaal babyboomers op het podium in een overladen Royal Albert Hall, die een hommage brachten aan George Harrison, die precies een jaar eerder was overleden. Het is 29 november 2002. Ik had de registratie van dit concert nooit eerder gezien, en kwam deze via internet op het spoor omdat George onlangs twintig jaar geleden is overleden. Hij was 58 jaar oud. Volgens velen te jong gestorven, maar ik weet niet of er een bepaalde leeftijd is waarop mensen horen dood te gaan. John Lennon was een leven van maar veertig jaar beschoren. Paul en Ringo zijn er nog steeds. Ook op het podium, waar een avond lang songs van George worden gespeeld. Wat is het toch wat mij zo ontroert? Iets van broederschap, het delen van liefde voor George en wat hij voor The Beatles heeft betekend. Alsof met zo’n concert zijn muziek vereeuwigd wordt.
De eerste clip die ik zag was While My Guitar Gently Weeps. Die heb ik tientallen keren bekeken en beluisterd. Eric Clapton zingt en laat zijn gitaar janken. Tussen alle vergrijsde ouderen staat een jonge knaap in een witte jurk op het podium, Georges zoon Dhani, 24 jaar, voor wie dit concert extra emotioneel moet zijn om dit een jaar na het overlijden van zijn vader mee te maken. Van alle Beatles was George de meest spirituele, zoals te horen is in zijn Within You Without You, het minst bekende nummer van het album Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band. Ja, The Beatles waren in 1968 in India bij Maharishi Mahesh Yogi, de grondlegger van de transcendente meditatie die zijn gemeenschap voorgoed in 1991 vestigde in Vlodrop, waar George hem in datzelfde jaar en Paul hem in 1998 nog bezocht. Het latere solowerk van George is het meest spiritueel gekleurd, zoals in zijn song All Things Must Pass.
En natuurlijk My Sweet Lord, dat in het concert prachtig gezongen wordt door Billy Preston achter de toetsen, alsof niemand dat beter en meer bevlogen had kunnen zingen dan hij. Tranen in mijn ogen. Bezieling. Schoonheid. Blijdschap. Dat ik dit nog mag meemaken. In de jaren zestig leefde ik in de nogal vanzelfsprekende veronderstelling dat popmuziek eens voorbij zou gaan, en het maakt me tot vandaag de dag blij hoe er concerten worden gegeven waarin de songs van vroeger in leven worden gehouden. Ook door jongeren zoals The Analogues, die vandaag de dag albums van The Beatles perfect naspelen en daarmee volle zalen trekken. Geen covers waarin een eigen interpretatie wordt gespeeld, maar gewoon de originelen. Ik hou niet van de covers zoals dj’s die graag ten gehore brengen, vaak ondersteund met een rhytmbox en andere effecten om de muziek op een stevige beat lekker te laten swingen. Zo herhaalt zich binnen de popscene dezelfde discussie die bij klassieke muziek in de tweede helft van de vorige eeuw oplaaide onder leiding van mensen als Harnoncourt, Brüggen en Herreweghe die muziek zo authentiek mogelijk wilden laten klinken.
Ook Paul houdt zich daar even niet aan als hij voor het lied Something met een ukelele op het podium verschijnt om daarmee op zijn eigen alternatieve wijze deze song ten gehore te brengen. Maar halverwege pakt Eric weer zijn gitaar en zingt hij samen met Paul en het volle orkest de tweede helft van het lied, waarna ze elkaar even omhelzen. Op het internet vind ik nog meer songs van dit concert, zoals Isn’t It a Pity, Handle with Care en All Things Must Pass. En de ontroerende door Joe Brown gezongen finale I’ll See You in My Dreams waarbij iedereen gaat staan en dat zelfs Dhani teveel lijkt te worden. Eigenlijk een prachtig kerstlied. Ik ga mezelf op de nogal prijzige dvd-box trakteren, dat lijkt me wel iets voor de kerst. Misschien dat ik dan weer wat ga zitten janken, maar dat is voor een Waterman zoals ik best goed. Dan raak ik verbonden met een mysterie dat boven mezelf uitstijgt. Met een universele liefde die we na de jaren zestig hebben verloren. Dank dank dank allemaal!
Gepost in Muziek
Geen reacties »
7 december 2021
Na het eten kon ik niet meer opstaan zonder helse pijnscheuten in mijn rug. Dus bleef ik maar een uurtje zitten, terwijl Vriend de afwas overnam. De tranen sprongen me nog net niet in de ogen. De kramp doet me vergeten dat ik even helemaal in het hier en nu ben. Té hier en té nu! Au! Het moet een straf voor mijn grootheidswaanzin zijn waarmee ik pijn maar al te graag relativeer. Steeds als ik voorzichtig probeer op te staan hoort mijn partner me weer kreunen. Ik ben hier en de pijn is daar, tracht ik me te herinneren, maar dat lukt maar een veel te klein beetje. Oewoewoe! Het is een zelf verdiende straf voor mijn luchtige schrijfsels waarin ik beweer dat pijn subjectief is, zodat je je rustig kunt laten verbranden zonder er last van te hebben, zoals de boeddhistische monnik Thich Quang Duc in 1963 demonstreerde. Alsof je voor zo’n kunstje niet eerst jaren zou moeten mediteren. Au! Au! Nee, het is een straf voor dat ik alles veel te snel wil doen, bij voorkeur alles tegelijk. ‘Ik moet leren me wat rustiger te bewegen,’ zeg ik. ‘Niet alleen rustiger bewegen,’ antwoordt Vriend, die me eigenlijk in álles veel te snel vindt. Ik ben ook zo’n impulsief type! Intuïtief bedoel ik, dat klinkt mooier. Uiteindelijk reikt mijn partner aan paar krukken aan waarmee ik me na enkele pogingen voorzichtig omhoog weet te tillen.
Pfff … Wat word je daar moe van! Mijn leven werd even een paar dagen stilgelegd. Gelukkig was de agenda leeg en waren alle boodschappen in huis. Op de een of andere manier weet ik toch de trap op te klauteren, en moest ik van Vriend eerst een poosje op zijn kamer plat op de vloer plat mijn rug liggen. Boven me slingert en tikt zijn zelfgebouwde klok, en ik bereken vaag dat je veel tandraderen nodig hebt om de beweging van de grote wijzer op die van de kleine wijzer over te brengen. Je moet tenslotte wat als je maar naar boven ligt te staren. Maar ik ben blij als ik uiteindelijk weer in mijn bed lig, opnieuw na diverse pijnscheuten. Twee paracetamolletjes erbij, die niet veel maar toch een beetje helpen. Ik had die pilletjes oxycodon moeten bewaren in plaats van ze keurig weer in te leveren bij het ziekenhuis! Slow down, Satyamo, slow down! Dat liedje van The Beatles zit nu al dagen in mijn hoofd. Maar ik ben al bezig met allerlei activiteiten af te bouwen! Ik kan me niet meer voorstellen hoe ik tot enkele jaren geleden van alles en nog wat tegelijk deed. Aries Astro-Services, De Kaarsvlam, gemeenteraad en ertussendoor nog van alles en nog wat zoals blogs en een boek schrijven. Nu vind ik alleen dat laatste nog belangrijk om de rest van mijn leven te doen. Slow down!
Wat is pijn? Ik lees dat er verschillende soorten pijn zijn, enerzijds acute en chronische pijn, en anderzijds weefselpijn, zenuwpijn, orgaanpijn, vaatpijn en pijn bij kanker. Op de uitgebreide site van Gezondr krijgt ook fantoompijn een plek. Je zou zeggen dat functie van pijn is dat het je lijf waarschuwt als er iets niet goed gaat. Maar wat heeft dat dan voor zin als het te laat is? Dan is die zinloos, tenzij hij je keihard wil waarschuwen dat je voortaan beter moet uitkijken bij oversteken. Hoe meer pijn je hebt gehad, hoe beter je gaat opletten om herhaling te voorkomen. Maar waarom zouden mensen die stervende zijn dan pijn moeten kunnen hebben? Raadselachtig. Even raadselachtig als waarom de een meer last heeft van bepaalde pijn dan de ander, en waarom sommigen zelfs van de dopaminische trance van pijn kunnen genieten zoals bij masochisme. Zelf heb ik – afkloppen – niet zoveel ervaring met pijn. Hoofdpijnen rond mijn puberteit, dat wel. Een ontlasting die je er niet uitkrijgt. Getrokken verstandkiezen. Mijn vorige heup. Als ik dit in een volgend leven weer moet meemaken dan liever niet. Wel wat zenuwpijn sinds een gordelroos. Allemaal niet te vergelijken met wat ik van anderen om me heen hoor, want dan ga ik bijna in een sadistisch universum geloven.
Achteraf zag ik dat er een zonsverduistering was geweest, zij het niet zichtbaar in onze contreien. In ons land stonden niet alleen De Zon en de Maan onder de horizon, maar ook alle andere planeten. Nou ja, op Mars na dan, maar die stond in het twaalfde huis en is daarom eigenlijk ook onzichtbaar. Niet dat ik de Zon en de Maan de schuld wil geven, maar ik vind het wel opvallend dat die verduistering op mijn ascendant viel. En ook nog conjunct met mijn Venus die over mijn zesde huis – dat van gezondheid – heerst. En bovendien had ik er even niet op gelet dat ik van Saturnus deze maanden een oplawaai krijg nu hij zowel mijn Mars, Zon als Mercurius met een bezoek vereert. Even dimmen met alles, rustig aan doen. Relax and float downstream met de sterren. Ik ben er even niet. En nu weer voorzichtig naar boven klauteren, In plaats van te bukken even door de knieën gaan, op draaibewegingen letten. Allemaal niks voor mijn veel te snelle brein, maar dat moet maar even. Maar intussen ben ik doodmoe zonder iets gedaan te hebben. Pfff …
Gepost in Astrologie, Gezondheid en welzijn, Uit mijn leven
Geen reacties »
29 november 2021
Astrologie is booming onder millennials, lees ik in De Nieuwe Koers, ‘hoopvol, realistisch/sinds 1969’. Ik kan niet nalaten het artikel van Arjan van der Linden te gaan lezen. Want als je van astrologie een rage gaat maken, zet ik daar snel vraagtekens bij. Maar tot mijn verbazing ben ik verwonderd over hoe jongeren volgens dat artikel omgaan met de sterren, en dat stemt me eerder blij dan cynisch. De opening pakt me. ‘Of het waar is, dat maakt ze eigenlijk niet zoveel uit. Belangrijker is dat een grote groep millennials in astrologie een middel heeft gevonden om zichzelf beter te leren kennen en hun relaties met elkaar te duiden.’ En in het hele verhaal gaat het nergens over het voorspellen van de toekomst, maar juist over het opdoen van zelfkennis. Helemaal terecht. Het is juist dat in de toekomst willen kijken dat astrologie in een discutabel daglicht heeft geplaatst. Voor mij is het een taal om de persoonlijkheid mee te beschrijven, en geeft ze handvatten voor een diagnostiek waaraan veel psychologische vakkennis kan tippen. In het artikel wordt ook naar Carl Jung verwezen, die geloofde in het bestaan van twaalf archetypische persoonlijkheden die in ons collectieve onderbewustzijn wonen. Zo mag ik het horen.
Tegelijk moet ik toegeven dat het heel makkelijk is om in astrologie te geloven. Ik ben zelf een Waterman en herken me graag in mijn horoscoop. Ook anderen zoals mijn partner en vrienden vind ik echt bij hun zonneteken passen. Is dat omdat ik dit alles zo graag wil zien of is het gewoon echt zo? Misschien is deze hele vraag wel irrelevant, ben ik niet voor niets datgene waarmee ik me identificeer. ‘Als iets bevorderlijk is voor mijn emoties maakt het me niet zoveel uit of het echt is,’ vertelt de non-binaire Luuk in het artikel. ‘Ik zie het meer als een soort zelfhulp. Ik merk dat het werkt, dus waarom zou ik eraan twijfelen?’ Daarbij ben je meer dan alleen wat de Zon in je horoscoop aanduidt. Daar gaat het ook om andere planeten in de horoscoop – astrologen noemen de Maan gemakshalve ook een planeet – hoewel die soms wat moeilijker te herkennen zijn. Ook de ascendant, het teken dat tijdens je geboorte in het oosten opkomt, is belangrijk. Niet alle Watermannen zijn dus hetzelfde. Gelukkig maar. Ramsey Nasr en Thierry Baudet zijn op dezelfde dag jarig en verschillen nogal. Maar alleen met de eerste zou ik mijn eigen verjaardag, ook op diezelfde dag, willen vieren.
Millennials gebruiken veel de app Co-Star Personalized Astrology, 1 mln.+ downloads, die zowel voor Android als IOS te downloaden is. Gratis. Ik kon het niet laten. Geboortedatum, -tijd en -plaats ingevuld. Mijn tip voor vandaag: ‘Don’t be scared to tell each other the truth.’ Ja, Watermannen hebben iets met ‘truth’ – zelfs Osho voelde dat aan toen hij mij mijn nieuwe naam gaf. Misschien omdat de Zon vandaag op mijn ascendant staat, sextiel mijn geboortezon? ‘Start a trend with an Air Venus.’ Omdat Venus nu op mijn geboortejupiter staat? Zou kunnen. En voor deze hele periode: ‘You are finding new ways to let people get to know you.’ Zon sextiel geboortezon? Als ik ‘View your chart’ aanklik vind ik een schema van alle planeten in tekens en huizen – levensgebieden – van mijn geboortehoroscoop. Geen cirkel en ook geen getallen, maar wel overzichtelijk en kloppend. Daaronder staat beschrijvingen van de planeten in de tekens en huizen, die kort, helder en treffend zijn. Zo mag ik de astrologie graag zien. Als methode voor zelfreflectie, om te kunnen zien wat er allemaal speelt als je bijvoorbeeld boos bent, of om rekening met anderen te houden als je weet wat er in zijn of haar horoscoop staat.
Zo gaan millennials mooier met astrologie om dan ik had durven hopen. Niet als een fatalistisch geloof maar als een mogelijkheid om jezelf en anderen beter te leren kennen. Niet als het nu kantelende deterministisch wereldbeeld, maar getuigend van een correlatie – dus zonder over oorzaken en gevolgen te spreken – tussen het ‘boven en beneden’. Ik ben nog met die ouderwetse astrologie opgevoed, maar gelukkig zijn de tijden veranderd. Helaas ken ik geen horoscoop van de astrologie zelf, maar de sterren lijken gunstig.
Gepost in Astrologie
Geen reacties »
25 november 2021
Terwijl ik buiten met mijn vorige blogje bezig was, begon de buurvrouw met haar bladblazer te loeien. Dat werkt voor haar wel prettig, maar niet voor mij. Maar omdat ik toch niet meer tot schrijven in staat was, besloot ik om de bezem te pakken en te kijken wie van ons het eerst klaar was. Ik dus. Toen ik de laatste bladeren in de groene bak kieperde was zij nog bezig. Had ik toch nog wat lichaamsbeweging, veroorzaakte ik minder herrie en fijnstof, terwijl alles minder tijd en elektriciteit kostte ook. Ik heb nooit gesnapt waarom mensen die dingen gebruiken. Soms zie je zo iemand met zo’n ding minuten bezig met het opruimen van drie of vier achtergebleven blaadjes, alsof die het straatbeeld tergend ontsieren. Overigens ben ik goed bevriend met die buren, dus denk niet dat ik ze haat of zo. Integendeel.
Mijn vorige voorbuur wist ook wel raad met zijn bladblazer. Niet alleen ik maar ook de buurtbewoner met wie ik langs zijn tuin liep schrok van de herrie. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat hij voor een prikkie op Schiphol een afgedankte straalmotor wist te scoren. Een keer heb ik hem daarop aangesproken. Dat lokt meestal een glazige blik uit. En discussies waar ik helemaal geen zin in heb. Desalniettemin moet ik toegeven dat ambachtelijk bladblazen niet echt te doen is. Evenmin als te ontdekken hoeveel herrie zo’n ding maakt als je er een wilt aanschaffen, want dat staat er vrijwel nooit bij. Gelukkig maken elektrische bladblazers tien decibel minder kabaal, ofwel maar de helft van die op een tweetakt benzinemotortje draaien. Maar de gemeente maakt daar zo te horen weinig gebruik van, en toen ik een vraag daarover stelde had ik niet de indruk dat velen daarin geïnteresseerd waren.
Gelukkig ergeren steeds meer mensen zich aan bladblazers. Om een beetje bewustzijn te stimuleren zouden die dingen niet alleen veel duurder kunnen zijn zodat meer mensen wat gezonder gaan bezemen maar zou ook, zoals gezegd, de hoeveelheid lawaai die ze veroorzaken op advertenties vermeld kunnen worden. Dat laatste vind je nergens, ook omdat de decibel een lastig begrip is. Er zijn ook allerlei soorten decibellen zoals de Lden, LAeq en de dB(A), lees ik op Wikipedia, waarbij de laatste het meest lijkt op hoe we geluid subjectief ervaren. Elke tien dB(A), dus wanneer de geluidsintensiteit tien keer sterker is, zorgt ervoor dat we het twee keer zo hard ervaren. Maar zelf vind ik het moeilijk om te zeggen hoeveel ik het ene geluid harder ervaar dan het andere geluid. Wanneer staat voor mijn gevoel de muziek twee keer zo hard als ik aan de volumeknop draai? Ik weet het niet.
Het is niet alleen het overbodige kabaal van bladblazers waaraan mensen zich steeds meer storen. Ook motorrijders willen nog wel eens veel herrie maken. Ik denk dan vaak dat ze hele kleine pikjes hebben, wat ze met hun geloei in hele woonwijken willen compenseren. Soms hoop ik dat die macho’s op hun motoren zichzelf doodrijden, maar dat doen ze nog steeds niet. Gelukkig is er een nieuwe uitvinding tegen deze overlast onderweg: de lawaaiflitspaal. Dat heeft weer hoop. Eigenlijk zouden er ook dergelijke flitspalen voor vliegtuigen moeten zijn, zodat ook die vervoerders meteen een fikse prent in hun brievenbus krijgen nadat zij soms honderdduizenden met herrie lastig hebben gevallen. Soms denk ik wel eens dat mensen helemaal niet van stilte houden. Ik wel. Het is droog zonnig weer, dus tijd om de tuin weer eens bij te gaan vegen.
Gepost in Gezondheid en welzijn, Maatschappij en politiek
Geen reacties »
18 november 2021
Enlightenment is a simple realization that everything is as it should be. That is the definition of enlightenment: everything is as it should be, everything is utterly perfect as it is. Mooie woorden van Osho, maar nu nog even de praktijk …
Mijn vriend herinnert me eraan dat het weer november is. Want áls ik wat ga kwakkelen, dan is het in deze tijd van het jaar. En als ik me wat minder voel ben ik net een gewoon mens. Want voor ik het weet beginnen doemscenario’s in mijn hoofd te cirkelen, iets wat ik gedurende het ouder worden steeds meer terecht lijk te vinden. Onlangs werd ik wakker met een bloedneus en mijn bloeddruk bleek inderdaad te hoog. Ik heb ook iemand gekend die daaraan is overleden. En mijn moeder heeft ooit een tia gehad, een klein herseninfarct waar ze een poos zoet mee was. Zou zoiets me in mijn slaap kunnen overkomen? Voor mezelf vind ik dat niet zo erg, maar des te meer voor wat ik allemaal achterlaat. Vriend die me rond het middaguur eindelijk eens uit bed wil jagen en dan plotseling een dode Satyamo in bed aantreft. Hulptroepen die allemaal moeten worden ingeschakeld om van alles en nog wat snel te regelen. Gelukkig hebben we in onze levenstestamenten al een en ander vastgelegd, maar ik zou het Vriend niet willen aandoen. Ik lees het boek Wat doen we met de spullen? van Dick Wittenberg dat onlangs bij De Correspondent het licht zag. Het lijkt me een crime om alles op te moeten ruimen. Maar het troost me dat ik niet de enige ben met een huis boordevol spullen. Zorgen, zorgen, zorgen.
En dan komen opeens deze woorden van Osho op mijn pad. Niet dat ze echt nieuw zijn voor mij. De taak van een meester is immers niet om je allemaal nieuwe inzichten in te praten, maar om je te herinneren aan wat je eigenlijk diep van binnen allang weet. Zelf heb ik ook wel eens soortgelijke dingen beweerd, zoals dat elk grassprietje precies op zijn eigen plek staat en dat dit niet anders had kunnen zijn. Alles is al perfect zoals het is, en het is alleen mijn ik met zijn brein dat het beter meent te weten. Dat idee geeft me wat rust. Religieuze mensen zouden dat godsvertrouwen noemen, maar dat klinkt me te vroom. Het is goed mezelf eraan te herinneren dat het volmaakte of het perfecte alleen maar in mijn hoofd bestaat, en dat het juist het perfectionisme is dat roet in het eten gooit. Kijk maar naar heer Bommel, die met al zijn goede werken allemaal rampen veroorzaakt, waaruit Tom Poes hem dan weer moet weten te redden. En net als heer Bommel heb ik ook zo mijn idealen over hoe mijn leven er uit zou moeten zien. Zo betrap ik me er bij tijd en wijle op dat er een onderhuidse spanning in mijn lichaam huist, dat ik dus lang niet zo relaxt ben als ik me graag voordoe. Dat ik ervoor moet waken niet meteen te hard van stapel te lopen als ik ergens enthousiast over ben. En dat ik met een pacemaker en een metalen heup rondloop zegt wellicht ook iets over mijn niet ideale levenswijze.
Onzin allemaal. Ik ben die ik ben. Zei God dat ook niet al, zij het met hoofdletters? Wat is dat voor raar idee dat ik iets anders zou moeten zijn dan ik ben? Niet met het ideale lijf, met steeds meer rimpels en dunnere huid waarachter je de blauwe bloedvaten ziet lopen? Steeds sneller moe, zodat ik me niets meer kan voorstellen bij mijn drukke leven van een jaar of tien geleden? Aries Astro-Services en De Kaarsvlam naast de gemeenteraad – waar ik volgend jaar mee stop – en dan nog allemaal klusjes erbij? Veel te onstuimig allemaal, misschien wel ongezond, maar tegelijk weet ik dat dit helemaal Satyamo was. Nee, ik leid geen perfect leven, daarvoor doe ik teveel dingen die in me opkomen zonder aan de consequenties te denken. Maar door zo’n tekst van Osho kan ik ook mijn gebreken vieren. Non, je ne regrette rien. Ik ben zelfs blij met mijn imperfecte leven. Ben er zelfs dankbaar voor. Perfectionisme is een dodelijk ideaal. ‘To me perfectionism is the root cause of all neurosis,’ zegt Osho. ‘Unless humanity gets rid of the idea of perfection it is never going to be sane.’
Gepost in Gezondheid en welzijn, Spiritualiteit, Uit mijn leven
Geen reacties »
8 november 2021
Hersengymnastiek. In mijn jeugd vond ik dat een rare term. Maar toen geloofden we nog dat er weinig beweging in onze hersenen zat. Met het ontdekken van de neuroplasticiteit bleken ze veel flexibeler, soepeler en plooibaarder te zijn dan we aannamen, zodat er veel nieuwe verbindingen worden gemaakt. Geen wonder dat onze bovenkamer maar liefst een vijfde van onze energie gebruikt. Van de vijf boterhammen is er dus één voor je hersenen. Met pindakaas graag. Bewegen, slaap, training, ontspannen, sociale contacten en muziek zijn volgens de hersenstichting belangrijk om je brein gezond te houden. Bewegen is niet mijn beste kant, maar in slapen ben ik héél goed en ook de rest valt bij mij wel mee. En dat trainen gaat over puzzeltjes, mentale uitdagingen. Daarmee verminder je het risico op hersenaandoeningen zoals dementie. En het is leuk omdat het dopamine vrijmaakt, daarmee voelen we ons tevreden en beloond.
Ik ga naar bed en sta op met een puzzeltje. Voor het slapen gaan doe ik graag nog even een eenvoudige sudoku op mijn telefoontje. Zonder glaasje wijn, want na mijn laatste operatie eind januari heb ik daar de eerste weken niet meer aan gedacht en dat heb ik maar zo gelaten. Bovendien is alcohol eigenlijk een hele stomme en verdovende drug. Puzzelen is veel leuker. Bij de koffie storten Vriend en ik ons op de dagelijkse puzzel In het midden van de NRC, een soort mix van een kruiswoordraadsel en een cryptogram. Daarna ga ik meestal even buiten zitten roken, waarbij ik soms een hele poos met een leeg hoofd voor me uit kan zitten kijken. Dan geniet ik stilletjes van zwervende gedachten die ik de vrije loop laat. Dat zijn ook mijn meest creatieve momenten, daarvoor moet ik gewoon even een poosje niets doen. Ik kan me dan ook niets voorstellen bij mensen die meteen actief worden zodra ze een voet buiten hun bed hebben gezet.
Toen ik in de jaren 70 bij de Amrobank werkte, stond ik graag een half uur of meer eerder op om nog even lekker rokend en koffie drinkend naar muziek te luisteren voordat ik op bus 58 stapte. Bij die bank was ik trouwens ook goed in puzzelen. Puzzelen waar zoekgeraakt geld gebleven was, en in mijn geval naar het buitenland. Zonder computers, met microfiches en tussenrekeningen waarlangs je het spoor van het geld moest volgen. Toen later de computer in de huiskamer verscheen, was ik daar snel aan verslaafd. Een programmaatje maken waarmee je de teller van een cassettespeler koppelde aan het tijdsverloop. Of waarmee je een correlatiecoëfficiënt berekende, iets wat ik één keer met de hand heb gedaan. Ik ging soms letterlijk met de listings naar bed. En ik maakte natuurlijk een programma waarmee je een horoscoop kon berekenen, waarbij al snel zaken als rechte klimming, declinatie en boldriehoeksmeting om de hoek kwamen kijken.
Een maand geleden heb ik me opnieuw weer eens in Visual Basic gestort, dat nog steeds bestaat in het gratis Visual Studio van Microsoft. Na een kwart eeuw wordt dat wel bijspijkeren, maar ik vind het gewoon leuk, en dat is de enige reden dat ik het doe want ik heb geen speciaal doel voor ogen. Ik hou niet van doelen, die staan me te ver van het hier en nu af. Een ‘ik doe maar wat’ is trouwens iets wat een groot deel van mijn leven kenmerkt en wat me niet ongelukkiger heeft gemaakt dan mensen bij wie alles een doel of nut moet hebben. En laat ik trouwens Second Life niet vergeten, waar ik de afgelopen maand schuifdeuren voor de disco in elkaar heb geknutseld en op een kilometer hoogte een skybox heb opgezet. Voor de komende Beatles-party heb ik disco volgehangen met draaiende albums van de groep, met niet alleen de dertien Engelse maar ook met nog vier elpees die alleen in Amerika waren verschenen. Ook het zoeken naar die laatste was puzzelen. In dit soort dingen zet ik graag mijn tanden. Ik moet daar trouwens ook nog achter vuurwerk aan. Hoe doe je dat?
Laat mij maar puzzelen!
Gepost in Gezondheid en welzijn, Second Life, Uit mijn leven
Geen reacties »
31 oktober 2021
In het Oosten is meer wijsheid te vinden dan in het Westen. Met name het boeddhisme, zen en taoïsme getuigen van een spirituele diepgang die we in onze cultuur zelden aantreffen. En dat heeft alles te maken met het materialisme dat ons eeuwenlang met de paplepel is ingegoten, de identificatie met ons lichaam die duur betaald wordt met onze doodsangst, die uiteindelijk de wortel is van al onze angsten. We durven de dood niet recht in de ogen te kijken. We steken onze koppen in het zand en hebben niet in de gaten dat we juist daardoor ons eigen geluk in de weg staan. Ook voor mij werd het daarom eens tijd om eindelijk, nadat het een halve eeuw in mijn boekenkast stond te wachten, het Tibetaanse Dodenboek eens te gaan lezen. Want je kunt pas echt leven als je kunt sterven. De teksten van de Bardo Thödol, ofwel bevrijding door het horen, zijn eeuwenlang mondeling overgebracht en waarschijnlijk op schrift gesteld door Padma Sambhava, een yogaleraar die in de achtste eeuw het boeddhisme naar Tibet bracht.
Het boek gaat over de drie bardo’s ofwel fasen van wat je allemaal meemaakt of mee kan maken tussen je sterven en opnieuw geboren worden. En dat is een hele odyssee, met als doel te voorkomen dat je opnieuw geboren zult worden en dus niet voor de zoveelste keer een wereldlijk leven in maya, begoocheling, illusie zult moeten doorbrengen. Want zolang je niet verlicht bent, zo leren we overal in het Oosten, blijf je incarneren, net zolang tot je je lesjes hebt geleerd. Wat die verlichting is laat zich moeilijk in woorden vatten. Iets als: je verdwijnt als individu, je versmelt met het goddelijke. Je bereikt je oorsprong en bestemming, een bewustzijn zonder ik, voorbij de wereld van dualiteiten. Dat is nirwana, niet mooi of lelijk, niet goed of slecht, geen hemel of hel maar een puur en leeg bewustzijn dat zich nergens meer mee vereenzelvigt. Het logische denken zal daar niets van begrijpen, alleen kunstenaars zoals musici en dichters kunnen een tipje van maya’s sluier oplichten.
De Bardo Thödol bestaat uit drie delen, met teksten die de stervende, overledene of opnieuw geboren wordende gedurende zeven weken moeten worden ingefluisterd voordat hij of zij opnieuw als embryo in de moederschoot verschijnt. Citaten waardoor de overledene herinnerd moet worden aan de goddelijke aard die we allemaal bezitten. Teksten die de overledene als het even kan al tijdens zijn leven heeft bestudeerd. In de praktijk lijkt me dat voorlezen alleen tijdens het sterven een paar uur te doen, want daarna is het heel lastig om continu, zeven keer zeven dagen, te blijven reciteren in de afwezigheid van het lichaam van de gestorvene. Dit suggereert wel dat zeven weken van rouw en bidden voor de overledene geen slecht idee zijn. Echter de teksten geven wel aan dat je de lengte van deze periodes niet al te letterlijk moet opvatten. Als de gestorvene al tijdens de eerste fase bevrijd is, lijkt het zinloos om dan nog weken te blijven citeren. Hoe dan ook: toon geen emoties zoals verdriet, want dan denk je meer aan jezelf dan aan die ander. Het voorlezen kan het beste door een leraar, een goeroe gedaan worden, maar dat kan ook door een goede vriend of iemand die het vertrouwen van de overledene had.
Direct na het sterven begint het Chikhai Bardo van vier dagen. In de eerste uren worden we geconfronteerd met het ‘primaire heldere licht’, en is het de kunst om te ontdekken dat we dat zelf zijn. Dit is meteen een sprong in het diepe, en daarin kunnen we meteen ons diepste wezen herkennen, bewustzijn dat vol is van leegte, ongevormd, onbegrensd en tijdloos. Dan bereiken we in één klap de boeddha-natuur en zijn er geen nieuwe incarnaties meer nodig. Dan is het wiel van samsara tot stilstand gebracht, en hoeven we ons in een volgend leven niet weer opnieuw een lichaam en een persoonlijkheid aan te meten. Wordt dit primaire heldere licht niet meteen herkend, dan wordt ons door het ‘secundaire heldere licht’ nog een tweede kans geboden, een fase waarin we buiten het lichaam raken, niet meer weten of we levend of dood zijn en het geklaag en gejammer van nabestaanden horen zonder erop te kunnen reageren.
Herkennen we ook dit licht niet, dan worden we verder in het diepe getrokken in het Chönyid Bardo van 14 dagen. Het heldere licht maakt plaats voor een mandala van godheden die allemaal projecties van jezelf zijn. In de eerste week rijzen er 42 goden van vrede uit je hart, en in de tweede week 58 toornige goden van gramschap uit je brein als illusies op. De teksten hameren er voortdurend op dat je niet bang moet zijn – dood ben je toch al – en dat ze je beschermgoden zijn, zelfs de bloed drinkende goden die zich in afschuwelijke gestalten manifesteren. Zo lijkt dit tweede bardo een reis door de hemel en daarna door de hel, niet om je schrik aan te jagen maar de illusie ervan door te prikken. Het is alsof er steeds zwaardere middelen in stelling worden gebracht om je tot bevrijding te verleiden: gaat het niet goedschiks, dan maar kwaadschiks, en hoe strakker de strop om je hals knelt, hoe alerter je wordt.
Als al dit zwaardere werk om aan het rad van samsara te ontsnappen geen soelaas heeft geboden – en bij de meeste mensen is dit zo – belanden we in het Sidpa Bardo van 31 dagen. Daarin komt het verlangen naar een lichaam weer in zicht, maar krijg je toch nog tips om aan een nieuwe incarnatie te ontsnappen, door ‘het sluiten van de toegang tot de moederschoot’. Tegelijk moet je jezelf laten leiden naar de meest geschikte plek voor een nieuwe geboorte. En mocht het zover komen, dan is de vereniging van het zaad met de eicel een moment van een geweldige extase. Je bent weer terug. In de versie die ik las geeft Carl Jung een uitgebreide inleiding waarin hij aan de hand van deze bardo het ontstaan van het oedipuscomplex verheldert. Voor hem is het Tibetaanse Dodenboek het toppunt van dieptepsychologie, vooral wegens alle archetypen die je tijdens je reis tegenkomt. Ook Timothy Leary heeft graag gebruik gemaakt van dit dodenboek omdat het volgens hem een model is voor bewustzijnsverruiming, in zijn geval in de vorm van een lsd-trip.
Met hun streven naar verlichting en om niet meer geïncarneerd te worden, lijkt het alsof er in Oosterse religies een soort zelfmoord wordt gepropageerd. Het gaat echter niet om een fysieke suïcide maar om het doden van het ik of ego, dat per definitie ongelukkig maakt. Het kost levens om dat te ontdekken, om in te zien dat alles wat vorm heeft eindig is in tijd en ruimte, en daarom nooit echte bevrediging kan schenken. Sommige mensen zijn ‘jonge zielen’ die vol enthousiasme het avontuurlijke leven met zijn nastreven van genot aangaan. Anderen zijn ‘oude zielen’ die het na vele levens wel gezien hebben en beginnen te beseffen dat alleen het opofferen van zichzelf bevrijding geeft. Met dat laatste is niks mis, want pas als we kunnen sterven kunnen we écht leven. Zo geeft de Bardo Thödol ons stervenslessen, en daarmee levenslessen. Het is dan ook allesbehalve een somber en macaber boek omdat het ons van de grote illusie van de dood kan verlossen.
Gepost in Spiritualiteit
Geen reacties »
22 oktober 2021
Deze Second Lifer geeft het goede voorbeeld. Aldus Lena Bril vandaag in De Correspondent. Fijn om te horen, want die Second Lifer ben ik. Hoe het zo gekomen is? Ik plaatste een reactie op een artikel van haar over de metaverse, het leven in digitale werelden als verrijking van real life. Second Life is daar een voorloper van. Mark Zuckerberg wil ook zoiets, want het bouwen van een metaverse staat zo hoog op zijn agenda dat hij hiervoor een nieuwe tak van zijn consortium opricht die wellicht de naam Horizon krijgt. Ik ben benieuwd en hoop dat dit niet zo chaotisch wordt als Facebook. In Second Life word ik niet gestoord door advertenties en vriendschapsvoorstellen, en ik wil graag dat dit in de metaverse zo blijft.
Lena Bril – een van de dochters waar Martin Bril graag over schreef – wilde een interview met mij, zodat we twee weken geleden samen zoomden. Ze vertelde me dat ze filosofie heeft gestudeerd en vroeg me bij welke filosoof ik me het meeste thuis voelde. Overvallen door haar vraag stamelde ik iets over Plato, maar haar lievelingsfilosoof was Spinoza. Ja natuurlijk, helemaal raak! God als identiek met de natuur en zo. Ja, ik ben eigenlijk zelfs een pantheïst. Het was juist haar filosofische achtergrond waardoor ze snel begreep wat ik allemaal bedoelde. Misschien heeft ook mijn artikel Second Life – Het leven als spel daartoe bijgedragen. Wat me tijdens dit interview intrigeerde is dat ze in mijn ogen zo jong was en toch oprechte interesse heeft in de verhalen van een boomer zoals ik.
Mijn foto’s uit Second Life vond ze prachtig. Daarop zag ze dingen die ik zelf nooit zo bewust had waargenomen, zoals dat ik een anarchistenlogo op een hesje draag. Ik vertelde haar hoe ik me onlangs zorgen maakte over een digitaal katje dat was weggelopen, en hoe opgelucht ik was toen ik hem na een paar dagen weer terugvond. Ja, dat soort gevoelens gaat best diep, en dat neem je in real life mee. Een omhelzing in Second Life voel je niet met je lichaam, maar wel in je hart. Het is maar wat je belangrijker vindt. Lena stuurde me keurig haar verhaal – zij het nog zonder titel en tussenkopjes. Dat heb ik eergisteren nog bij zitten schaven en toen was het wat haar betreft meteen af. De conclusie: Second Life is een verrijking van real life en die twee werelden vloeien in elkaar over.
Het is een mooi artikel geworden, dank je wel Lena! Ook de titel is prachtig gekozen. Deze Second Lifer geeft het goede voorbeeld.
Gepost in Second Life
Geen reacties »
9 oktober 2021
Alcohol en drugs. Vaak worden die samen in één adem genoemd. Alsof alcohol géén drug is! En dat niet alleen. Het is een van de gevaarlijkste drugs, aldus de Jellinek die zich baseert op gegevens van het RIVM, ons allen sinds de pandemie welbekend. Deze instelling voor verslavingszorg publiceerde in 2009 een top 15 van de gevaarlijkste drugs. Bovenaan staat crack, cocaïne die je uit een pijpje rookt of boven een verhit velletje cocaïne inademt. Op de tweede plaats heroïne waarover Doe Maar zong. Op de derde plaats tabak, waar ik echt wel ervaring mee heb, maar ik weet nog steeds niet hoe ik de vraag of ik rook moet beantwoorden omdat ik sinds een jaar of tien elektrische sigaretten rook: geen tabak, maar wel een minimale hoeveelheid nicotine. En daar is dan op de vierde plaats alcohol wat gevaarlijker is dan cocaïne, methamfetamine – ja, dat spul van de fantastische serie Breaking Bad – en amfetamine op de vijfde tot zevende plaats. Dat laatste, ‘speed’, heb ik één keer gebruikt en wat voelde ik me groots! In een grandioze zelfoverschatting dacht ik in één nachtje wel even de tentamenstof voor de volgende dag te kunnen leren. Nee dus en nooit weer.
Ik snap er dus eigenlijk niets van dat alcohol zo legaal is. Je kan nergens meer komen of er wordt een glaasje geschonken. Vandaag zag ik weer een advertentie voor NRC-lezers waarin een prachtige wijn werd aanbevolen. Houtgerijpte Manadero garnacha, wat dat ook mag zijn. Ik behoor kennelijk toch niet echt tot de echte elite van NRC-lezers. Mijn ergste ervaring met alcohol was net als die met speed in mijn studententijd. Terwijl ik steeds maar bleef zingen over ‘nog een glaasje drank’ werd mijn glas steeds aangevuld. Dat werd een halve fles whisky of whiskey, dat weet ik niet meer. De volgende dag was ik dus een wrak. Maar sinds januari heb ik bijna niets meer gedronken, een blikje bier en twee glazen wijn. Dat komt omdat ik in het ziekenhuis niets mocht drinken en bij thuiskomst er gewoon niet meer aan dacht. Ook omdat ik onder de oxycodon zat, een opiaat met een soortgelijke werking als morfine en dat daarom best wel eens de tweede plek zou kunnen delen met heroïne. Maar ik werd er helemaal niet suf van, zoals ik begrepen had uit het album De blauwe lotus van Kuifje. Het schijnt zeer verslavend te zijn, dus ik ben er toen wat eerder mee gestopt dan voorgeschreven was.
Minder verslavend dan amfetaminen staat GHB wat vroeger voor narcose bij operaties werd gebruikt, maar in een update van 2020 vermeldt de Jellinek dat het nu wel eens wat hoger op de lijst zou kunnen staan. Op de negende plaats staan slaap- en kalmeringsmiddelen. Zelf heb ik die nooit of misschien een enkele keer gebruikt, maar mijn moeder was in de jaren 60 verslaafd aan Bromural waarvan ze vlekken op haar huid kreeg. Ik kon die tabletten gewoon bij de apotheek voor haar kopen en deed dat ook. Van drug nummer 10 heb ik wel vaak genoten: cannabis. Als weed. Maar vaker als hasj, ofwel de gedroogde hars verkruimeld in tabak. En dan met drie vloeitjes een jointje bouwen. Ik leerde stevig inhaleren. ‘Opdat het gelijkmatig in je bloed komp,’ zoals Koot en Bie dat in 1977 noemden in hun Hengstenbal. Op plaats 11 van deze drugsparade staat ketamine en wat dat is moet ik eerlijk gezegd even opzoeken. Een kristal of poeder dat in ziekenhuizen als pijnstiller wordt gebruikt, en daarbuiten thuis, op festivals en huisfeesten wordt gesnoven. Het wordt een ‘dissociatief tripmiddel’ genoemd: je kan hallucinaties krijgen, niet meer weten waar je armen en benen zijn, het gevoel krijgen op te lossen in de omgeving en zelfs uit je lichaam te treden. Kortom vanaf hier krijgt de rangschikking van drugs een psychedelisch kleurtje, want de plaatsen 12 tot en met 15 staan xtc voor festivals, qatbladeren om op te kauwen, lsd om te slikken en paddo’s die onder andere voor ceremonies worden geconsumeerd. Nooit gebruikt allemaal, op twee keer lsd na dan.
Het grappige is dat psychedelica – en voor mij hoort cannabis daar ook bij – de minst schadelijke drugs zijn maar meer worden bestreden dan alcohol. Gebruik ervan wordt soms oogluikend toegestaan en in de stad zijn veel coffeeshops te vinden, maar men is maar al te blij als er weer eens een wietplantage wordt opgerold of een massa pillen in beslag wordt genomen. Dit terwijl er niks mis is met een bezoek aan de Heineken Experience en wijnkenners zelfs een speciale status hebben – zeker binnen NRC-kringen waar ook veel wordt genoten van verre vliegreizen. Jaarlijks aantal doden door alcohol 1.900. Aantal sterfgevallen door xtc en amfetaminen 4, door cannabis 0. Ketamine, qat, lsd en paddo’s worden door Jellinek niet eens genoemd. En als we zoveel energie stoppen in het bestrijden van covid, waarom dan niet evenveel in dat van tabaksgebruik dat evenveel doden nalaat, namelijk tien keer zoveel als die van alcohol? Waarom is er zoveel inconsistentie in het beleid van de overheid? Waarom wordt zelfs het gebruik van paddo’s verboden en kunnen we wel rookwaar kopen bij de supermarkt, zij het niet meer bij de Lidl? Het zal wel met de vrije markt te maken hebben.
In de jaren zestig, toen tabak nog heel gewoon was, had ik daar een simpele verklaring voor. Men zag liever dat mensen zich verslaafden en verdoofden met alcohol en tabak in plaats van dat ze wakker zouden worden. Overheden houden niet van bewustzijnsverruiming.
Gepost in Gezondheid en welzijn, Maatschappij en politiek, Uit mijn leven
Geen reacties »
5 oktober 2021
Niemand neukt meer is de titel van het laatste boek van Cazimir Maximillian, dat zich in het coronajaar 2020 afspeelt. De potentiële lezer zij getroost: ook in dit boek vinden diverse vrijpartijen plaats en de auteur weet die zowel realistisch als romantisch prachtig te beschrijven. De jongeren Remco en Kevin in de opvang Creatieve Vlindertjes verlangen er smachtend naar en weten – zij het psychisch beschadigd – uit hun betuttelende en vernederende zorg te ontsnappen. Tegelijk begint protagonist Thomas in ’s-Hertogenbosch met zijn vrienden Casey en Rindert uitgeverij Lucifer, voor alternatieve schurende literatuur en kunst. Daar is ook zijn eigen boek Een Nederlands liefdesverhaal uitgegeven. Tegelijk maakt in Apeldoorn Jan-Willem ruzie met zijn vrouw Paolo die niet mee wil doen met al zijn wappie-acties zoals jagen op pedofielen. Deze drie verhaallijnen ontmoeten elkaar als Jan-Willem er achter komt dat Thomas in zijn boek een relatie met de vijftienjarige Cheryl heeft, en als dichteres Daniëlle, de coach van Remco, bij Lucifer solliciteert en later Remco en Kevin op sleeptouw meeneemt. Ja, er komen veel personen voor in Cazimirs boeken en daar heb ik het ook wel eens moeilijk mee, maar het past allemaal keurig in elkaar.
In de leegte van de lockdown vlamt de agressie van Jan-Willem en zijn broer Bert op, die niet alleen tegen vaccinaties en mondkapjes demonstreren, maar ook ten strijde trekken tegen pedofielen, de uitrol van 5G en geheime organisaties die zich tegoed doen aan babybloed. Uitgeverij Lucifer wordt al snel het doelwit, want niet alleen het boek van Thomas, maar ook die van Rindert over kannibalisme en van Nico met foto’s van kinderen zijn verdacht. Het lijkt erop dat ze hun boeken precies in de verkeerde tijd het licht hebben laten zien. Het drietal voelt zich het slachtoffer van een hetze tegen alles wat maar een beetje van het normale afwijkt en wil tegengas geven tegen de ongenuanceerde en ongefundeerde verdachtmakingen die over hen op sociale media worden verspreid. Eerst ontstaat er een kat-en-muisspel tussen enerzijds de mensen van Lucifer, gesteund door de vrienden die uit de Creatieve Vlindertjes zijn ontsnapt, en anderzijds Jan-Willem en Bert die aanhangers vinden bij de stoere van drillrap genietende bende De Hellhoppers. Echte confrontaties kunnen niet uitblijven en tijdens het lezen houd je je hart vast over hoe dit gaat aflopen.
De auteur beschrijft de hersenloze autoritaire wereld van de wappies, die met hun asociale gedrag vechten tegen de problemen die ze zelf veroorzaken. Maar het boek geeft ook in geuren en kleuren prachtige impressies van het leven en de liefde, voor zover mogelijk, tijdens de lockdown. Indrukken die versterkt worden omdat het meeste zich afspeelt in herkenbare plaatsen zoals Amsterdam, Utrecht en ’s-Hertogenbosch. Wel zou er een redactionele kam door het boek gehaald mogen worden, maar als je je aan schrijffouten stoort geef je kennelijk meer om de vorm dan om de inhoud. En die laat zich met rode oortjes lezen. Het is moedig van de auteur dat hij stelling neemt en pleit voor meer nuance in hoog oplopende discussies over controversiële onderwerpen in de media.
Gepost in Literatuur, Maatschappij en politiek
Geen reacties »